Grammatica
Frans Debrabandere
De zingende mis
Pas in de 18de eeuw vind ik in Joop van der Horst zijn Geschiedenis van de Nederlandse syntaxis (p. 1425) een paar voorbeelden van een tegenwoordig deelwoord met ‘passieve’ betekenis: de zingende mis ‘de gezongen mis’; ten ses uren wirt der een lesende mis gedaen ‘een gelezen mis’. Het verschijnsel is evenwel enkele eeuwen ouder.
De oudste voorbeelden bezorgde me Alex Wethlij. Ze komen uit een Sittardse oorkonde van 1443: sall eyn vnser medecanoenchen eyne seelmisse singen, bynnen wilcher singender seelmissen man leisen sall eyne seelmisse vpp dem kirspelelter ind noch drij andere seelmissen in der kirchen die wir bestellen solen, dat is zo wissen mit der singender seelmissen zo samen vonff seelmissen ind in der seluer singender seelmissen so sall der gheen die seelmisse singende... bidden. Het WNT (http://gtb.inl.nl/) geeft een voorbeeld uit 1503: die susteren... sullen... in hair kercke dagelixs lesende misse mogen doen celebreren..., mer singende missen sullen mogen doen... op hair kermisdach. In een Kortrijkse kerkrekening vond ik in 1500-1505: tweee lesende messen. De Bo citeert uit Nicolas Despars (1522-1597): fonderende een zeer solemneel zinghende lof binnen der kercke van St. Donaes (Brugge). In een Kortrijks Wezenregister van 1781 lezen we: dat er naer sijne aflivigheid nog zullen geexhonoreerd worden in convent van de eerweerde pater capucien binnen Cortrijk tot lavenisse synder siele den nomber van 200 lesende missen.
Het tegenwoordig deelwoord met passieve betekenis heeft nog lang standgehouden in de dialecten. Deken De Bo vergelijkt voor het West-Vlaams eene zingende mis met de Franse messe chantante. Cornelissen-Vervliet vermeldt in zijn Idioticon van het Antwerpsch dialect de uitdrukking 't is ‘en zingende mis met de betekenis ‘dat duurt lang’. Ook het Engels kent de singing mass, naast singing wine ‘wijn voor de gezongen mis’, singing book, singing bread ‘hostiebrood’. Nu lijkt het er wel op dat zo'n participium alleen voorkomt met zingen, lezen in verband met de mis. Toch is me althans één voorbeeld bekend met een andere woordcombinatie, nl. in het Kortrijkse dialect, al zal dat vandaag nauwelijks nog iemand zeggen, nl. d'iptrekkende brugge ‘de ophaalbrug’.
Dat doet me ook denken aan het Franse parking payant, wat in België soms ten onrechte vertaald wordt als betalend parkeren, maar in de standaardtaal betaald parkeren heet.
Een erg erop lijkend, maar toch iets ander geval is het attributieve gebruik van het tegenwoordig deelwoord bij een zelfstandig naamwoord, dat evenwel niet de handeling uitvoert: staande receptie (de gasten staan), staande ovatie (de applaudisserende toehoorders staan), vallende ziekte (de patiënt valt), lachend antwoord (vanwege lachend antwoorden), lopend buffet (de gasten lopen), dat wellicht vertaald is uit walking dinner. Maar in geen van die gevallen - met trouwens onovergankelijke werkwoorden - heeft het tegenwoordig deelwoord passieve betekenis, zoals zingend in zingende mis die wel heeft.