Vlaamse partij. Bovendien vond ik dat het goede moment om een signaal te geven in Brussel en te zeggen dat het nu toch wel té bar werd met dat taalextremisme. Ik heb contacten gehad met politici van verschillende partijen. Voor velen zou het logisch geweest zijn dat ik naar de VLD ging. U moet weten dat ik de PRL gekozen had omwille van de openheid op filosofisch vlak. Ik vond ook dat de PRL een zekere openheid had op taalvlak. Dat laatste is nú niet meer het geval. Ik heb de socialisten tamelijk snel uitgeschakeld, gewoon omdat ik geen socialiste ben. Over de VLD was ik ontgoocheld, door hun houding op het moment dat premier Dehaene de partijen verzocht een cordon sanitaire te leggen rond het Vlaams Blok in Brussel. De VLD was de enige partij die daar geen enthousiame voor toonde.
Zij stemde ook niet voor de wet om geen subsidies meer te geven aan racistische partijen.
Het programma van de CVP vond ik uitstekend. Op menselijk vlak voelde ik me door de CVP aangetrokken, omdat ik goede betrekkingen had met Grouwels en Chabert. Dat heeft zeker meegespeeld in mijn keuze. Zij hadden interesse voor wat ik deed op taalvlak, lokaal, in Bosvoorde en elders.’
Is de alliantie PRL-FDF niet rampzalig voor de verhouding tussen de Nederlands- en Franstaligen in ons land?
‘Ik ben daar helemaal van overtuigd. Ik lees regelmatig Le Soir en La libre Belgique, en het valt me op hoe Vlaamshatend sommige Franstalige kranten worden, hoe er aan segregatie wordt gedaan. Op tv is het niet beter. Sommige Vlamingen mogen niet geïnterviewd worden of mogen niet deelnemen aan debatten. Men gaat ervan uit dat Vlamingen extremisten zijn en men maakt geen onderscheid meer tussen de partijen. In mijn gemeente zijn er mensen die dermate tegen me worden opgehitst, dat ze denken dat ik nu tot het Vlaams Blok behoor. Over die alliantie overigens zijn binnen de PRL noch de mandatarissen noch de leden geraadpleegd. Ze werd min of meer opgelegd.’
Wat wordt er met die alliantie PRL-FDF beoogd?
‘Ik weet niet welke partij het meeste belang heeft bij die alliantie. Ik vermoed het FDF. Dat is een kleinere partij. Wellicht vreest men dat, als het federalisme of het confederalisme er is, de partij geen zin van bestaan meer zal hebben in Brussel. De PRL van haar kant wil steeds maar sterker worden. Door de alliantie met het FDF heeft ze meer mandatarissen in Brussel. Door de scheuring binnen de Franstalige christen-democraten (PSC) hebben ze nu de vorige voorzitter van die partij, Gérard Deprez, binnengehaald. De PRL heeft een heel vaag programma, gaat van links naar rechts: alles kan bij de PRL. Iedereen die stemmen meebrengt, is goed voor haar.’
Is voorzitter Michel een opportunist? ‘Het woord “opportunist” zegt alles en tegelijkertijd niks. (Lacht.) Je zou iedere politicus in zekere zin een opportunist kunnen noemen. Wat Michel wil, is hoe langer hoe meer macht. Hij begeert macht en wil de PRL tot dé grootste partij van Brussel en Wallonië maken. Ik herinner me dat hij, net voor zijn “Ronde van Vlaanderen”, zei dat, als het socialisme de macht in Wallonië behoudt, hij bij Frankrijk wil. Misschien hoopt hij wel ooit premier te worden. Hij is tweetalig.’
Hoe groot is de kans dat de PRL de grootste partij wordt in Brussel en Wallonië?
‘In Brussel worden ze misschien de grootste. In Wallonië, nee, dat denk ik niet. Iemand die socialist is, zal voor de soeialisten blijven stemmen, wat er ook in de partij moge gebeuren. Degenen die toch veranderen, zullen dan eerder naar de Groenen kijken.’
Waarom begrijpen de Franstaligen zo moeilijk de politiek van minister Peeters in de faciliteitengemeenten? Waarom nemen ze zo gemakkelijk termen als ‘etnische zuivering’ in de mond?
‘Ik krijg wel eens de opmerking van Franstaligen dat ze niet begrijpen waarom een Brusselse gemeente, waar de meerderheid van de bevolking uit Franstaligen bestaat, niet gewoon Franstalig kan worden. Ik wijs dan iedere keer op het verleden: de tweetaligheid is jullie voorgesteld, maar jullie hebben niet gewild. Maar nu plots grondgebied bij Brussel annexeren, dat kan niet. Een Franstalige school in Linkebeek bijvoorbeeld, betaald door de Vlaamse Gemeenschap, vind ik een enorm cadeau. Ik vraag mij wel af of de oplossing voor Brussel en de randgemeenten niet zou zijn: tweetalige scholen.’
Moet er voor u een nieuwe ronde staatshervorming komen na de verkiezingen?
‘De voorstellen van het Vlaams parlement zijn volgens mij te bestuderen op federaal vlak. De Franstaligen reageren hier heel fel op. Ze voelen zich bedreigd in Brussel: Sarajevo begint, of zo. Ze vrezen echt dat de Vlamingen Brussel zullen gaan overheersen en er geen Frans meer zal kunnen worden gesproken. Te gek allemaal. Vlaanderen is een rijk gewest. Waarom zou Vlaanderen niet méér mogen investeren in Brussel? De Franstaligen hebben daar toch baat bij? Brussel kan economisch gesproken veel beter uitgebaat worden. Men moet de stad daarvoor de nodige middelen geven. Brussel is de hoofdstad van Vlaanderen, van België, van Europa. Dat is niet niks.’
●