Feest
De ANV-Visser-Neerlandiaprijzen bestaan 50 jaar
Dit jaar is het 50 jaar geleden dat onze Visser-Neerlandiaprijzen voor het eerst konden worden uitgereikt. Er ging aan het daadwerkelijke bezit van de helft van het vermogen van mr. Visser, de naamgever aan de prijzen, nog een hele afhandeling vooraf, omdat er meer erfgenamen waren, maar ook omdat het een nalatenschap van een in de oorlog overledene betrof en omdat het testament vrij ingewikkeld was voor een Nederlands-Vlaams-Zuid-Afrikaanse vereniging, waar het bovendien een voor Nederland beschreven doel betrof.
Deze afhandelingen kenden in de naoorlogse tijd een taai verloop. Voordat de eerste prijs kon worden uitgereikt, was het 1955.
Mr. Herman Visser werd geboren op 24 april 1872 in Amersfoort. Als stiefzoon van de Dordtse bankier Zadoks kwam hij na zijn Dordtse gymnasiumtijd in Amsterdam te wonen, waar hij al op 24-jarige leeftijd promoveerde in de rechtswetenschappen. Hij vestigde zich vervolgens als advocaat in Amsterdam, maar trok zich op den duur terug in Voorst, om zich daar in alle rust te kunnen concentreren op de studie van de sociaal-psychologische en morele vraagstukken van zijn tijd. Vanwege zijn studies, die als het ging om de waan van de massa en de analyse ervan, er niet om logen, en op grond van zijn joodse achtergrond kon hij verwachten door de nazi's opgepakt te worden. Daarom liet hij op 12 juni 1942 een testament opmaken om daarna, in 1943, vóórdat de bezetter dat zou doen, zelf een einde aan zijn leven te maken.
In dat testament bestemde hij de helft van zijn vermogen voor onze vereniging, die uit de opbrengst van zijn nalatenschap jaarlijks prijzen zou moeten toekennen aan personen en instellingen die zich verdienstelijk hebben gemaakt op het gebied van persoonlijke inbreng in de maatschappij, van cultuur, daarin vooral toneel en muziek. Alles met de nadruk op een cultuur die goed in zichzelve is en gevaarlijke massawaan verre van zich houdt.
Als vrijzinnig filosoof trachtte hij het hoe en waarom van massale ontsporingen te doorgronden, zoals de twee wereldoorlogen die hij meemaakte. Zijn antwoord daarop klinkt in al zijn werk door: hij geloofde in de kracht van het individu voor de opbouw van de gemeenschap, datzelfde individu waar, als dat nodig was, ook het enige weerwerk tegen gemeenschapsontsporingen vandaan moest komen.
Het voormalige woonhuis van mr. Visser te Voorst
Maar de gemeenschap van haar kant had ook de plicht ontsporende individuen liefdevol te begeleiden en weer op het juiste pad te brengen.
In een publicatie over mr. Visser en zijn nalatenschap, waarvan het eerste exemplaar op 26 november 2005 wordt uitgereikt, kunt u meer over mr. Visser en de Visser-Neerlandiaprijzen lezen. Dit boekje zal als geschenk aan onze leden met Neerlandia 2005-5 worden meegezonden. Daarin is een compleet overzicht van de prijswinnaars opgenomen en kunnen we lezen welke werking de prijs op degenen die hem kregen, heeft gehad. Doorgaans blijken de prijzen een aanmoediging dan wel een bekroning voor de laureaat te hebben betekend, en dat is precies wat Visser met deze prijzen wilde bereiken: in zijn visie hoort bij strafrecht ook beloningsrecht. Met de uitwerking van die gedachte heeft hij zich diepgaand beziggehouden. Het lot heeft dit belangrijke studieonderwerp van hem in een heel specifieke vorm tot ons gebracht. Het ANV heeft en houdt de plicht hier uiterst gewetensvol mee om te gaan.