Veel belangstelling voor Belgen in Nederland
Boeiend boek over ‘Roemloze jaren’
• Gerhard te Winkel
De Eerste Wereldoorlog is waarschijnlijk de belangrijkste gebeurtenis uit de 20e eeuw. Maar de Grote Oorlog mag zich in Nederland in weinig belangstelling verheugen. Journalistiek Holland laat het op elke gedenkdag van deze oorlog volledig afweten. In de literatuur en het cabaret komt dit onderwerp maar mondjesmaat aan de orde.
De meeste Nederlanders weten weinig tot niets over deze vier oorlogsjaren. De Grote Oorlog woedde een kilometen over onze grenzen en was dus ver van ons bed. Ook de Nederlands historici hebben het onderwerp ten onrechte laten liggen. Over de Tweede Wereldoorlog zijn daarentegen door Nederlanders boekkasten vol geschreven. Alleen daarom is het al goed dat Moeyes Buiten Schot gemaakt heeft. Hij vult niet alleen een gat in de geschiedschrijving, hij doet dat ook nog op boeiende wijze. Buiten Schot is een interessant boek dat goed geschreven is. De Eerste Wereldoorlog is ook de periode waarin Nederlanders, al dan niet van harte, Belgische vluchtelingen opvingen; onder meer in het latere Kamp Amersfoort. In de Keistad staat ook het grootste gedenkteken aan de Eerste Wereldoorlog: het Belgenmonument. Dit gebeid werd de laatste jaren opgeknapt en weer in ere hersteld. Verder gaar Moeyes uitvoerig in op de perikelen in de grensstreken waar gesmokkeld werd. Hij beschrijft hoe de Nederlandse regering zich diplomatiek uit de netelige situatie probeerde te redden en in die pogingen zowel de Duitsers als de Belgen tegen de haren in streek.
Moeyes heeft veel archiefonderzoek gedaan, maar trapt niet in de valkuil zijn lezers te bombarderen met overdadige details. Hij citeert spaarzaam. maar doet dat heel goed. De citaten geven een meerwaarde en tekenen de sfeer van die periode. Moeyes behandelt veel onderwerpen zoals de neutraliteitspolitiek, de mobilisatie, de distributie, de perikelen rond opperbevelhebber Snijders, de Nederlandse revolutie, de smokkelarij en de manier waarop koningin Wilhelmina zich met het regeringsbeleid bemoeide. ‘Jarenlang werd ervan uitgegaan dat Nederland vier jaar lang vredig voortdutte terwijl op de Franse en Vlaamse slagvelden de rest van Europa op bloedige wijze de moderne tijd inluidde’, staat er op de achterflap.
Uit dit boek blijkt dat Nederlanders op hungeheel eigen manier ook zeer druk met de Grote Oorlog waren. Soms maken de Nederlanders een charmante kneuterige indruk, bijvoorbeeld als de politie constateert dat spionnen vooral op zondag actief zijn en een Belg met postduiven arresteert, omdat hij de vijand zou inlichten. Soms blijken de Nederlandse politici en militairen niet helemaal op de hoogte van de overwegingen van de kemphanen om ons land buiten de oorlog te houden. Soms geeft men blijk van een verbijsterend tekort aan strategisch inzicht. Opperbevelhebber Snijders schrijft in 1918 dat het uit militair opzicht het beste is de Duitse kant te kiezen. Op dat moment maakte de Amerikaanse oorlogsmachine al gehakt van het Duitse leger. Koningin Wilhelmina verklaarde in 1917 dat Nederland een oorlog met de geallieerden moest riskeren omdat de eer van ons land gekrenkt werd. Ze wad boos op minister-president Cort van der Linden die absoluut buiten de oorlog wilde blijven. Buiten Schot is zeer de moeite waard voor mensen die meer willen weten over deze ‘Roemloze jaren’ in Nederland.
Moeyes Paul, Buiten Schot / Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog 1914-1918, Arbeiderspers.