Medische samenwerking Nederland-Vlaanderen
Tussen Vlaanderen/België en Nederland bestaan talrijke contacten in het medische vlak. Dit geldt voor de medische faculteiten, de geneesheren in de grensstreek en de medisch-wetenschappelijke verenigingen. Een en ander blijkt uit een onderzoek van de stichting Algemeen-Nederlands Congres (ANC).
In de loop van 1986 werd in de schoot van de stichting Algemeen-Nederlands Congres vzw een Vlaams-Nederlandse werkgroep Medische Samenwerking opgericht, onder impuls van het Vlaams Geneesherenverbond. De werkgroep wou in een eerste fase in kaart brengen welke Nederlands-Vlaamse contacten er bestaan, en welke problemen er rijzen voor met name de grensoverschrijdende geneeskunde.
Een viertal enquêtes werd uitgevoerd. Een eerste bij de medische faculteiten van de Nederlandse en Vlaamse universiteiten; een tweede bij geneesheren in de Nederlands-Vlaamse grensstreek; een derde bij de medisch-wetenschappelijke verenigingen; en een vierde bij de geneesheren van het AZ St.-Jan te Brugge.
Uit de gegevens van de medische faculteiten blijkt dat er heel wat contacten bestaan inzake opleiding en onderzoek. De samenwerkingsovereenkomsten - mede tot stand gekomen onder druk van de Europese eenwording - die bestaan tussen sommige Vlaamse en Nederlandse universiteiten, bieden hier een uitstekend kader voor. Er is samenwerking tussen Nijmegen en Leuven; tussen Utrecht en Brussel, Leuven, Gent en Antwerpen; tussen Maastricht en Leuven, Antwerpen, Brussel en Leuven; tussen Leiden en Antwerpen en Brussel; tussen Antwerpen en Tilburg, Maastricht, Rotterdam, Nijmegen en Utrecht; tussen Utrecht en Leuven, Antwerpen, Brussel en Gent; en tussen Diepenbeek en Leiden.
De geneesheren in de grensstreek signaleren problemen in verband met grensoverschrijdend optreden van hulpdiensten; met de ziekteverzekering; met vergunningen; communicatieproblemen; verschil in geneesmiddelen (merknamen, verpakkingen,...). Ook de financiële aspecten voor patiënt en geneesheer worden aangeraakt. 59% van de responderende geneesheren levert geen medische prestaties over de grens. 41% doet dit wel.
Uit de enquête bij medisch-wetenschappelijke verenigingen blijkt dat heel wat van deze organisaties samenwerken met hun evenknie over