Wederzijds bevruchtende rijkdom
De vraag is in feite of wij die mentaliteitsverschillen, die in de natuur der dingen liggen, per se een scheidende rol moeten toebedelen. Waarom ze niet veeleer als een wederzijds bevruchtende rijkdom beschouwen? Waarom zouden wij allemaal dezelfde mentaliteit moeten hebben? Waarom zouden een Limburger en een Drentenaar niet van mentaliteit mogen verschillen zonder dat zoiets aan de eenheid afbreuk doet? Is een onnatuurlijke Gleichschaltung dan beter?
Als wij die mening zijn toegedaan, dan bewijzen wij daarmee alleen maar dat de échte federalistische geest, die wil samenbundelen wat samen hoort, ons nog vreemd is. Zijn wij die mening wél toegedaan, dan kan en zal de Nederlandse leeuw, onze Leo Belgicus, die zoals ooit iemand schreef ‘zowel zijn poten als zijn hoofd nodig heeft’, alleen maar aan levenskracht winnen. En dan kunnen onze historische gewesten opnieuw en beter tot hun recht komen. Dan kan het historische Vlaanderen opnieuw de hand reiken aan Zeeuws- en Frans-Vlaanderen en met de streek rond Doornik, waarmee het zo nauw verbonden is. Dan kan Zuid-Brabant opnieuw één geheel vormen met Midden en Noord-Brabant in de geest van Brabantia nostra! Dan kan Belgisch-Limburg opnieuw over de Maas heen kijken naar Nederlands Limburg. Dan kunnen de Ardennen samenwerken met het Rijnland. Eenheid, jawel, maar een eenheid waarbij ieder zichzelf blijft en met respect voor de ander. In het zo moeizaam naar eenheid zoekende Europa is voor onze Lage Landen een grote taak weggelegd: een blauwdruk van de nieuwe Europese eenheid te leveren. Grijpen wij deze historische kans met beide handen!