Schoolklas
Veel schrijvers in Suriname zorgen zelf voor de verkoop van hun boeken. Of ze maken gebruik van het onderwijs, zoals bijvoorbeeld Krishnadat. ‘Als scholen mee willen doen aan een boekenactie van mij, stuur ik demonstratiemateriaal en bestelformulieren. De kinderen komen dan met hun geld naar school en bestellen via de onderwijzer wat ze willen hebben. De scholen krijgen commissie voor de schoolkas. Ook andere kinderboekenschrijvers gaan zo te werk. Kijk, er zijn in Paramaribo eigenlijk maar twee boekhandels en je doelgroep zit toch op die scholen. In de districten zijn helemaal geen boekhandels. Dus dit is een hele directe manier om je doelgroep te benaderen’.
Opmerkelijk is dat de kinderliteratuur vanaf het eind van de jaren tachtig enorm in opkomst is. Recensent Michiel van Kempen spreekt zelfs van een ‘hausse’. Vooral voor de kleintjes tot plusminus 10 jaar zijn er leuke, geïllustreerde series te koop. De boekjes zijn dan wel niet zo stevig als in Nederland en het drukwerk is ook niet altijd even fraai, maar ze sluiten beter aan bij de wereld van het Surinaamse kind dan ‘De Kameleon’ en ‘Pinkeltje’.
Toch maakt Krishnadat, die zelf een uitgeverij heeft, zich grote zorgen over de toekomst van het Surinaamse (kinder)boek. ‘Ik probeer de prijs zo laag mogelijk te houden. Veel schrijvers proberen ook sponsoring te krijgen of moeten het van giften hebben. Maar als je bedenkt wat er allemaal bij het drukken van een boek komt kijken, dan is het ontzettend duur. Nu zijn de prijzen voor mijn boekjes nog te doen, maar er komt een tijd dat lezen onbetaalbaar wordt’.
Clarisse Buma is correspondente voor het Algemeen Dagblad in Suriname. (Dit was het derde en laatste deel van een serie van drie artikelen over de positie van het Nederlands in Suriname).
Geraadpleegde literatuur:
Sranan. Cultuur in Suriname.
Samenstelling en redactie
Ch. van Binnendijk en P. Faber, KIT Amsterdam, 1992.