Grenzen weg, banen weg
Het wegvallen van de binnengrenzen van de Europese Gemeenschap zou alleen al rond de Belgisch-Nederlandse grens in West-Brabant duizend arbeidsplaatsen kunnen gaan kosten. Dat vreest de Brabantse Europarlementair P. Cornelissen. Hij heeft de Europese Commissie gevraagd daar iets tegen te ondernemen.
Cornelissen schat dat in de EG ongeveer honderdduizend arbeidsplaatsen van douane-agenten van expediteurs op de tocht staan. In West-Brabant, met Hazeldonk als één van de belangrijkste expeditieknooppunten in West-Europa, gaat het volgens Cornelissen al gauw om 800 tot 900 arbeidsplaatsen.
Volgens E. Starink, hoofd van de inspectie invoerrechten en accijnzen in Roosendaal, zullen daar in 1992 ook nog 2500 mensen hun baan verliezen. Dat zou blijken uit een interne nota van het ministerie van Financiën. Starink schat dat het Westbrabantse aandeel in dit verlies aan banen 175 is.
Cornelissen heeft hierover onmiddellijk vragen naar de Europese Commissie in Brussel gestuurd. Partijgenoten van de CDA'er in Den Haag en Brussel zullen dezelfde vragen ook stellen aan hun nationale regeringen. ‘Om te voorkomen dat we van het kastje naar de muur gestuurd worden’, aldus Cornelissen.
Hij wil dat de EG een inventarisatie maakt van het te verwachten verlies aan arbeidsplaatsen. Vervolgens bepleit hij maatregelen om de effecten zo goed mogelijk op te vangen.
‘Daarbij ga ik zeker niet zover dat ik voor uitstel van het open gaan van de grenzen pleit. En ook wil ik geen werkgelegenheid kunstmatig in stand houden. Maar er moet wel, nu al, naar ander werk en naar omscholingsmogelijkheden gekeken worden. We mogen deze mensen niet tot 1992 aan het lijntje houden’.
Volgens hem tekenen de nadelige effecten van 1992 zich trouwens nu al af. ‘Het is nu al moeilijk om goede mensen voor de douane te krijgen. Er is al een onderbezetting te bespeuren. Eén van de gevolgen is dat, bij een nog toenemend verkeer, er steeds meer vertragingen zijn. Op Hazeldonk - en dat is toch een van de beste grensovergangen - kan die al oplopen tot vier uur. Ik vind dat buitengewoon ongewenst’,
Behalve over de werkgelegenheid uitte Cornelissen op Hazeldonk zijn zorg over het zogeheten ‘enig document’. ‘Dat is met klaroengeschal ontvangen, het moest alle andere vijftig grensdocumenten gaan vervangen. Maar nu blijkt dat het in Nederland weer anders ingevuld moet worden dan in België. Daar moeten we iets aan doen’.
Cornelissen nam ook de automatisering op de korrel. ‘Daar hebben de expediteurs ook veel last van. Vroeger hadden ze elke dag een staat op papier van hun accijnzen. Nu komen die vanuit een computer in Apeldoorn en duurt het meer dan twee weken. Het gaat voor veel bedrijven om tonnen per week. Ook dat kunnen we niet op zijn beloop laten’.