[Nummer 4]
Redactioneel
In dit pand aan de Haagse Koninginnegracht is sinds 1999 de dienst van de Vlaamse Vertegenwoordiger gevestigd. De Koninginnegracht is gegraven tussen 1828 en 1840. De gebouwen daarlangs zijn in een eclectische stijl gebouwd.
Dit jaar is het hernieuwde Benelux-verdrag getekend. De gemiddelde burger heeft weinig notie van het belang van dat verdrag en de noodzaak het te verlengen. Wel weet iedereen nog dat om deze Benelux heen Europa zich kon ontwikkelden. Wilfried Dewachter overziet de feiten in en rondom het verdrag en trekt zijn conclusies.
Binnen die Benelux, op een ander niveau, is er eveneens een oude band te bespeuren: die der Lage Landen. Op diplomatiek niveau speelt de Vlaamse Vertegenwoordiging in Nederland een belangrijke rol in de samenwerking tussen Noord en Zuid, een aanduiding die herinnert aan de Nederlanden van weleer. Wij spreken één taal. Cultureel en politiek zijn wij misschien enigszins uit elkaar gegroeid, maar geografisch en economisch hebben wij zoveel met elkaar te maken, dat wij in Europa, in de algehele schaalvergroting die de wereld beheerst, inmiddels achterlopen op de noodzakelijke samenwerking en integratie, die wij uit zelfbehoud al hadden moeten aanbrengen.
Axel Buyse benoemt de moeilijkheden die wij daarbij tegenkomen en de baas moeten zien te worden.
Beide genoemde contexten hebben alles met onze toekomst te maken en het is wonderlijk dat dit besef niet voldoende doordringt tot de bewegingen die daarmee bezig zijn. De rol die bewegingen en verenigingen uit het middenveld spelen, is dusdanig verschraald dat de kracht en originaliteit ervan vrijwel is verdwenen. De instrumenten die zij hebben helpen aanbrengen, doen hun werk. Maar er valt nog heel veel te doen, zij het op een manier die ons wel verder moet helpen in de huidige tijd. Het is precies daar waar de schoen wringt in veel verenigingen van de oude stempel, oftewel particuliere organisaties die deels of geheel met eigen middelen publieke belangen dienen. Daartoe mag het ANV zich van oudsher rekenen. Het is triest dat juist in de tijd dat het grensoverschrijdende gewoon gaat worden, dat het lokale het internationale gaat raken, het middenveld er niet in slaagt echt grensoverschrijdend te denken, laat staan met bondgenoten elders een band aan te gaan en zo sterker te staan. Er zijn talloze factoren aan te wijzen: de leden zijn oud geworden, de ontwikkelingen sluiten niet meer aan op de ooit geformuleerde boodschap, sociale kwesties die bijvoorbeeld het ANV in het verleden hebben grootgemaakt, hebben nieuwe contouren. Maar de huidige verhoudingen vragen nu eenmaal om andersoortige middelen om gestelde doelen te bereiken. Wij moeten ons aansluiten bij deze ontwikkeling of anders verdwijnen, dat is wat uit de huidige ontwikkelingen te leren valt.