Visser-Neerlandiaprijs
Een prijzenswaardige voorstelling
Zal het merendeel van de aanwezigen uit de directe omgeving afkomstig zijn geweest, gezien het karakter van de bijeenkomst waren er ook die een grotere afstand hadden moeten afleggen. Het gemeenschappelijke van beide groepen was, dat ze gehoor gegeven hadden aan de uitnodiging in de namiddag van vrijdag 2 mei 1.1. in het gemeentehuis van Sas van Gent te willen zijn ter gelegenheid van de voorstelling van een toeristische gids en de uitreiking van een prijs.
Zonder een beroep te hoeven doen op het bij dergelijke gelegenheden vaak gebruikelijke over-kwartier kon burgemeester Dusarduyn op het vastgestelde tijdstip de aanwezigen welkom heten. Naar zijn mening was het vanzelfsprekend dat in het raam van deze plechtigheid de keus was gevallen op zijn gemeente. Immers als er één stad in Zeeuws-Vlaanderen is, die van oudsher nauwe banden heeft gehad met het gebied aan de andere kant van de schreef, dan wel Sas van Gent; ze werd niet voor niets ‘poort van Vlaanderen’ genoemd.
Hierna gaf hij het woord aan de man, die het mee mogelijk had gemaakt dat de uitgave van de gids ‘Fietsen en wandelen in het krekengebied van Noord- en Zeeuws-Vlaanderen’ een feit werd, te weten Godfried Lannoo, algemeen directeur van de bekende Tieltse uitgeverij.
Deze vestigde er de aandacht op dat dit boek opvallend afwijkt van de voorgaande delen in de reeks ‘dicht-bij-huisgidsen’. Dat is allereerst een gevolg van het feit dat de samenstelling geen eenmanszaak is geweest, maar die van een collectief. In de tweede plaats bestond deze groep uit afgestudeerden van diverse faculteiten van de Gentse Rijksuniversiteit. In dit verband zwaaide de heer Lannoo lof toe aan prof. dr. Hendrik Gysels, diensthoofd van het Seminarie voor Biologie in verband met de Menswetenschappen aan deze inrichting voor hoger onderwijs. Het is onder zijn verantwoordelijkheid geweest dat deze interdisciplinaire werkgroep tot dit indrukwekkende resultaat is gekomen. Vervolgens wees hij nog op de betekenis van deze gids voor de erin beschreven streek. Naar zijn mening kan dit boek een waardevolle bijdrage leveren met betrekking tot de toeristische ontsluiting van dit unieke grensoverschrijdende landschap.
Daarna kreeg prof. Gysels gelegenheid een schets te geven van de achtergronden die geleid hebben tot het onderzoek waarvan de voorgestelde gids de schriftelijke neerslag is. Hij herinnerde eraan hoe in het begin van de jaren zeventig het gebied rond de Westerschelde dreigde uit te groeien tot een tweede Rijnmond. Om een gepast antwoord te kunnen geven op deze mogelijke ontwikkelingen, is toen een werkgroep gevormd die zich tot doel stelde
De heer M. Heida overhandigt Visser-Neerlandiaprijs aan prof. dr. H. Gysels.
de veelheid aan problemen die hiermee samenhangen te bestuderen. Deze activiteit mondde in 1976 uit in het inrichten van het Gouden Delta Symposium. Dit jaartal was niet willekeurig gekozen; in dit verband herinnerde de heer Gysels aan de totstandkoming van de Pacificatie van Gent in 1576 én aan het feit dat de daarin vervatte plannen geen werkelijkheid zijn geworden. Het gevolg is geweest dat we tot op vandaag te maken hebben met een staatsgrens tussen Zuid en Noord. Herinneringen daaraan zijn de nu nog in het landschap liggende overblijfsels van de Spaanse forten en Staatse schansen. In de loop der voorbije eeuwen is de gemeenschap die voorheen een eenheid vormde, uiteengegroeid. Ook zijn de gevolgen daarvan aanwijsbaar op het gebied van landschap en milieu. Zich bepalend tot het laatste wees hij erop dat men in Nederland een andere houding aanneemt tegenover de natuur dan in België. Zo kent Nederland al lang een instituut dat zich bezighoudt met natuurbeheer. In België begon het pas te dagen in 1973 en daarbij is het helaas gebleven. Toen in 1983 nog geen uitvoering was gegeven aan de wettelijke afspraken, werd bij wijze van protest op particuliere basis de ‘Stichting Vlaams Instituut voor Natuurbeheer’ opgericht.
Het is deze stichting die het onderzoek verricht heeft, waarvan de voorgestelde gids het resultaat is. In dit verband richtte hij een woord van dank aan het adres van het Algemeen-Nederlands Verbond dat door de toekenning van een Visser-Neerlandiaprijs deze uitgave mee mogelijk had gemaakt. Na zijn medewerkers bedankt en met name hun inzet geprezen te hebben, kon worden overgegaan tot de uitreiking. Op uitnodiging van het Algemeen-Nederlands Verbond werd dit onderdeel verzorgd door Marten Heida. Na de betekenis van dit Verbond te hebben onderstreept met betrekking tot de samenwerking tussen Nederlanders en Vlamingen, gaf hij aan dat ook deze uitreiking er niet van los te maken is, uitvoerder als het is van de laatste wilsbeschikking van de naamgever van de prijs. Naar de mening van de heer Heida past de toekenning aan de ‘Stichting Vlaams Instituut voor natuurbeheer’ helemaal in de grensoverschrijdende werking van het Verbond. Daarna nodigde hij prof. Gysels uit als vertegenwoordiger van dit instituut de prijs in ontvangst te willen komen nemen.
Marten HEIDA