Kijkonderzoek: cijferdans
● Guido Logie
(naar gegevens van Tom Fikkert, studiemedewerker RNWO)
Wereldomroep Zomer TV (WO ZTV) mikte op drie doelgroepen:
- | de ongeveer 8 miljoen Nederlanders en Vlamingen die in het buitenland vakantie vieren; |
- | de Nederlanders en Vlamingen die permanent in het buitenland wonen; |
- | de bij benadering 85.000 overwinteraars in Zuid-Europa. |
Degenen die permanent in het buitenland verblijven, ontvangen het hele jaar de programma's; de anderen een veel kortere tijd variërend van enkele dagen tot enkele maanden.
38% van de buitenlandse vakantievierders kende WO ZTV. In 1996 was dat nog 7% minder. WO ZTV was bekend bij 44% van de tv-kijkende vakantievierders. Bij degenen die geen tv keken was dat 36%.
De bekendheid bij degenen die buiten Nederland woonden of werkten was maar liefst 88%. Dit cijfer is toch nog 2% lager dan het jaar voordien.
Hoe raakten de voor korte of lange tijd in het buitenland verblijvende Nederlanders op de hoogte van de uitzendingen van ZTV? Hier is er een duidelijk verschil tussen degenen die permanent buiten de Nederlandse grenzen wonen, en de vakantiegangers. Maar liefst 56% van de eerstgenoemde categorie vernam van het bestaan van ZTV via aankondigingen in de radio-uitzendingen van Radio Nederland Wereldomroep, en nog eens 27% via een brief of een telefoontje naar de Wereldomroep. 23% van de vakantiegangers hoorde van ZTV via reclame op radio en televisie, en 21% las erover in een krant of een tijdschrift. Verder speelden hier vrienden of familie (15%), en de Radio- en TV-gids (13%) een voorname rol.
Van alle vakantiegangers in de maanden juli, augustus en september (zo'n 4,02 miljoen) keek 1,3% naar ZTV. De permanenten keken met zo'n 125.000.
Slechts 9% van de vakantiegangers stemde in het buitenland (exclusief België) op een Nederlandse zender af. RTL-4 werd het meest bekeken (6%). WO ZTV volgde op de tweede plaats met 2,9%.
Als we het marktaandeel van de Nederlandse televisie onder vakantiegangers beschouwen, vertegenwoordigt RTL-4 39% en WO ZTV 19%.
80% van de vakantiegangers verklaarde er geen idee van te hebben of ze analoog dan wel digitaal keken.
3% nam zelf apparatuur mee! Van de permanenten beschikt 70% (in 1996 57%) over een schotel/ontvanger. 69% heeft een analoge ontvanger, slechts 9% een digitale, en 22% beide systemen.
Van de vakantiegangers keek 51% dagelijks en 45% regelmatig. Bij de permanenten wordt dat respectievelijk 63% en 34% De vakantieganger
volgde doorgaans per dag of per keer 30 minuten of minder een uitzending van ZTV. De Nederlanders die permanent in het buitenland verbleven keken langer. Bij de percentages voor de vakantiegangers moet aangetekend worden dat ze door de kleine basis slechts een indicatieve waarde hebben.
Wat de kijkfrequentie naar ZTV-programma's door permanenten betreft, scoort het NOS-journaal (om 21.30 u.) het hoogst: 91% of 53% dagelijks, 28% regelmatig en 11% onregelmatig, onmiddellijk gevolgd door Nova (75%), de weersinformatie (74%). Het sportjournaal haalt maar 55%, dat is 3% meer dan het BRTN-journaal (om 23.30 u).
Hoe ziet het profiel van de WO ZTV-kijker eruit?
De vakantieganger kijkt het meest in Spanje en Oostenrijk. Hij is tussen 25 en 54 jaar, en volgt de programma's het meest in een appartement, tent, caravan of camper. Hij is laag tot middelbaar opgeleid. Hij was doorgaans twee weken met vakantie.
De permanent in het buitenland verblijvende is boven de 50 jaar, ‘budgetgevoelig’, en leeft met zijn partner vooral in Spanje of Frankrijk. Het opleidingsniveau verschilt sterk.