Hans Meulemans-Seelen, algemeen secretaris van het ANV, stelde de Nederlandse personeelsleden voor. Jenny Bleijenberg die in eerste instantie alle bestuursvergaderingen organiseert en notuleert; Wil van Dijk. - ‘het zonnetje in huis’ - die onder meer de ledenorganisatie behartigt en verder over vele dingen gaat die o zo noodzakelijk zijn om een kantoor draaiende te houden; Joop van Dorp, de minst bekende, die zich permanent over cijfers buigt - de boekhouder dus; en Daniël Slaman, secretaris van de Commissie Visser-Neerlandiaprijzen en van de werkgroep Onderwijs, en bovenal de man die als webmaster het ANV een eigentijds (web)gezicht geeft.
An De Moor, secretaris ANV Vlaanderen, kreeg de ‘aangename maar moeilijke’ taak toebedeeld de personeelsleden van het Brusselse kantoor voor te stellen. Eerst Michel Backaert, de man met de meeste dienstjaren en de meeste ervaring (zijn ANC-tijd inbegrepen): hij is nu eerste stafmedewerker, houdt zich bezig met het documentatiecentrum, is secretaris van de werkgroepen Media en de Nederlanden in de Wereld, en hij behartigt de relaties met de Vlaamse overheid. Sonja Vandercammen is de duivel-doetal van het Brusselse kantoor: ledenadministratie, secretariaatswerk, boekhouding, kortom de vele taken die niet opvallen maar die een correcte uitvoering vergen. En dan de nieuwe stafmedewerkster: Véronique Van den Abeele, de jeugd waarop de toekomst moet worden gebouwd. Véronique studeerde Nieuwste Geschiedenis in Gent en arriveerde na een ommetje langs het Mechelse Speelgoedmuseum halfweg september op het ANV-kantoor. Haar niet-geringe takenpakket: secretaris van de werkgroepen Volkscultuur, Grensverkeer en Leefmilieu, onderhouden van de relaties met de afdelingen, ondersteuning bij de uitreikingen van Visser-Neerlandiaprijzen, zorg voor de informatica. In laatste instantie kreeg ze ook het eindredacteurschap van Neerlandia toebedeeld.
Het laatste punt van het officiële gedeelte was het afscheid van Rik Nauwelaerts. Marc Cels, voorzitter van het ANV Vlaanderen, schetste in lange volzinnen een breed referentiekader waarin hij Nauwelaerts als ANV'er en als hoofd van het Brusselse kantoor de voorbije vier jaar plaatste. De 19e eeuw, H. Meert, de strijd en de verworvenheden van de Vlaamse Beweging, de plaats van het ANV, radicaalnationalistisch versus bedachtzaam-nationalistisch. ‘De vraag is: willen de radicaal-nationalisten achter de bedachtzamen gaan staan?’ aldus Cels. Van de scheidende Nauwelaerts zei Cels dat hij, ‘een zeer sterke persoonlijkheid zijnde’, de voorbije jaren ‘een sterk identificatiemodel’ had neergezet.
Els Ruijsendaal, algemeen voorzitter van het ANV, overhandigde Rik Nauwelaerts een cadeau (een enveloppe met inhoud).
Een geëmotioneerde Nauwelaerts nam dan zelf het woord en lichtte dat identificatiemodel en vooral de fundamenten
Rik Nauwelaerts: trouw aan leermeesters E. Van der Hallen en W. Moens (Foto: Annemie Rijckeboer)
ervan, toe. Hij putte een halve eeuw lang uit het gedachtegoed van ‘een zeer begenadigd jeugdleider als Ernest van der Hallen’
(Strijd, dat is voor ons vreugde) en van ‘een andere (leermeester) heraut’ Wies Moens. Naar eigen zeggen was het vooral de ‘algemeen-Nederlandse visie’ van laatst genoemde die hem aansprak. Nauwelaerts stelde:
‘Een gemeenschappelijke taal voor alle groepen van een taalgebied, welke ook de historische of staatkundige verschillen mogen zijn die deze groepen van elkaar scheiden, is geen ideaal maar een noodzaak.’ Franstaligen in Canada en Duitssprekenden in Oostenrijk begrijpen dat, aldus Nauweslaerts, ‘maar in de Lage Landen leeft en schrijft een aantal mensen dat zijn bestendig behagen zoekt in het accentueren van wat Nederland en Vlaanderen van elkaar verwijderd kan houden.’ Nauwelaerts is voorstander van het bevechten van een ‘algemeen-Nederlands bewustzijn’. Rechtlijnigheid en radicaliteit zonder compromissen zijn voor hem deugden. Hij vindt die belichaamd in de twee genoemde leermeesters maar ook in de houding van ‘de activist en dichter René De Clercq’. Verzen als Wie naast elke knie kan knielen / heeft een slavenaard / slechts een volk van grote zielen / is der vrijheid gaven waard zijn aan Nauwelaerts besteed. Hij wou in schoonheid eindigen en citeerde Moens: Recht naar het doel, mikt de Dietse boog!
Maar de boog kan niet voortdurend gespannen staan. De middag werd besloten met een overvloedige receptie. (G.L.)