Het Museum Paul Delvaux: een allercharmantst cottage-achtig huis.
en naar verluidt ontstaan uit gesprekken tussen Paul Delvaux, zijn tweede vrouw Tam en hun neef Charles Van Deun, eveneens kunstschilder. Het feit dat die Stichting in het Vlaamse Sint-Idesbald haar zetel kreeg, veroorzaakte heel wat commentaar. De internationaal vermaarde artiest Delvaux was immers in Antheit (nabij Hoei) geboren en leefde en werkte zijn hele leven in Brussel. Het valt te begrijpen dat de Franstaligen liever die Stichting in Wallonië hadden gezien.
De Stichting zette vaart in het museum-project. Het museum werd geopend op 26 juni 1982. In 1983 werd de oppervlakte ervan verdubbeld en vijf jaar later werd de grote ondergrondse zaal in gebruik genomen. De schilder schonk heel wat werken en voorwerpen aan het museum. Tezamen met zijn vrouw was hij vaak op het terras van Het Vlierhof te vinden.
In het voorwoord van de museumcatalogus uit 1983 schreef Delvaux dat hij steeds grote vreugde aan het schilderen beleefd had, en hij hoopte dat de bezoeker iets van die vreugde zou ervaren. Delvaux overleed in Veurne in 1994, net geen 97 jaar oud. In dat lange leven had hij een enorm oeuvre vervaardigd: schilderijen (voorkeur voor grote formaten), aquarellen, litho's, tekeningen, muurschilderingen. Zijn werken haalden op de internationale kunstmarkt (Londen, New York) duizelingwekkende bedragen. ‘Delvaux, peintre du rêve et de la poésie.’ Met deze zin vatte Van Deun het oeuvre van zijn oom samen. Delvaux wordt soms bij de surrealisten gerekend maar dat is grotendeels ten onrechte. Zijn thema's kunnen herleid worden tot: de vrouw, de architectuur, de geraamtes en de treinen. Zijn werk is zeker een ode aan de vrouw. Delvaux heeft haar in ontelbaar wisselende gedaantes op doek gebracht. De man is er doorgaans afwezig. Als hij toch opduikt, lijkt hij er verdwaald, en dat geeft aan die werken een humoristische tint.