‘Ja, dat is zo. Onze luisteraars, vooral de anderstalige luisteraars, vormen een zeer specifiek publiek. Een publiek dat van kortegolfbeluistering zijn hobby maakt. Het luistert - en zeker in ontwikkelingslanden is dat zo - in eerste instantie om kennis op te doen van het land dat uitzendt. Dat blijkt zeer duidelijk uit de brieven die we overal vandaan ontvangen. Dit geldt voor alle internationale radio's. Luister bijvoorbeeld maar eens naar de brievenrubriek van de BBC World Service. De programmamakers kennen hun luisteraars, en omgekeerd. Er is een hechte onderlinge band. Dat is zeer typisch voor alle kortegolfradio's, behalve diegene die in de loop van de geschiedenis opgericht zijn voor zuivere propagandadoeleinden. Je kon de radio van Goebbels moeilijk een vriendschapsbode noemen, en radio Moskou en The voice of America waren dat ook niet. Die hadden de bedoeling over de grenzen heen the hearts and minds, maar vooral de minds van de tegenstander te beïnvloeden.’
Wat zijn momenteel de voornaamste taken van RVI?
‘Ten eerste moeten we contact leggen en contact houden met Vlamingen en “Nederlands-verstaanden” die om een of andere reden niet hier zijn. Er zijn hoe langer hoe meer mensen op reis voor korte of lange periodes. In de jaren veertig, vijftig was dat veel minder het geval. Nu gaat iedereen al eens een paar dagen of een paar weken op reis naar elders. We zijn een klein land en zodra je hier tien km over de grens bent, lees, hoor of zie je er in de lokale media niets meer van. Je bent volledig afgesneden van alles wat in je eigen land gebeurt. De tweede functie van RVI, even belangrijk als de eerste, is aan de wereld en zeker aan Europa laten horen wat Vlaanderen is, kan en doet. Als je niet over jezelf vertelt, zal niemand anders het in jouw plaats doen. Dat is nu eenmaal zo. Dus doen wij dat in de vijf grote wereldtalen: Frans, Engels, Duits, Spaans en Arabisch.’
Als ik zeg, verbreiding van de eigen cultuur, is dat niet een beetje te hoogdravend uitgedrukt?
‘Nee, helemaal niet, maar u moet cultuur dan wel in zeer ruime zin zien. Cultuur is een levenswijze. Een goede biersoort maken is ook een uiting van cultuur.’
Was het vanaf de start de bedoeling de eigen cultuur te bevorderen?
‘Eigenlijk heeft dat altijd meegespeeld, maar toch, in de eerste jaren, tussen 1945 en 1955, bestempelde men die uitzendingen in vreemde talen voornamelijk als “
émissions de propagande”. Dat was nog onder de invloed van de oorlog natuurlijk. Vandaag de dag zouden we het hebben over
public relations. Propaganda-uitzendingen zijn het zeker niet meer. Je kan een publiek alleen maar bereiken als je geloofwaardig bent. En die geloofwaardigheid kun je alleen maar opbouwen als je eerlijke journalistiek bedrijft. Er is geen enkel aspect van het leven in Vlaanderen dat wij
Jacques Vandersichel, directeur van de RVI. Foto: BRT