Toerisme
Nederlanders naar Azteken
De Aztekententoonstelling die dit voorjaar in het Brusselse Jubelpark te zien was (tot 17 april), lokte een enorm aantal Nederlanders naar Brussel. Begin april oversteeg het aantal Nederlandse bezoekers van de Azteken al veruit de 40.000 die enkele jaren geleden ‘De vrouw in het Rijk van de Pharao’ kwamen bekijken.
Volgens Gazet van Antwerpen van 5 april 1988 was 40% van de toen al 300.000 Aztekenbezoekers uit het Noorden afkomstig. Velen van hen maakten gebruik van een speciale ‘trein-metro-etentje-tentoonstelling’-formule. De public relations van de tentoonstelling zijn trouwens in Nederlandse handen (Bob van Aalderen) en er was niet alleen een persconferentie in Leiden, maar een hele wagon persmensen werd met de Nederlandse spoorwegen naar Brussel gebracht.
Ook de touroperators zagen onmiddellijk brood in de zaak, en boekhandels verleenden hun medewerking (Tremsela, weliswaar goed gelegen vlakbij het Rijksmuseum te Amsterdam, verkocht alleen al zo'n 1200 catalogi).
In totaal waren begin april reeds 30.000 Nederlandstalige catalogi de deur uit.
Opvallend was echter weer de gebrekkige kennis van de Nederlanders over Brussel/België. Zo stelde Bart Suys, persattaché van de tentoonstelling, vast dat ‘heel wat Nederlanders menen aan de kassa Frans te moeten spreken omdat ze nu eenmaal in Brussel zijn’, en dat ze ook wel eens een Franstalige catalogus durven kopen, allicht ‘omdat dat chic staat’. Dit terwijl zij in hun eigen taal in Brussel perfect terecht kunnen.
Brussel moet het belang van deze Nederlandse aanwezigheid gaan beseffen, en er terdege rekening mee houden. Dit is een goede zaak voor Brussel én voor de positie van de Nederlandse cultuur aldaar.