De feiten
De heer Axel Buyse, algemeen en cultureel vertegenwoordiger van de Vlaamse Regering in Den Haag, wilde eerst de basale jaartallen nog eens op een rijtje zetten. Dit om geen misverstanden te krijgen over de wegen waarlangs historisch gedacht en dus nu gevoeld wordt, en deze educatie is in onze contreien geen luxe.
1585, 1713, 1795, 1815, 1830-39, zoveel wil Buyse in dit jaar van 1830 maar zeggen. Het zijn jaartallen waar men niet naar mag raden, waarvan geweten moet worden waarvoor zij staan. In het België dat vanuit en via deze tijdperkmomenten is ontstaan, schetste Axel Buyse de federale staat en de langzame ontmanteling ervan tot daar waar een eveningspunt wordt bereikt: maar waar ligt dat precies? Hier werd een geschiedenis geschreven die exemplarisch is voor al die landsdelen en deelstaten van na 1815 die net als Vlaanderen hun taal en cultuur, maar ook hun economie in de politiek willen terugvinden.
Een warmtefoto van Europa die op zijn roodst is in en rond onze landen, bracht een aanwezigheid en bedrijvigheid in beeld, die handelsattaché Ludwig Van den Bossche inkaderde met harde feiten. Samen op de warmtefoto! Vlaanderen is eerste klant en leverancier van Nederland in Europa. We hebben dus alles met elkaar te maken! En dat heeft Van den Bossche in zijn geheel eigen stijl ingevuld, en hoe! Met het gemak van overzicht en beleidskennis schetste hij de centra van bedrijvigheid in Nederland, van goederenvervoer tot en met petrochemie, van grafische sector tot en met multimedia, om terecht te komen in de cultuurverschillen van beide landen, die een hindernis van formaat vormen. Maar in feite vullen ze elkaar aan, als we dat maar eens zouden erkennen...
De bedrijfscultuur, die in Vlaanderen een masculien tintje heeft en in het Nederlandse poldermodel een feminiene inslag: machtsafstand versus collectivisme. Van den Bossche liet ze bij elkaar komen in de zichzelf aanvullende kenschets van de fraaie hyperbool: Vlaanderen leeft om te werken, Nederland werkt om te leven. Dat dit rolmodel tijdens de maaltijd even wordt omgewisseld, doet daar niets aan af.
Vlaanderen, aldus Karel Ooms, is een ideaal product als het om toerisme gaat. Voor Nederland geldt de nabijheid, de taal, de perceptie. Herhalingsbezoeken wijzen Gent en Leuven aan als succesbestemming.