Neerlandia. Jaargang 101

Overheid

Euregio Scheldemond

Begin november 1996 heeft het Comité van Toezicht van de Euregio Scheldemond besloten subsidie te geven aan diverse grensoverschrijdende projecten. Zo wil het comité een bijdrage van 218.688 ECU leveren aan het project Euregionaal zakendoen van de Kamer van Koophandel Zeeuwsch-Vlaanderen. De barrières voor het grensoverschrijdend ondernemen moeten verminderd worden door de ondersteuning, diensten en informatie van de Kamers aan bedrijven in de Euregio volledig open te stellen. Ook wordt er een subsidie van 349.783 ECU verleend aan het project Natuur, milieu en burgers van het Consulentschap Natuur en Milieu-Educatie Zeeland. Dat probeert onder andere de inbreng van vrijwilligers in de natuur- en milieueducatie te versterken.

Rijn-Scheldedelta in de 21e eeuw

In oktober 1996 vond in Breda het congres Rijn-Scheldedelta in de 21e eeuw plaats. De Zeeuwse commissaris van de koningin drs. W.T. Van Gelder schetste waarom de handelsverbeteringen voor de Rijn-Scheldedelta op overheidsniveau nog niet vlotten. Het probleem is dat men in de Rijn-Scheldedelta een beroep moet doen op twee nationale regeringen, zes provinciebesturen en zo'n vijftig gemeentebesturen. Daarom zullen de ondernemers zelf aan de slag moeten om de hobbels te slechten die het grensoverschrijdend zakenverkeer hinderen. Van Gelder benadrukte het belang van praktische projecten. In 1997 worden drie thema's aangepakt: droge bedrijventerreinen, toerisme en recreatie, afvalstoffen en milieuhygiëne.

Rampenbestrijding

Drie Nederlandse en drie Vlaamse provincies zien mogelijkheden om verregaand samen te werken bij het bestrijden van rampen. Een gezamenlijke aanpak bespaart volgens de provincies Noord-Brabant, Nederlands-Limburg, Zeeland, Antwerpen, Belgisch-Limburg en Oost-Vlaanderen aanzienlijk in de kosten. Daarnaast levert samenwerking de basis voor burenhulpovereenkomsten op lokaal niveau. Op 26 november 1996 werd in Brussel een plan van aanpak besproken. Aan de orde kwamen de verschillende mogelijkheden tot samenwerking, de aanpassing van bestaande rampenbestrijdingsplannen, de uitwisseling van informatie, de voorlichting, het houden van oefeningen en het maken van risicokaarten van het gezamenlijk grensgebied.

Drugscontrole

Op 31 oktober 1996 werden bij een anti-drugsactie van de Belgische Rijkswacht en de Nederlandse politiediensten 39 aanhoudingen verricht. De actie werd gehouden op Rijksweg A16 (tussen Antwerpen en de Moerdijk) en op internationale treinen op het traject Rotterdam-Antwerpen. De politie onderschepte enkele tientallen grammen soft- en harddrugs en 250 opwekkende pillen. Voor het eerst reden op Rijksweg A16 motoragenten van de Belgische rijkswacht en de Nederlandse politie in koppels. Gezamenlijk leidden zij verdachten naar de controleposten van grensovergang

[p. 46]

Hazeldonk. Het doel van de actie was te leren van elkaars kennis bij de aanpak van drugsverkopers en het verkennen van de grenzen van het Schengen-akkoord. De vraag is of dat akkoord voldoende ruimte biedt voor een grensoverschrijdende aanpak van het probleem, want de bevoegdheden van de Belgische Rijkswacht en de Nederlandse politie zijn (nog) niet op elkaar afgestemd en de werkwijze is dus verschillend. Op enkele communicatieproblemen na verliep de samenwerking tussen België en Nederland naar wens. Na afloop verklaarden de deelnemende instanties van beide landen de samenwerking te willen voortzetten.

De Belgische grensregio's worden geconfronteerd met een toenemende aanvoer van soft- en harddrugs uit Nederlandse steden als Maastricht, Tilburg en Breda. Volgens een onderzoek van de universiteit van Antwerpen is het druggebruik in het arrondissement Turnhout in 1996 met 80 procent gestegen. Het betreft niet alleen softdrugs als hasj, maar ook xtc-pillen, amfetamine en heroïne. Volgens de gerechtelijke politie en de rijkswacht van Turnhout zijn vrijwel alle onderschepte drugs afkomstig uit Nederlandse grenssteden.