Neerlandia/Nederlands van Nu. Jaargang 110
(2006)– [tijdschrift] Neerlandia– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 43]
| |
Recensies
| |
Hoe wordt men zichzelf?De zoektocht van Van der Geld begint en eindigt bij de mens, die in de maatschappij maar moeilijk zichzelf trouw kan blijven en daardoor zijn levenstocht gefrustreerd ziet en in een staat komt die Van der Geld ‘onbalans’ noemt. Dat persoonlijke crisis en maatschappelijke onbalans alles met elkaar te maken hebben, is een instappunt voor de reis die door Van der Geld tot in de puntjes is verzorgd: juist in taalen cultuurkringen wordt opgemerkt hoe zorgwekkend de maatschappij in menselijk opzicht ervoor lijkt te staan. Als je je persoonlijk wilt inzetten voor de maatschappij, dan wil je ook de hoop hebben dat je er wat voor kunt doen. En daar raak je vaak het spoor bijster. Toch is juist uit die gang, van individu naar gemeenschap, bij welslagen de diepe voldoening te voelen die deelnemen aan maatschappelijke processen meebrengt. Van der Geld wijst in samenhangende parallellie aan hoe maatschappelijke onbalans zich uit in toenemend geweldtegen mensen en voorwerpen op straat. In de persoonlijke sfeer ziet men depressieve stemmingen, spanning in de relatiesfeer en op het werk. Dat aanleg en omgeving een rol spelen, is duidelijk. Precieze oorzaken en gevolgen aanwijzen is echter een ander hoofdstuk. Welke in- en externe factoren er ook spelen, een feit is dat een crisis een vastgelopen leven weer op gang kan brengen. Pas als je dan opnieuw je levenskoers hebt kunnen bepalen, wordt het leven als een geschenk beleefd, ‘waardoor de grondtoon van de stemming dankbaarheid wordt’ (23). Van der Geld verwijst terecht naar de klassieke ervaring van wijsgeren als Herakleitos en Seneca: wetenschap kan veel aandragen, maar wijsheid zorgt ervoor dat de verkregen kennis beheerst wordt.
Balans in ons leven? is geschreven als de uitnodiging voor een feest, in de wetenschap dat niet iedereen in staat is te komen. Maar een uitnodiging heeft als zodanig al een werking en dat is winst. Voorbeeldfiguren nodigen ons uit ons leven weer in evenwicht brengen: het is een eigentijdse voortzetting van een adagium van filosofen en denkers als Rudolf Steiner, die begin vorige eeuw een krachtig pleidooi voor herstel van de eerbied heeft gehouden, waarin hij stelde dat eerbied voor iemand ervoor zorgt dat je je tracht op te trekken aan die ander. En je verbindt met die ander. Sinds de lezing daarvan heb ik deze aloude maar zo verwaarloosde menselijke eigenschap leren kennen als een gemoedsbeweging om moreel, geestelijk verder te komen, wat nog niet wil zeggen dat wij nu ingesteld zijn om daar gemakkelijk mee om te gaan. Ons wordt, in een transparant proza, dat open laat zonder onduidelijk te zijn, door Van der Geld de koorddanser voorgehouden, de mens die twijfel en hoogtevrees achter zich heeft gelaten en letterlijk evenwicht heeft gevonden. | |
[pagina 44]
| |
Psychisch en fysiek, sociaal en levensbeschouwelijk gaan wij mee op de levensreis zoals die in hoofdstuk 2 wordt verhaald: de aandacht wordt daarin gevestigd op de wisselwerking-in-balans tussen het biologische en het psychische systeem. Het evolutionaire en ook fysieke hoogtepunt vinden wij in de hersenen van de mens, die daarmee de ultieme gegevensverwerker heeft die de basis vormt van de cultuur. | |
Zedekunst: dat is wellevenskunsteGa naar eind1Het verhaal van de mens mondt idealiter uit in levenskunst, zoals schrijvers en filosofen als Coornhert in de zeventiende eeuw in hun praktische ethica al lieten zien. Het hoeft van de grondlegger van een universitair centrum dat wetenschap en humaniteit tezamen na wil streven (het Benelux-Universitair Centrum), niet te verwonderen dat de moraliteit een grondleggende rol speelt in de levensreis. Er is in de huidige pluriforme maatschappij nogal wat stuurmanskunst nodig, want zij biedt ons, naast een ontwikkeld maatschappijmodel, veel meer, te veel mogelijkheden om zomaar een ontwikkelingsweg te kunnen kiezen.Ga naar eind2 De wanhopige vraag Mogen we willen wat we kunnen? (43) leidt de lezer naar het derde hoofdstuk, waarin de levenskunst wordt bezien en geschetst in het perspectief dat we op de wereld hebben. En dat is een tikje kleiner geworden, aangezien we wel langer leven, maar de ‘overzijde’ voor de mens onduidelijk en onzichtbaar is geworden. Er zit kortom een onbalans tussen onze zintuiglijke waarnemingen van de wereld en de transcendentie. ‘Het transcendente behoort tot de identiteit van de mens’ is het uitgangspunt van de schrijver. Daar kan iedereen zich wat bij denken. Het beeld dat Van der Geld aandraagt, is eigentijds en mooi: in iedere mens is een ‘harde schijf’ aangebracht, ‘die na de dood verbonden zal blijven met de “grensoverschrijdende (transcendente) server”. De transcendente ervaring die wij in dit leven op onze harde schijf via deze “server” kunnen opdoen, heeft in zich een energie die zich voortzet na de dood.’ Iedere mens die nadenkt over het leven, zal zich - in welke vorm gegoten ook, van de bijbel tot en met Sartre - hierbij wel iets kunnen voorstellen. De lezer zit weer helemaal rechtop als hij mag meedoen, als de ethica en de praktische levenskunst aan bod komen, de wijzen waarop men het leven op een gelukkige wijze kan leven. Liefde, die dwarsverbinding tussen de mensen die een samenleving mogelijk maakt - een onderwerp dat duidelijk weer in de lucht hangt, is eigenlijk alleen te omschrijven als zo dicht mogelijk tot de ander naderen en dat natuurlijk wederzijds, in balans. De zoektocht daarnaar, gedisciplineerd, als regisseur van het eigen leven, geeft de zoeker het aanschijn van de alchemist, die zijn goud moet halen uit de juiste vermenging van de vier elementen: aarde, vuur, water en lucht. | |
BesluitHet is mooi om op grond van een diepgaande kennis de mens in zijn oorsprong, evolutie, groei en volwassenwording te beschrijven en aanbevelingen te doen voor meer harmonie, het oude begrip voor de huidige weegschaal, een begrip dat volgens Rameau inhoudt: ‘Het geheel van regels waarop het simultaan gebruik van klanken gebaseerd is.’Ga naar eind3 Die totale greep op de innerlijke en uiterlijke wereld is er echter niet meer, de wereld is stukken ingewikkelder geworden en ‘balans’ voelt aan als een poging tot antwoord daarop. In die benadering wordt niet de maakbaarheid vooropgesteld, maar leert men weer te werken met wat er is en niet met wat er zou moeten zijn. En dat is bij uitstek de taak van een regisseur.
De wijze waarop prof. Van der Geld zijn collega's uit andere vakgebieden in deze opzet heeft weten te betrekken, is bijzonder en laat de werking van die speciale ontmoeting tussen wetenschap en humaniteit zien via de verschillende opstellen van even zovele topmensen op vakgebieden die allerlei aspecten van de mens en zijn omgeving belichten. Leven in balans? biedt daarom in allerlei rollen en situaties goede aanknopingspunten voor de lezer: Van der Geld is erin geslaagd vanuit de combinatie wetenschap en humaniteit een eigen licht te werpen op de gang van de mens door het leven en daarin anderen mee te nemen.
Prof. dr. Anton M.C. van der Geld, Balans in ons leven? Omgaan met onbalans en crisis in onszelf, in onze relaties en in onze samenleving. Wegwijzer in levenskunst en levensgeluk. m.m.v. oud-premier Van Agt, psycholoog Appels, psychiater De Berk, kardinaal Danneels, bioloog Decleir, oud-premier Eyskens, psycholoog Van Heck, psychologe Van der Linden, predikant Manenschijn, bisschop Muskens, seksuoloog Nijs, psychotherapeute Nijs, oncoloog Pinedo, neuropsychiater Thiery, bedrijfsarts De Valk, theoloog Van der Vloet. Benelux-Universitair Centrum - Stichting Cily van der Geld-Nouwens Fonds. Tielt: Uitgeverij Terra-Lannoo, 2005. 341 pp. ISBN: 90 209 6008 3 - NUR 740. Prijs € 17,95. |
|