| |
| |
| |
ANV-jaarverslag 1990
1. Inleiding
Op het jaar 1990 kan met een zekere tevredenheid worden teruggezien. Het in de loop van de jaren '80 ontwikkelde beleid werd nauwgezet langs twee lijnen verder uitgewerkt en vorm gegeven:
- | het benaderen van de politiek en het bestuur om aandacht te vragen voor de noodzaak om de algemeen-Nederlandse dimensie bij het beleid te betrekken. |
- | zo ruim mogelijk bekendheid geven aan het bestaan van het ANV en zijn doelstellingen. |
| |
Standpuntbepaling
Het beleidsgericht optreden van het ANV concentreerde zich in het verslagjaar op het formuleren van standpunten ten aanzien van actuele cultuurpolitieke onderwerpen.
Nu in Europa de traditionele scheidslijnen meer en meer wegvallen, militair geweld ondenkbaar is geworden en de nationale autonomie ten gevolge van de Europese integratie meer en meer ‘weglekt’, zullen de samenstellende delen van Europa in toenemende mate taal- en cultuurpolitieke onderwerpen als instrument van positiebepaling en onderlinge wedijver inzetten. De ons omringende grotere landen hanteren cultuurpolitiek reeds lang als onderdeel van hun buitenlands beleid. Zijn Nederland en Vlaanderen hierop voorbereid?
| |
Cultuurbeleid
Bij herhaling moet helaas worden vastgesteld dat het in de Lage Landen ontbreekt aan een weloverwogen buitenlands cultureel beleid. Het is de taak van het ANV de politiek en de verantwoordelijke bewindslieden er op te blijven wijzen dat behoud en ontplooiing van de Nederlandse identiteit als bijdrage aan de Europese culturele pluriformiteit een absolute voorwaarde is voor een blijvende, eigen rol van de Nederlanden in de Europese ontwikkeling.
Dit betreft niet alleen buitenlands beleid. In de binnenlandse politiek zal meer aandacht aan de beheersing en de wettelijke vastlegging van de Nederlandse taal, de kennis van de algemeen-Nederlandse dimensie - naar analogie van de Europese dimensie - in het onderwijs besteed moeten worden. De onevenwichtige belangstelling voor de Engelse taal, met name in het onderwijs, dient tot juiste proporties te worden teruggebracht.
In het verslagjaar deden zich twee verheugende ontwikkelingen voor ten aanzien van mogelijke Nederlands-Vlaamse samenwerking.
Op 31 oktober 1990 tekenden de beide ministers van Onderwijs de overeenkomst G.E.N.T. (Geheel Europees-Nederlandse Taalgebied), een actieprogramma waarmee vanaf 1992 Nederland en Vlaanderen één onderwijsmarkt op het gebied van het hoger en wetenschappelijk onderwijs zullen vormen met vrije uitwisseling van docenten en studenten met behoud van ieders rechten en plichten over en weer.
Deze marktverruiming vergroot de mogelijkheden om Nederlandstalig wetenschappelijk onderwijs en onderzoek zijn partij in het internationaliseringsconcert te kunnen laten blijven meespelen.
Daarnaast kondigde zich in de loop van het verslagjaar de definitieve goedkeuring van de Beneluxovereenkomst voor grensoverschrijdende samenwerking tussen lagere overheden aan. Zonder tussenkomst van de nationale overheid is het vanaf 1 april 1991 aan provincies, gemeenten en waterschappen toegestaan zelfstandig publiekrechtelijk overeenkomsten te sluiten en zelfs gemeenschappelijke organen op te richten over de grenzen heen. Dit betekent niet alleen een volkenrechtelijk unicum, maar is vooral een uniek instrument om Nederland en Vlaanderen in de grensstreken in de toekomst vloeiend in elkaar te laten overlopen.
Het komt er nu op aan ruime bekendheid te geven aan deze mogelijkheden. Het zijn nu de instellingen voor hoger en wetenschappelijk onderwijs om het actieprogramma G.E.N.T., en het zijn de lagere overheden om de Beneluxovereenkomst daadwerkelijk inhoud te geven. Samen met het reeds sinds 1980 bestaande Taalunieverdrag is nu een drietal instrumenten voorhanden, waarmee heel wat Nederlands-Vlaamse integratie bewerkstelligd kan worden. Een uitdaging tot handelen.
| |
Beleidsbeïnvloeding
Bewindslieden, politici, beleidsambtenaren en journalisten werden bij verschillende gelegenheden in kennis gesteld van het ANV-standpunt. Zo werd een veertigtal bezoeken afgelegd, o.a. aan de ministers van Cultuur, mevrouw H. d'Ancona en de heer P. Dewael, de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, de heer P. Dankert, de ministers H. Weckx (gemeenschapsminister belast met Brusselse aangelegenheden) en V. Anciaux (staatssecretaris hoofdstedelijk gewest Brussel), de ambassadeurs van Nederland jhr. mr. H.J.M. van Nispen tot Sevenaer, van België dr. L. Ceyssens en van Zuid-Afrika de heer A.E. Nothnagel, de gevolmachtigd minister van de Antillen de heer E.A.V. Jesuru en de algemeen secretaris van de Taalunie, de heer O. de Wandel. Omgekeerd werden ongeveer 50 bezoekers ontvangen, waaronder de ambassadeur culturele samenwerking, de heer P. Brouwer, de plv. secretaris-generaal van Onderwijs, drs. J. van Boven, de directeur van het Vlaams cultureel centrum, de heer G. Vereecke en een groep Zuidafrikaanse hoofdredacteuren.
Schriftelijk geformuleerde beleidsstandpunten werden gezonden aan: staatssecretaris van Buitenlandse Zaken de heer P. Dankert, nl. een nota over het buitenlands cultureel beleid t.b.v. het met hem gevoerde gesprek op 5 juni 1990 (zie Neerlandia 1990-3) en aan de minister van Cultuur mevrouw H. d'Ancona een gespreksnotitie t.b.v. het gesprek met haar op 9 oktober 1990.
| |
Publiciteit
Op het gebied van de publiciteit, de tweede genoemde beleidslijn, is elke geboden kans aangegrepen om het ANV voor het voetlicht te krijgen. Voorafgaand moet worden opgemerkt dat de bescheiden middelen het ANV niet toestaan een professionele publiciteitscampagne te voeren. Dit betekent dat elke andere vorm om het ANV in de openbaarheid te brengen moet worden gebruikt. Een voorbeeld zijn de ANV-Visserneerlandia prijsuitreikingen, waarvan er drie in het verslagjaar vielen (zie hierna). Daarmee werd niet alleen de krant gehaald, maar ook radio en televisie. Hoeveel nieuwe leden dit oplevert is moeilijk te zeggen; het dient in ieder geval de naamsbekendheid. Een tweede voorbeeld vormt de actie openbare bibliotheken. In Nederland werden alle openbare bibliotheken in gemeenten met meer dan 50.000 inwoners met een wervende brief, vergezeld van de ANV-kenschets, aangeschreven. Hoewel de respons tegenviel, ligt het effect ook hier op de langere termijn.
Als derde voorbeeld kan het institutionaliseren van het contact met aanverwante verenigingen en organisaties worden genoemd.
| |
| |
Zo is periodiek overleg geopend tussen het dagelijks bestuur van het ANV en dat van het Algemeen-Nederlands Congres teneinde allerlei werkzaamheden op elkaar af te stemmen.
In het verlengde hiervan ligt de representatie van het ANV naar buiten. Verschillende bestuursleden vertegenwoordigden het ANV op tal van nationale en regionale bijeenkomsten van andere organisaties, verenigingen of instellingen, vervulden spreekbeurten of namen deel aan fora.
| |
Enkele centrale projecten
Eind 1989 zijn alle gemeenten in Vlaanderen, en in Nederland de gemeenten in de grensprovincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg aangeschreven met het verzoek te bezien in hoeverre er belangstelling bestaat een samenwerkingsverband aan te gaan met Nederlandse, resp. Vlaamse gemeenten. De uitwerking van deze actie viel in het verslagjaar. De bedoeling is de bevolking - via de gemeentelijke overheid - met elkaar in contact te brengen om op deze wijze de eenheid in verscheidenheid binnen het Nederlandstalige cultuurgebied te versterken.
Deze nieuwe activiteit leverde uiteenlopende reacties op.
Sommige gemeenten hadden geen belangstelling. Een zestigtal werd evenwel in de door hen reeds aangegane contacten gesterkt en een evengroot aantal verklaarde zich bereid één of andere vorm van jumelage aan te gaan. Over en weer werden de benodigde gegevens verstrekt.
Bijzonder veel werk bracht het opstellen en drukklaar maken van het rapport ‘De Nederlanden Nu’ van de ad-hoc commissie ‘Internationale Culturele Samenwerking’ (zie hierna) met zich mee, dat begin 1991 aan de meest betrokken bewindslieden in Nederland en Vlaanderen kon worden aangeboden.
Ook de voorbereidende werkzaamheden voor het in 1995 te vieren eeuwfeest (zie aldaar) en de daarin te plaatsen activiteiten zoals de instelling van een bijzondere leerstoel cultuurhistorie en ontwikkeling der Nederlanden of het opschonen en toegankelijk maken van het archief vanaf 1895, bezorgden het verbondskantoor veel extra werk.
In de loop van het najaar heeft het ANV zijn medewerking verleend aan een handtekeningenactie van zowel het Comité Buitenlands Beleid dat het manifest,.Autonomie voor cultuur in Europa’ (met uiteindelijk ruim 800 ondertekenaars) uitbracht, als aan de handtekeningsactie van de Vlaamse Volksbeweging tegen de toenemende,.verengelsing’, voornamelijk in het onderwijs. De opgestelde verklaring is door het ANV aan de minster-president aangeboden.
De ANV-Kenschets is, met enkele aanpassingen, herdrukt (5000 stuks). De kenschets wordt, samen met een of twee nummers van Neerlandia, vrijwel dagelijks gebruikt om belangstellenden van het ANV op de hoogte te stellen.
Al deze naar buiten gerichte activiteiten hebben andermaal geleid tot een positief ledensaldo. In 1990 werden 216 nieuwe leden ingeschreven. Op 1 januari 1991 bedroeg het totaal aantal leden 2300.
| |
Raad van Advies
De leden van de Raad van Advies werden schriftelijk op de hoogte gehouden van de belangrijkste beleidsstandpunten die het bestuur in de loop van het jaar heeft ingenomen. Leden van de raad bemiddelen bij het tot stand komen van gesprekken met bewindslieden.
Uitbreiding van de raad met een vertegenwoordigster uit de Nederlandse VVD kon in het verslagjaar worden voorbereid. Daarmee zijn de belangrijkste politieke stromingen uit Nederland en Vlaanderen in de raad vertegenwoordigd.
| |
Bijeenkomsten
Het dagelijks bestuur vergaderde 7 maal; op 2 februari, 10 maart, 11 mei, 23 juni, 15 september, 27 oktober en 30 november.
Het hoofdbestuur kwam bijeen op 10 maart, 9 juni en 27 oktober.
De Verbondsconferentie die te Brugge op 10 november zou worden gehouden, moest door te geringe deelname worden afgelast.
Omdat in het verslagjaar in Brussel het Algemeen-Nederlands Congres werd gehouden, heeft het bestuur, desgevraagd, afgezien van het organiseren van de ANV-conferentie ‘De Nederlanden Nu’.
De Algemene Ledenvergadering, het hoogste beleidsorgaan van zowel het ANV als de v.z.w. ANV, kwam op 23 juni in Roosendaal bijeen.
De vergadering herbenoemde de algemeen voorzitter dr. H.J.G. Waltmans, de algemeen penningmeester H.J. Neeleman, de penningmeester Vlaanderen E. Ruysschaert, alsmede de leden prof. dr. S.W. Couwenberg, mw. prof. dr. A. Deprez en de heer P.M. Klaassen. Tot nieuw lid werden benoemd mw. A. Fleerackers-Ruys, de heer prof. dr. A.M.C. van der Geld en mw. A.M. Jongbloet-Stoop.
Naast de behandeling van de jaarstukken - begroting, jaarrekeningen en jaarverslag - besteedde de vergadering veel aandacht aan de verhouding tussen Algemeen-Nederlands Verbond en Algemeen-Nederlands Congres. Algemeen werd de wens uitgesproken dat beide organisaties aanvullend aan elkaar moeten optreden. Daartoe zal het bestuur van beide organisaties op gezette tijden onderling overleg voeren teneinde zo nauw mogelijk samen te werken.
Ter vergadering werd ter gelegenheid van zijn 90-ste verjaardag de ANV-oorkonde van verdienste uitgereikt aan de heer J.H. Scheps, lid van de Raad van Advies, voor zijn jarenlange onvermoeibare inzet in tal van situaties voor het ANV en zijn doelstellingen.
Het hoofdbestuur was op 31 december 1990 als volgt samengesteld:
D. Aronson, Hulst,
prof. dr. S.W. Couwenberg, Rotterdam, mw. prof. dr. A. Deprez, Gent,
* | G. Dutry, secretaris Vlaanderen, Duffel, lie. A. van Eetvelde-de Moor, Lokeren, mw. A. Fleerackers-Ruys, Wilrijk, prof. dr. A.M.C. van der Geld, Rosmalen, dr. P.H. Jongbloet, Ottersum, mw. A.M. Jongbloet, Mechelen, |
* | drs. J.L.M. Kits Nieuwenkamp, algemeen secretaris, Den Haag,
P.M. Klaassen, Hilversum,
F.A.L. Kortie, Eindhoven, D. Metsu, Bredene, |
* | H.J. Neeleman, algemeen penningmeester, Voorschoten, |
* | mr. E.J. Raskin, voorzitter Vlaanderen, Bilzen, |
* | E. Ruysschaert, penningmeester Vlaande- ren, Knokke-Heist, |
E. Schepens, Strombeek-Bever,
B. Vanhaverbeke, Brugge,
drs. M. van der Velden, Rotterdam,
| |
| |
* | dr. H.J.G. Waltmans, voorzitter Nederland, Landsmeer. |
* | lid dagelijks bestuur |
De algemeen voorzitter, dr. H.J.G. Waltmans, werd in het verslagjaar door Z.M. Koning Boudewijn benoemd tot officier in de Kroonorde.
| |
Verbondskantoor/secretariaat
Het in het verslagjaar tot stand gebrachte resultaat is in niet geringe mate te danken aan het enthousiasme en de toewijding waarmee het personeel zijn taak heeft gevuld. Ook bij het ANV ontkwamen wij niet aan het verrichten van overwerk. Het secretariaat te Brussel wordt met moderne kantoorapparatuur uitgerust. Het verlenen van hand- en spandiensten aan het afdelings- en werkgroepwerk verloopt hierdoor vlotter.
Op het Verbondskantoor en het secretariaat werden ± 11.000 poststukken verwerkt en werden 460 verzoeken om informatie behandeld.
Op het secretariaat te Brussel trad op 3 september een tweede medewerkster in dienst, eveneens deeltijds.
Voor twee dagen per week is als stagiaire in Den Haag een Engelse studente Nederlands uit Hull in dienst.
Het personeelsbestand per 31 december 1990 is:
dhr. J. van Hoorn |
administrateur |
Den Haag |
mw. W. van Dijk |
secretaresse |
Den Haag |
mw. C.E. Gräber |
secretaresse |
Den Haag |
mw. J.G.C. v.d. Stap |
secretaresse |
Den Haag |
dhr. J. van Dorp |
boekhouder |
Den Haag |
mw. C. Williams |
stagiaire |
Den Haag |
mw. E. van Esbroeck |
secretaresse |
Brussel |
mw. L. Bruggeman |
secretaresse |
Brussel |
Behalve de heer Van Hoorn zijn allen deeltijds werkzaam.
| |
2. Afdelingen
Afdeling Antwerpen, kern Mechelen
Afdeling Antwerpen, kern Mechelen heeft tijdens het verslagjaar zes bijeenkomsten belegd, waarbij in overeenstemming met de opdracht van de vereniging, de aandacht in de eerste plaats uitging naar de Nederlandse cultuur.
Het Van Goghjaar werd op 16 januari ingezet met een causerie: VINCENT, DE ONMOGELIJKE, gehouden door kunstexpert en -historicus Dr. Roger Marynissen. De meesterlijke benadering van kunstenaar en werk kreeg de uitzonderlijk grote opkomst, die ze verdiende. Op 22 maart sprak prof. Ludo Simons ons over credit- en debetzijde van de Taalunie, na 10 jaar bestaan. Volledig rendement zal slechts bereikt worden, wanneer de politici deze instelling en haar opdracht tenvolle ernstig nemen (daartoe door de opinie gedwongen).
De bekende politieke commentator Manu Ruys liet zich op 22 maart kennen als een boeiend causeur in zijn plaatsbepaling van een vernieuwd, open, alert VLAANDEREN IN EEN NIEUWE EUROPESE CONTEXT.
Professor Yvan van den Berghe (U.I.A.) hield op 19 oktober, onder de titel DE TAAL VAN ERASMUS, een scherpzinnige uiteenzetting over de doceertaal aan onze universiteiten. Een treffend argument tegen het doceren in het Engels: de voornaamste taak van de universiteit is het vormen van studenten, die de universele wetenschap in hun eigen cultuurgemeenschap toepassen: als hoogste onderwijsniveau heeft ze bovendien tot taak onze cultuur op de volgende generatie over te dragen. Dat kan alleen in de eigen taal.
Op 21 november tekende Paul Beugels in zijn lezing BEKLEMDE CULTUUR IN DE EUROPESE MARKT, op overtuigende wijze het gevaar voor de culturele eigenheid van een op louter economische conceptie gebouwde Europese integratie. Vrijwaring van de culturele autonomie kan door de toevoeging aan het Verdrag van Rome van een culturele paragraaf worden verzekerd. Spreker behoort tot de groep Nederlanders en Vlamingen, die voor deze toevoeging actie voeren.
Tenslotte sprak Michel van der Plas op 11 december over MIJNHEER GEZELLE, aan wie hij onlangs een biografie heeft gewijd. Zijn belichting van de priester-dichter, die zijn jeugd (en blijkbaar ook zijn volwassenheid) verblijdt, was voor de aanwezigen een belevenis.
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
voorzitter: |
dr. jur. R. Piryns |
secretaris-penningmeester: |
dr. W. van den Steene |
| |
Afdeling Brussel
De afdeling was medeorganisator van het jaarlijkse feest van de Kring van het Vlaamse Gezelschapsleven te Brussel, dat op 20 januari werd gehouden.
Voorafgaande aan een excursie naar Frans-Vlaanderen hield de heer Leo Camerlynck een inleiding over dat gebied, over de bewoners en over de Nederlandse cultuur, die nog door velen als de eigen cultuur wordt beschouwd.
Op 29 april volgde de excursie onder de deskundige leiding van de heer Camerlynck.
Als lid van het Aktiekomitee Vlaanderen 90 werkte de afdeling mee aan een demonstratieve optocht, die op 6 mei te Brussel werd gehouden. De betoging was georganiseerd om het ongenoegen tot uitdrukking te brengen over het - naar de mening van de demonstranten - trage verloop van de Belgische staatshervorming.
Het lidmaatschap van het Overlegcentrum van Vlaamse Verenigingen werd opgegeven ten voordele van het ANV-Vlaanderen vzw.
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
voorzitter: |
prof. dr. H. van Nuffel |
secretaris: |
E. Schepens |
penningmeester: |
mw. drs. H. Grauwels |
| |
Afdeling Gelderland
Het verenigingsjaar 1990 werd gekenmerkt door een sterke groei van het ledental en door vernieuwing. Naast een nieuwe naam - de oude, historische afdelingsbenaming Arnhem-Nijmegen werd veranderd in Gelderland - en een nieuw onderkomen, werd ook het bestuur uitgebreid. Binnen dit bestuur werden en worden verschillende plannen ontwikkeld o.m. betreffende een speciale leerstoel voor de Nederlandse cultuur aan de Katholieke Universiteit te Nijmegen.
Er vonden in 1990 drie bijeenkomsten plaats:
8 maart, W. van Heugten - De verduitsing van het land aan de Nederrijn
14 juni, P. Belien - Nederlands-Nederlandse betrekkingen
13 september, P. van Hees - Vlamingen in Nederland tijdens het interbellum.
| |
| |
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
voorzitter: |
dr. P.H. Jongbloet |
secretaris: |
dr. W.F.W.M. van Heugten |
penningmeester: |
drs. J.P. Gerets |
leden: |
drs. I. Dom |
|
prof. dr. A.M. Hagen |
|
A. Maes |
|
R.O.M. Waelput |
| |
Afdeling Kaapstad
In samenwerking met het Boekerijbestuur kon gedurende het jaar aan de leden een goed en gevarieerd programma worden aangeboden. Er werden drie lezingen gegeven: Prof. E.M. van Zinneren Bakker sprak over ‘Nederland als polderlánd’, mej. M. van der Meijden sprak over Reflexologie en dr. Karel Schoeman over het oude Kaapstad, geïllustreerd met lichtbeelden.
Twee filmavonden trokken veel belangstelling. Er zal naar andere mogelijkheden gezocht moeten worden vanwege onvoldoende technische kwaliteit.
Een concert, gegeven door de familie Martens werd zeer goed bezocht en bijzonder gewaardeerd. Drie van de vijf leden van dit gezin vervullen plaatsen in het Kaapse Symphonie Orkest. Excursies werden gemaakt naar Tulbagh, het oude stadje in ‘die Boland’ en aan de Suid Afrikaanse Bibliotheek.
Bestuursleden gaven twee lezingen over Nederland voor de ‘Vroue Landbou Vereniging’. Op de eerste avond sprak mej. van der Meijden, waarna de volksdansgroep een aantal dansen vertoonde. De tweede avond werd verzorgd door de heer Thomas met een interessante voordracht over Nederland, geïllustreerd met dia's.
Het bestuur organiseerde twee tentoonstellingen in de Boekerij. De eerste bestond uit zeer bijzondere wandkleden en een kleine collage schilderijen, gemaakt door mevrouw Y. Baay, de tweede uit ‘Vier eeuwen Nederlandse munten’, waarbij het bestuurslid de heer van der Waag uitleg gaf over zijn bijzondere verzameling.
Samen met het Genootschap Nederland/Zuid-Afrika organiseerde het ANV een Van Gogh herdenkingsavond. Dr. H. Fransen, de directeur van het mooie oude stadhuis aan de Groentemarkt dat thans een museum is, hield een voordracht, toegelicht met prachtige dia's.
Het Sinterklaasfeest op 1 december 1990 trok 30 ‘goedgelovigen’ meer dan het jaar daarvoor.
De sluitingsavond was dit jaar zeer bijzonder door het vertonen van een Nederlands/Afrikaans cabaretprogramma. De zaal was uitverkocht en ook na afloop was de stemming zeer geanimeerd. De ANV Nieuwsbrief verscheen dit jaar zeven maal, samengesteld door de voorzitter en uitgebracht door mevrouw Alofs, na haar vertrek naar Nederland door mevrouw Lindner.
Over het algemeen was 1990 een goed jaar voor de afdeling, die het ANV-Hoofdbestuur dankzegde voor verschillende zaken, zoals boek- en geldprijzen voor verdienstelijke studenten in de Nederlandse taal op universitair niveau en voor de steun bij het laten optreden van groepen van verschillende herkomst uit de Zuidafrikaanse maatschappij voor de afdeling.
De Nederlandse ambassadeur, Z.E.P.A. van Buuren en de consul, de heer R.H. Cohen, steunden waar mogelijk de afdeling. De ambassadeur hield een lezing over ‘De eenwording van Europa’.
Het bestuur vergaderde 11 maal. Deze bestuursvergaderingen vonden plaats in de Nederlandse Boekerij-ANV. De naamsverandering van Boekerij-ANV tot Nederlandse Boekerij-ANV is officieel geworden. Met de boekerij bestaat een goed contact, ook op bestuurlijk niveau, evenals met de vereniging Vlamingen in de wereld. Er zijn verschillende Vlaamse en Afrikaanse leden.
Het aantal leden bedroeg op 31 december 1990 645. Door verhuizing, hoge leeftijd of sterfte viel een aantal leden weg. Het afgelopen jaar meldden zich 41 nieuwe leden aan.
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
voorzitter: |
mw. T. Mets |
Vice-voorzitter: |
dr. W. van der Sande |
Secretaris: |
H. Thomas |
Tweede secretaris: |
mw. A. Alofs |
|
mw. B. Lindner (na september 1990) |
Penningmeester: |
mw. A. Spaltman |
| |
Boekerij Kaapstad
Het jaar 1990 was in vele opzichten een moeilijk jaar voor de Nederlandse Boekerij. Ten eerste was de bibliothecaris, mevrouw E. Alma, wegens ziekte en andere familieomstandigheden een groot deel van het jaar niet beschikbaar, waardoor de Boekerij haar vakkundige leiding moest missen.
Advertenties voor een bekwame adjunctbibliothecaris hebben niet het gewenste resultaat opgeleverd, omdat bevoegde bibliothecarissen met een Nederlandse achtergrond in Kaapstad erg schaars blijken te zijn. Daarbij moet ook in acht genomen worden dat de Boekerij niet in staat is om een groot salaris te betalen.
In de tweede plaats drukken de financiële verplichtingen o.a. huur en vervoerskosten, zwaar door de zeer beperkte inkomsten. Het Boekerij- en Afdelingsbestuur wendden allerlei pogingen aan om in deze financiële positie verbetering te brengen.
Het totaal aantal boeken en tijdschriften dat gedurende het jaar uitgeleend is, bedroeg 11.708 tegenover 12.573 in 1989. Dit betekent een afname van 6,9%. Het aantal bezoekers daalde van 3.940 in 1989 naar 3.140 in 1990. Een afname van 20,3%. Met uitzondering van Belville zijn bij alle diensten de uitleningen gedaald.
Vanzelfsprekend wekt deze dalende tendens, die in 1988 begonnen is, grote zorgen bij het Bestuur.
Een verblijdend teken is de nieuwe buitendienst in Stellenbosch, die tegen het einde van het jaar door mevrouw B. Backx begonnen is.
Voor de buitendienst te Milnerton, die een daling van bijna 50% in de uitlening moest rapporteren, wordt in 1991 een meer persoonlijke dienstverlening in het vooruitzicht gesteld.
Mevrouw R. Boer heeft de afgelopen tijd gewerkt aan het classificeren en catalogiseren van de voorraad boeken. Doordat zij verhuisd is, kon zij jammer genoeg deze taak niet voltooien.
Twee,,nagraadse’ studenten in de Bibliotheekkunde van de Universiteit van Stellenbosch hebben tijdens de decembervacantie de classificatie practisch kunnen voltooien. Wat nog van de achterstand overblijft, is het catalogiseren van de letterkunde- en kunstafdelingen.
Mevrouw M. Botha is voorlopig bereid gevonden om in 1991 aan deze taak te beginnen. Een achterstand in het classificeren en catalogiseren wordt door vrijwilligers weg- | |
| |
gewerkt. Zodra deze taak afgehandeld is beschikken de gebruikers over een vakkundig en volledig bijgewerkte catalogus. De ondervoorzitter heeft gedurende het verslagjaar een belangrijke functie vervuld door in dit verband de nodige leiding te geven.
Ongeveer 358 nieuwe boeken zijn het afgelopen jaar aan de voorraad toegevoegd. Ook zijn ruim 100 boeken opgenomen, die geschonken zijn door verschillende mensen en instanties, waarvoor hartelijk dank.
Gedurende het jaar werden verscheidene videofilms vertoond.
De heer W. Tijmens heeft een lezing gehouden over zijn bezoek aan Communistisch China.
Prof. C. Lohann van Potchefstroom bracht met negen studenten weer een bezoek aan de Nederlandse Boekerij.
Er was ook een kortlopende tentoonstelling van het werk van mevrouw Yvonne Baay.
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
voorzitter: |
prof. dr. P.G.J. Overduin |
ondervoorzitter: |
mw. M. Ennenga |
penningmeester: |
C.W. Grootendorst |
secretaris en bibliothecaris: |
mw. E. Alma |
tweede secretaris: |
G. Adema |
| |
Afdeling Limburg
Op 16 juni organiseerde de afdeling Limburg een excursie naar de Oranjestad Diest. De rondleiding door de heer Van der Eijcken werd voorafgegaan door een lezing over de stad.
De Derde Academische Zitting werd op 29 september gehouden in kasteel Alden Biesen met als thema: ‘Het Nederlands in een multi-etnische samenleving’. Sprekers waren mevrouw M. Rosiers-Leonard en de heer J. Beerenhout. De lezing werd gevolgd door een discussie.
Samenstelling bestuur per 31 december 1990
voorzitter: |
L.P. Vermeulen |
vice-voorzitter: |
mw. G. Weetjens |
secretaris/penningmeester: |
mw. mr. M. Waltmans-Pennings |
| |
Afdeling Noord-Brabant
Het jaar 1990 vormt officieel het tweede verslagjaar van de afdeling Noord-Brabant. De publicatie ‘Mens, Taal en Cultuur in perspectief’ onder redactie van prof. dr. A.M.C. van der Geld, is in het begin van het jaar verschenen. Hierin zijn opgenomen de verschillende lezingen, die tijdens de academische zitting in het Provinciehuis van Noord-Brabant op 1 juni 1989 zijn gehouden ter gelegenheid van de officiële oprichting van de afdeling Noord-Brabant.
Medewerking aan deze bundel is gegeven door de heer J.D. van der Harten (vicevoorzitter ANV Noord-Brabant), mr. F.J.M. Houben (commissaris der Koningin in NoordBrabant), mr. E.J. Raskin (voorzitter ANV Vlaanderen) en dr. H.J.G. Waltmans (algemeen voorzitter ANV).
Gezien de grote belangstelling in Nederland en Vlaanderen hiervoor moest in de loop van 1990 een tweede bijdruk van deze publicatie gemaakt worden.
In het verslagjaar hebben twee grote bijeenkomsten plaatsgevonden, waarvoor vele leden en genodigden zich hebben ingeschreven.
Het verheugt het bestuur, dat vele autoriteiten met belangstelling de activiteiten van de Noord-Brabantse Afdeling volgen. De voorjaarsbijeenkomst stond in het teken van het onderwerp ‘(On)mogelijkheden van een gemeenschappelijke cultuurpolitiek van Nederland en Vlaanderen in de jaren negentig’. Dr. H.F.A. Suykerbuyk, senator en burgemeester van Essen (B.), wist dit onderwerp op een bondige wijze in te leiden en tesamen met de referent L.J.M. van de Laar vond een levendige discussie plaats. De opkomst tijdens de najaarsbijeenkomst was zo groot dat er stoelen moesten worden bijgeplaatst. Uit de actuele problematiek van Nederland-Vlaanderen belichtte de heer dr. Walter Debrock (ere-secretaris-generaal) het aspect van het Orangisme in België na de afscheiding, een onderdeel uit de geschiedenis van België, dat in Nederland vrijwel onbekend is gebleven.
Deze bijeenkomst leverde een intensieve en levendige gedachtenwisseling op, waarbij de heren Van der Harten en Van de Laar als referenten fungeerden.
Door het vertrek van de heer J.P. Wever, waarnemend consul-generaal der Nederlanden in Antwerpen ontstond een vacante zetel in de Raad van Advies, die spoedig opgevuld kon worden door de komst van de heer J.T.A. Bos, consul-generaal der Nederlanden te Antwerpen.
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
voorzitter: |
prof. dr. A.M.C. van der Geld |
vice-voorzitter: |
J.D. van der Harten |
secretaris-penningmeester: |
drs. L.J.M. van de Laar |
| |
Afdeling Noord-Holland/Flevoland
De jaarvergadering werd op 22 september gehouden in het Vlaams Cultureel Centrum. Daaraan voorafgaande werd een bezoek gebracht aan het Paleis op de Dam. De nadruk werd gelegd op de bijdragen, die zijn geleverd door Zuid-Nederlanders aan de totstandkoming van dit unieke gebouw.
Voorbereidende werkzaamheden van organiserende aard werden verricht t.b.v. een lezing over het voormalig Nederlands gebied in het land van Kleef en een lezing over de positie van het Nederlands in een verenigd Europâ.
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
voorzitter: |
P.M. Klaassen |
vice-voorzitter: |
B. Makken |
secretaris: |
ir. J.A.C. Kroesen |
penningmeester: |
mw. W.I. Schouten-van Winsum |
| |
Afdeling Oost-Vlaanderen
De afdeling Oost-Vlaanderen ontving op 28 juni de afdeling Zuid-Holland, die een bezoek bracht aan Gent met een rondleiding door de historische binnenstad, gevolgd door een boottocht op de Leie. De lunch werd gebruikt in het museum Dhondt-Dhaenens te Deurle, waar de kunstcriticus Jan D'Haese een spreekbeurt hield over de schilderijenverzameling.
Na afloop bood de afdeling Oost-Vlaanderen een receptie aan de 50 deelnemers aan.
De afdeling bezocht met 22 deelnemers op 5 augustus de thematische tentoonstelling ‘Schilders van de stad’ in de kerk van Vinkem-Beauvoorde bij Veurne.
Aan de rondleiding op 10 oktober langs de tentoonstelling ‘Bernardina en Cistercien- | |
| |
sia’ in de universiteitsbibliotheek te Gent namen 17 leden deel.
Elisabeth Marain hield een causerie over haar pas verschenen roman ‘Kameraad President’, die de situatie in Roemenië onder Ceausescu beschrijft. Zij werd ingeleid door lie. An van Eetvelde-de Moor. In de Provinciale School van Vertalers en Tolken te Gent werd op 14 november een debatavond gehouden n.a.v. de brochure ‘To the Intellectuals of Zoutenaaie en Lotenhulle’, ingeleid door Paul Kempynck en becommentarieerd door prof. dr. Peter King uit Huil. De bijeenkomst, die in samenwerking met de Marnixring werd gehouden, trok 25 belangstellenden.
Em. prof. dr. F. Debaedts, rechter bij het Arbitragehof hield op 15 november een spreekbeurt over de fases van de Belgische staatshervorming en de taak van het Arbitragehof. Na afloop bood de Kredietbank een receptie aan.
Op 4 december leidde mw. prof. dr. Deprez een bezoek aan de Domien Craccotentoonstelling in de Universiteitsbibliotheek te Gent naar aanleiding van diens 200ste geboortedag (1790-1819). Daarna bracht het uit 15 deelnemers bestaande publiek een bezoek aan een tentoonstelling over de Vlaamse literatuur in de negentiende eeuw, die naar aanleiding van het eeuwfeest van de oprichting van de sectie Germaanse filologie in de Gentse universiteit was ingericht.
Het bezoek stond onder leiding van de heer lie. Marc Carlier.
Met een gastcollege, gegeven door de dichter-journalist Michel van der Plas, over zijn pas verschenen biografie,.Mijnheer Gezelle’ dat 38 belangstellenden trok, sloot de afdeling een zeer productief jaar af.
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
voorzitter: |
mw. prof. dr. A. Deprez |
vice-voorzitter: |
mw. lie. A. van Eetvelde-de Moor |
secretaris/penningmeester: |
mw. F. Ideler |
| |
Afdeling West-Vlaanderen
Het bestuur van de afdeling West-Vlaanderen kwam in het verslagjaar driemaal bijeen voor een bestuursvergadering.
In het voorjaar werden twee activiteiten georganiseerd. De eerste vond plaats op 19 januari 1990 te Brugge. Meester Wackie Eysten en meester P. Blomme hielden een voordracht onder de titel ‘Rechtspraak in België en Nederland’. De heer Wackie Eysten is voormalig stafhouder en advokaat aan de balie te Gent. Deze avond werd georganiseerd samen met de BENEV in de Saaihalle te Brugge en mocht genieten van een zeer talrijke opkomst.
Op 25 januari 1990 was een bijeenkomst gepland met de Vlaamse en Nederlandse studenten van het Europa College te Brugge. Deze zeer succesvolle activiteit als in 1989 kon deze keer niet overgedaan worden wegens een te klein aantal inschrijvingen vanwege de studenten.
Op 15 september 1990 was het bestuur van het ANV-West-Vlaanderen aanwezig tijdens de eerste uitreiking van de Taaluniepenning aan Prof. dr. Hendrik Brugmans. Deze uitreiking gebeurde in aanwezigheid van de Vlaamse ministers Dewael (Cultuur) en Coens (Onderwijs) en de Nederlandse minister van WVC, mevrouw Hedy d'Ancona. Deze bijeenkomst vond plaats in besloten zitting, waartoe het bestuur van het ANC-West-Vlaanderen werd uitgenodigd.
Op 16 oktober 1990 organiseerde het ANV-West-Vlaanderen in samenwerking met enkele economische organisaties te Brugge een causerie door de heer Andries van Agt, ambassadeur, hoofd van de Europese Delegaties te Washington en gewezen Minister-President van Nederland onder de titel: ‘Europa, de V.S. en Japan: een kommervolle driehoeksverhouding’. Deze avond vond plaats in het Europa College te Brugge. De vraagstelling gebeurde door H. Brugmans. De opkomst was overweldigend groot.
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
voorzitter: |
R. Vanhaverbeke |
secretaris-penningmeester: |
D. Metsu |
| |
Afdeling Zuid-Holland
De afdeling organiseerde twee bijeenkomsten en een excursie.
De bijeenkomst op 12 maart 1990 omvatte twee onderdelen.
a. huishoudelijke vergadering: Verslag van de kascommissie, décharge van de aftredende penningmeester (dhr. Van Dongen) en dhr. Max van der Hoog wordt verkozen tot bestuurslid en benoemd tot penningmeester.
b. lezing: prof. dr. W. Blockmans spreekt over kennis en meningen over en weer, een vergelijkende enquête bij studenten in Vlaanderen en Nederland. In de enquête werd bekeken hoe groot de slagbomen zijn in de geest van deze groep hoog opgeleide mensen. Hoe zal onze cultuur reageren t.o.v. de grootschalige culturen? Eenentwintig miljoen Nederlandstaligen is niet hetzelfde als 15 + 6 miljoen. De enquête wees uit dat er waardering is voor de wederzijdse complementaire eigenschappen. Domheid en gierigheid scoorden laag. Deze misvattingen behoren tot het verleden. Verrassend hoog lag het gevoel van cultuurverwantschap met elkaar over het staatsverband heen. Er is bereidheid tot culturele eenheid, maar de middelen moeten aangereikt worden. Door het herzien van de leermiddelen zou men tot een ruimer perspectief kunnen komen.
Op 28 juli werd een excursie naar Gent en St. Martens-Latem gehouden. Met een geleid bezoek aan het stadhuis en het Ryhovesteen werd begonnen. De kathedraal en andere in trek zijnde bezienswaardigheden zijn doelbewust overgeslagen omdat deze altijd toegankelijk zijn. Een stadsgids leidde ons daarna langs middeleeuwse panden en leien. Per boot voeren wij vervolgens over de Leie naar St.-Martens-Latem.
Iedereen genoot van de mooie huizen en landerijen langs de oevers. In St.-Martens-Latem (Deurle) waren wij te gast bij de afdeling Gent in het museum Dhondt-Dhaenens. Mevrouw prof. Deprez, voorzitter van deze afdeling, richtte een bezinnend welkomstwoord tot ons en de heer J. D'Haese, kunsthistoricus, bracht inzicht in het leven en het werk van de schilders en kunstenaars, die begin deze eeuw in dit dorpje aan de Leie inspiratie zochten. Voor velen onder ons waren namen als Albert Servaes, Frits Van Den Berghe, Constant Permeke enz. onbekend. Tot besluit van deze prachtige dag was er een receptie, zodat er met de Gentse ANV-leden nagepraat kon worden. Voorzitter Leo Hoogeweegen bedankte bij die gelegenheid de afdeling Gent voor de gulle gastvrijheid en al haar inspanningen bij de voorbereiding. Er namen 39 personen aan de excursie deel.
| |
| |
Op 21 november verzorgde prof. dr. Y. Vanden Berghe een lezing over ‘De verengelsing van het hoger en universitair onderwijs’. Het verslag van deze lezing is, gezien het belang van het onderwerp, in Neerlandia 1991, nr. 1, pag. 35 gepubliceerd onder de titel: ‘Verengelsing’. Op de bijeenkomst telden wij ongeveer 45 aanwezigen.
De afdeling is ook het afgelopen jaar blijven groeien: 205 per 31.12.1990 (was 177 per 31.12.1989).
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
voorzitter: |
mr. L.H.T.M. Hoogeweegen |
secretaris: |
ir. G.C. Mobouck |
penningmeester: |
M.C. van der Hoog |
| |
3. Werkgroepen en commissies
Beleggingscommissie
Deze commissie, die gevormd wordt door de heren H.J. Neeleman, algemeen penningmeester, B. van Marken, directeur Pierson Heldring en Pierson en drs. W.J. Mathot, vennoot van de accountantsmaatschappij Coopers, Lybrand, Dijker en Van Dien, kwam in 1990 tweemaal bijeen om van gedachten te wisselen over het te voeren beleid aangaande de beleggingen van de door het ANV beheerde fondsen.
| |
Boekverspreiding
In het afgelopen jaar werden boeken en tijdschriften gezonden naar in Duitsland en Afrika gelegen scholen, universiteiten en instituten waar Nederlands gedoceerd wordt.
Bijzondere aandacht werd besteed aan een interessant experiment dat op een Realschule te Gronau wordt uitgevoerd. Gronau ligt net over de Nederlandse grens bij Enschede. Hier wordt niet alleen Nederlands als vak onderwezen, maar ook worden aan leerlingen bepaalde andere vakken zoals aardrijkskunde, geschiedenis en maatschappijleer in het Nederlands aangeboden. De doelstelling is de leerlingen Nederlands tot tweetaligheid op te leiden.
In deze opbouwfase zijn de kosten uiteraard hoog. Voor die vakken zijn schoolboeken in Duitsland niette koop. De Gronause school heeft een voorbeeldfunctie. Slaagt het experiment dan kan dat zeker een stimulans zijn voor andere scholen, zoals in Kleef en elders in het grensgebied.
| |
Eeuwfeestcommissie
Het bestuur heeft de heer W.C. Mabesoone, oud-marineofficier, bereid gevonden om als coördinator voor de werkzaamheden ten behoeve van de viering 100 jaar ANV op te treden. De heer Mabesoone is in de loop van het verslagjaar met zijn werkzaamheden begonnen.
Mogelijke onderdelen van het Eeuwfeest zijn een nationale herdenkingsbijeenkomst in Den Haag, de opening van een tentoonstelling 100 jaar ANV in Antwerpen, de uitgifte van een postzegel, het uitschrijven van een muziekprijsvraag tot het componeren van variaties op het ANV-lied, het uitgeven van een jubileumboek, het opstellen van een brochure over het ANV-Visserneerlandiaprijzen en het inrichten van een ANV-bijzondere leerstoel algemeen-Nederlandse cultuur historie en ontwikkeling.
Op al deze onderdelen zijn bij de desbetreffende instanties voorbereidende stappen ondernomen.
| |
Internationale culturele samenwerking (CICS)
Eind 1989 werd een commissie ingesteld, die onder leiding van oud-ambassadeur mr. J.G.N. de Hoop Scheffer in het verslagjaar de mogelijkheden onderzocht om tot diplomatieke samenwerking tussen Nederlandse en Belgische/Vlaamse diplomaten te komen. De samenwerking legt de nadruk op culturele samenwerking, uitgaande van de gedachte dat Nederland en het Nederlandstalig deel van België een taalkundige eenheid vormen, die op grond van het Verdrag van de Nederlandse Taalunie en de GENT-overeenkomst is geïnstitutionaliseerd. De wens tot dit onderzoek is in 1989 door minister-president R. Lubbers en de voorzitter van de Vlaamse regering G. Geens op de ANV-Conferentie ‘De Nederlanden Nu’ ter tafel gebracht.
Beide ministers-president opperden tevens de gedachte ook de Nederlandse en de Belgische culturele instituten voortaan hun werkzaamheden ten aanzien van taal en letteren en onderwijs te laten baseren op het gehele aaneengesloten Nederlanse taalgebied: Nederland en Vlaanderen samen.
Aan het eind van het verslagjaar kon de commissie haar rapport inhoudelijk afronden, waarna het verbondskantoor de voorbereiding en uitwerking van het drukken en uitgeven van het rapport in de serie ‘De Nederlanden Nu’ ter hand kon nemen. Het rapport zal aan de bewindslieden van Buitenlandse Zaken, Cultuur en Onderwijs van beide regeringen worden aangeboden.
Samenstelling van de commissie per 31 december 1990:
voorzitter: |
mr. J.G.N. de Hoop Scheffer |
secretaris: |
mw. drs. M.M. Janssen |
P. Beugels, J.R. Vanden Bloock, dr. P. den |
Boer, mr. E.J. Raskin, M. Ruys. |
| |
Leerstoel Algemeen-Nederlandse Cultuur
Het bestuur vond de hoogleraren prof. dr. W. Blockmans (Leiden) en prof. dr. S.W. Couwenberg (Rotterdam), bijgestaan door de algemeen secretaris, bereid om te onderzoeken of en zo ja waar een bijzondere leerstoel Algemeen-Nederlandse cultuur gevestigd zou kunnen worden. Belangstelling toont de Universiteit van Amsterdam. Een conceptleeropdracht werd opgesteld.
Het ligt in de bedoeling de leerstoel tijdig voor de festiviteiten van het ANV-eeuwfeest in te stellen, zodat in 1995 daaraan passende aandacht kan worden besteed.
| |
Leraren Nederlands in de ons omringende - vreemde - Taalgebieden
De werkgroep richtte haar aandacht hoofdzakelijk op de voorbereiding van een studiedag voor docenten Nederlands uit Frans-Vlaanderen, Wallonië, de Oostkantons van België en op Duitsland langs de grens. De studiedag wordt op 19 april 1991 te Maastricht gehouden. De organisatie nam in het afgelopen verslagjaar veel tijd in beslag. De zwaartepunten van die dag bestaan uit het inrichten van zes werkwinkels die in twee ronden onder deskundige leiding parallel gehouden worden.
Speciale aandacht wordt gegeven aan de plaats van kennis van land en volk (Nederland en Vlaanderen) in het onderwijs Nederlands in scholen in de bovengenoemde
| |
| |
gebieden. Twee plenaire zittingen openen en sluiten de studiedag. Dankzij de medewerking van de onderwijsinspectie in de desbetreffende landen kan de studiedag op een werkdag worden gehouden, hetgeen de deelname stimuleert. Het ANV is de enige organisatie in Nederland en Vlaanderen die zich met de leraren aan middelbare scholen in de ons omringende grensgebieden bezig houdt. De Nederlandse Taalunie richt haar hulp en steun vooralsnog op het universitair onderwijs buitengaats.
Voorzitter ad interim: J.L.M. Kits Nieuwenkamp
| |
Literatuur
Het in 1989 uitgeschreven beoordelingsproject van gedichten van jonge - beginnende - dichters is in 1980 door de jury beoordeeld.
Alle inzenders ontvingen hun gedichten terug voorzien van uitgebreid commentaar en aantekeningen.
In de loop van de jaren blijkt dat velen dezelfde fouten maken. Het jury werk is veelomvattend en wordt extra belastend wanneer in de persoonlijke beoordelingen dikwijls op dezelfde tekortkomingen moet worden gewezen.
De wijze van beoordelen zal dan ook worden veranderd. Voorshands denkt men aan een korte beoordeling met een verwijzing naar een formulier, waarop aanwijzingen staan om de meest voorkomende fouten te ‘omzeilen’. De goede gedichten - en die zijn er gelukkig ook - worden voorzien van uitgebreider commentaar.
Uit de goede gedichten is een keuze gemaakt voor het samenstellen van een bundel, die in 1991 verschijnt.
De bundel krijgt een ander karakter dan de voorgaande. Naast de bekroonde gedichten wordt ruime aandacht besteed aan nuttige informatie over literaire tijdschriften, vraaggesprekken met ‘gevestigde’ jonge dichters en de mogelijkheden voor het uitgeven van poëzie.
De werkgroep en jury bestaan uit: Mevr. L. Bruggeman, W. Hofman (voorzitter), J. Van Hoorn, J. van Hulle, F.A.L. Kortie, mevr. J. Kruit, M. de Smet en mevr. J. van der Stap.
| |
De Nederlanden in de wereld
De werkgroep heeft zich met ingang van het najaar 1989 gericht op het voorbereiden van haar bijdrage aan het Algemeen-Nederlands Congres 1990. Zij werd daartoe aan het bestuur van het Algemeen-Nederlands Congres ter beschikking gesteld en verzorgde het rapport en de verslaglegging op het gebied van de algemeen Nederlandse presentie en presentatie in het buitenland.
De in dit kader behandelde onderwerpen zijn samenwerking tussen ambassades van België en Nederland, de vestiging van een algemeen-Nederlands Cultureel instituut in Brussel gericht op de Europese Gemeenschap, steunverlening aan de Nederlandse Taalunie t.b.v. derde landen en de samenwerking tussen Nederlandse en Vlaamse Europarlementariërs.
Daarnaast werd aandacht besteed aan de noodzakelijke invoeging van een culturele paragraaf in het EG-verdrag. Een twaalftal aanbevelingen door de werkgroep opgesteld werd aan het congres voorgelegd en aanvaard (zie de Handelingen van het 40e Algemeen-Nederlands Congres, 28 april en 22 september 1990).
De werkgroep staat onder leiding van de heer C.A.M. Middelhoff.
| |
ANV-persprijs
De met ingang van 1990 ingestelde ANV-persprijs voor journalisten in opleiding heeft niet de verwachte resultaten opgeleverd. Ondanks gedegen voorbereiding (affiche, intekenformulieren, gesprekken met schooldirecties) is deelname tot een minimum beperkt gebleven. Het bestuur heeft daarom moeten besluiten een andere opzet te kiezen. Gedacht wordt aan het beschikbaar stellen van een prijs achteraf, uit te reiken aan het beste algemeen-Nederlands artikel verschenen in Nederlandstalige pers.
De beoordelingscommissie is van de stand van zaken op de hoogte gebracht. Zij zou ook in de nieuwe vorm van het project in functie kunnen blijven. Er zal een netwerk van personen moeten worden opgericht dat de aandacht vestigt op in aanmerking komende artikelen.
| |
Redactie Neerlandia
Neerlandia verscheen in 1990 als 94e jaargang andermaal in vijf nummers. De gebruikelijke vaste rubriekindeling werd gehandhaafd. De jaargang beliep 240 bladzijden, zijnde gemiddeld 48 per nummer. Aan het eind van het jaar moest worden vastgesteld dat daarmee de begroting aanzienlijk werd overschreden, zodat besloten werd - zolang niet elders geldelijke middelen gevonden worden bijvoorbeeld door middel van het plaatsen van advertenties - om in 1991 met 40 blz. per nummer te verschijnen.
De redactie kwam, in nieuwe samenstelling, drie maal bijeen. Het in de loop van 1989 geformuleerde redactiestatuut werd op 10 maart 1990 door het bestuur goedgekeurd. Aan het tot stand komen van dit statuut is geruime tijd gewerkt. Vastgelegd werd dat het ANV eigenaar en uitgever van Neerlandia is, dat de directie van Neerlandia bij het bestuur van het ANV ligt en dat een reglement zal worden opgesteld dat richtlijnen voor de redactionele werkzaamheden bevat. Als thema-artikel verschenen o.a. ‘De Nederlanden in het Europa
‘De Nederlanden in het Europa der toekomst’ |
nr. 1 |
‘Verenigd Koninkrijk 175 jaar geleden gesticht’ |
nr. 1 |
‘Het Nederlands wettelijk vastgelegd?’ |
nr. 2 |
‘Anton Reinhard Falck’ |
nr. 2 |
‘De bescherming van voormalige verdedigingswerken’ |
nr. 2 en 3 |
‘Is er nog toekomst voor onze Nederlandse cultuur?’ |
nr. 3 |
‘Coornhert en zijn bijdrage aan de Nederlandse cultuur’ |
nr. 4 |
‘Verengelsing’ |
nr. 4 |
‘Het Zuidafrikaans in de branding’ |
nr. 5 |
‘Een Vlaamse stem over Vlaamse kritiek op Nederland’ |
nr. 5 |
In de nieuwe rubriek ‘Wel beschouwd’ gaven zowel de redactie als het bestuur commentaar op lopende zaken.
De redactie was per 31 december 1990 als volgt samengesteld:
Y. van den Berghe, S.W. Couwenberg (voorzitter), L. van Gelder, G. Groothoff, M. Heida, W. van Heugten, J.L.M. Kits Nieuwenkamp, P. Krug, Y.J.D. Peeters, P. Vandendriessche, A.J. Vermeersch.
| |
Taalgebruik
De werkgroep houdt zich voornamelijk bezig met de bevordering van het gebruik van goede (begrijpelijke) Nederlandstalige teksten op verpakkingen, bijsluiters, advertenties en dergelijke in Nederland en in Vlaanderen.
In het verslagjaar overleed de voorzitter van de werkgroep, de onvermoeibare Etienne
| |
| |
Wieme. De werkgroep ontplooide onder zijn leiding, vooralflatende activiteit. In Neerlandia 1990-4 verscheen een In Memoriam.
In Brussel richt de activiteit zich voornamelijk op de bevordering van het gebruik van het Nederlands in het sociaal-cultureel leven. Het Nederlands staat aldaar permanent onder druk van de Franstalige Brusselaar. Tevens wordt het gebruik van het Nederlands in het openbare leven getoetst aan de Belgische taalwetten, die het Nederlands dezelfde plaats toekennen als het Frans.
Voorts is er een permanente aktie voor het gebruik van (ook) Nederlandse teksten op in Nederland en Vlaanderen gefabriceerde of geïmporteerde produkten of hun bijsluiters en garantiebewijzen. Het doel van deze aktie is enerzijds de Nederlandstalige consument van dienst te zijn en anderzijds de fabricant of importeur duidelijk te maken, dat 21 miljoen Nederlandssprekenden een belangrijke doelgroep vormen, waaraan dienstbetoon kan worden verleend.
De werkgroep adviseerde de Vlaamse en Nederlandse toeristenbond ook t.a.v. de benamingen op richtingborden en benaderde verschillende andere organisaties en bedrijven op tal van taalkundige situaties. In het buitenland is men steeds weer positief verrast te horen, dat er geen onderscheid gemaakt moet worden tussen Niederländisch en Flämisch, Dutch en Flemish, Ie Néerlandais en Ie Flamand enz. Bekendmaking in het buitenland van het bestaan van één Nederlands taalgebied dat 21 miljoen Nederlandssprekenden omvat zou een vast onderdeel van een buitenlands cultuurbeleid behoren te zijn.
Samenstelling bestuur per 31 december 1990:
Dr. H. Bunk, D. Deconinck, voorzitter
H. Rau, E. Schepens
| |
De West
De werkgroep houdt zich bezig met de bevordering van het gebruik van het Nederlands op de Nederlandse Antillen. Doelgroep is de scholier op de middelbare school. Het Nederlands staat onder druk van het algemeen gebruikte Papiamentoe. Tegen het gebruik daarvan heeft het ANV allerminst bezwaar. In de praktijk blijkt echter dat wanneer Antillianen een studie willen aanvangen aan Nederlandse onderwijsinstellingen zij een grote achterstand blijken te hebben in de kennis van het Nederlands. In samenwerking met het Overlegorgaan Kultureel Samenwerking Nederlandse Antillen (OKSNA) wordt een plan uitgewerkt ter stimulering van het onderwijs Nederlands, dat aansluit bij de behoeften bij de Antillianen zelf. Het ANV kan boekenprijzen voor opstellen en/of spreekbeurten in het Nederlands beschikbaar stellen of boeken aan schoolbibliotheken schenken.
Per 31 december 1990 stond de werkgroep onder leiding van de heer Y.L.D. Peeters.
| |
ANV-Visserneerlandiacommissie
In 1990 werden 43 aanvragen voor Visserneerlandiaprijzen ontvangen. De meeste aanvragers dienden een verzoek in zonder zich te realiseren dat het ANV prijzen toekent en geen subsidies. Exploitatieverliezen van kindertehuizen, toneelverenigingen, van welzijnsinstellingen en lege kassen van muziekinstrumentenfondsen maken dan ook altijd deel uit van de veelsoortige aanvragen. Uiteindelijk bleven er 17 aanvragen over, die voor nader onderzoek in behandeling werden genomen.
Dit resulteerde in vijf positieve adviezen, die door het hoofdbestuur werden overgenomen. De prijzen worden in 1991 uitgereikt.
De heren Dittrich, vice-voorzitter van de commissie en Roels stelden zich niet meer beschikbaar voor de laatste termijn als commissielid. Het bestuur van het ANV is hen veel dank verschuldigd voor hun waardevolle adviezen, die zij in een reeks van jaren uitbrachten.
Samenstelling van de commissie per 31 december 1990:
Mevr. M. Bouverne-de Bie, drs. J.A.C. van Burg, mr. W.S. da Costa, vice-voorzitter, prof. dr. W. Dumon, G. Groothoff, drs. J.L.M. Kits Nieuwenkamp, dr. L. Meerts, G. Ph. Mok, dr. W.O. Renier en dr. H.J.G. Waltmans, voorzitter.
| |
ANV-Visserneerlandia jury toneelprijs
In 1989 schreef het ANV een nieuwe Visserneerlandia Toneelprijs uit voor in oorspronkelijk Nederlands geschreven manuscripten.
In de loop van het verslagjaar werden de ontvangen stukken beoordeeld, 61 manuscripten waarvan 35 uit Nederland en 26 uit Vlaanderen.
Over het algemeen viel de kwaliteit van de inzendingen - op een aantal gunstige uitzonderingen na - nogal tegen. De jury kon niettemin aan het bestuur een winnaar voorstellen, wiens stuk ruimschoots aan de gestelde criteria voldeed. De heer K. Vermeiren uit Wechelderzande (Vlaanderen) is de winnaar geworden met zijn toneelspel ‘Droomexpres’. De prijs wordt in 1991 uitgereikt. Het juryrapport zal daarbij openbaar gemaakt worden.
Samenstelling van de jury per 31 december 1990: W. Spekking (voorzitter), H. Meert en J. Hiltrop.
| |
ANV-Visserneerlandiaprijs-uitreikingen
Op 19 januari ontving mevrouw T. Saal-Zuurveen uit Winsum in de Statenzaal van het Provinciehuis in Groningen de ANV-Visserneerlandiaprijs voor persoonlijke verdiensten. Mevrouw Saal is de oprichter en directeur van de Stichting Kinderboek Cultuurbezit in de unieke vorm van een combinatie van uitleenbibliotheek, museum, studie- en informatiecentrum voor het kinderboek).
Haar initiatief en doorzettingsvermogen zijn uitgemond in de totstandkoming van een uniek en onvervangbaar instrument ter instandhouding èn gebruik van een deel van ons cultuurbezit.
Dr. P. van Peteghem ontving op 6 april een culturele Visserneerlandiaprijs, die het hem mogelijk maakte zijn proefschrift ‘De Raad van Vlaanderen en de Staatsvorming onder Karel V (1515-1555)’ in boekvorm te laten verschijnen.
Dit werk handelt over de publiekrechtelijke gevolgen van de opname van de Nederlanden in het wereldrijk van keizer Karel. De prijs werd uitgereikt in de aula van de Universiteit van Nijmegen.
In het NOS Studiocomplex te Hilversum werd op 28 juni een ANV-Visserneerlandiaprijs voor persoonlijke verdiensten toegekend aan de heer en mevrouw Doornbosch, die zich reeds meer dan 30 jaar beijveren om
| |
| |
Nederlandstalige volksliedjes voor de vergetelheid te behoeden.
Met een opnameapparaat wordt stad en land afgereisd om deze liedjes vast te leggen. Daaraan gaat veel speurwerk vooraf. De liedjes geven een beeld van het leven van onze voorouders. De heer Doornbosch geeft over zijn werk tal van lezingen en is voorts alom bekend door zijn radioprogramma ‘Onder de groene linde’.
J.L.M. Kits Nieuwenkamp algemeen secretaris
|
|