spiegel van de nederlanden
In '86 een tweede kabinet-Den Uyl?
De Nederlandse socialistische politicus, dr. Joop den Uyl, heeft dikwijls in de jaren nà het eerste kabinet-Den Uyl (1973-1977) beweerd, dat er een tweede zou aantreden. Tot op de dag van vandaag heeft dr. Den Uyl zijn voorspelling volgehouden.
De wens weer in het Catshuis te resideren is geen totale illusie. Wanneer er nu verkiezingen werden gehouden zou de P.v.d.A. meer dan 40 procent van de stemmen behalen, schreven we in Neerlandia nr. 2 van dit jaar. Deze bewering berustte op een uitslag van een opiniepeiling van destijds. De situatie is nauwelijks gewijzigd. Hoewel de P.v.d.A. zeker niet boven de 40 procent zal komen. Er is zelfs enige terugval te constateren in de laatste opinie-onderzoeken. Die achteruitgang schrijft men toe aan het geharrewar in de top van de partij. Onlangs verweet het Kamerlid Kosto zijn medelid in de fractie, drs. Marcel van Dam, populair t.v.-politicus en oud-bewindsman, totaal ongeschikt te zijn voor lijsttrekker. Evenmin heeft het de partij weinig goed gedaan, dat Den Uyl in 1982 aarzelend instemde met een lijst-trekkerschap, maar onder het absolute beding tijdens de rit te kunnen afhaken. Het vergrootte de verwarring. Er circuleerden maanden achtereen namen van opvolgers, die óf werden afgeschreven, óf het zelf voor gezien hielden, zoals dr. Van Kemenade die de politiek verliet om voorzitter te worden van het bestuurscollege van de Universiteit van Amsterdam.
De partijtop vreesde dat dit spelletje van welles-nietes bij de verkiezingen volgend jaar weleens zuur kon opbreken. Midden augustus presenteerden dr. Den Uyl en de partijvoorzitter mr. Max van den Berg op een persconferentie het verkiezingsprogramma ‘Een toekomst voor iedereen’. Daarbij bleek op de eerste plaats dat ‘de toekomst’ van dr. Den Uyl was geregeld. Hij sprak voor de opvolging van het politiek leiderschap voor de komende jaren het verlossende woord: ‘Den Uyl is er politiek, hij is er zolang de kiezers dat mogelijk maken’. Deze uitspraak ging vergezeld van de erkening dat zijn treuzelende houding in 1982 niet verstandig was geweest. ‘Ik doe het voor vier jaar. Dat voorkomt opnieuw tijdrovende gesprekken en tal van gissingen’, aldus Den Uyl, die voor de zevende keer als lijsttrekker tekende. En automatisch premier kan worden. Behalve dit verlossende woord was er de inhoud van het ontwerp-verkiezingsprogramma dat in hoge mate beslissend zal zijn of er een tweede kabinet-Den Uyl komt. Daarbij mogen de beoordelingen van de vakbeweging en de grote werkgeversorganisaties niet over het hoofd worden gezien. Opvallend in dit programma is, dat zo hier en daar een stap terug is gedaan. Misschien niet ten opzichte van de ideologische basis, maar wel in de zin van meer begrip voor de werkelijkheid. ‘Niet alles is volgens een blauwdruk te bestieren’, beweerde dr. Den Uyl op de journalistenbijeenkomst. Een lichte opmerking waarmee is aangegeven dat de overheid het niet in alles in de samenleving voor het zeggen heeft. Maar het is geen stap in de richting van een nu reeds vaststaande kans op een samenwerking met bijvoorbeeld het CDA. Trouwens de christen-democraten, evenals de liberalen van de VVD hebben het programma als onaanvaardbaar geproclameerd. En al mochten het CDA en de VVD bij de verkiezingen verliezen lijden, dan nog zal de P.v.d.A. op beide partijen en zeker op één van
die twee voor een kabinetsformatie zijn aangewezen. Boven de 50 procent komt de P.v.d.A. niet uit. Een samenwerking met de overige linkse partijen is uitgesloten. Want de communisten willen zelfs geen krachtenbundeling met de PPR (radicalen) en de PSP (pacifistische socialisten) links van de P.v.d.A. Laat staan dat Klein Links met de P.v.d.A. samengaat. Er zijn ook programmatisch grote verschillen. De belangrijkste punten in het programma zijn: bezuinigingen van 7,5 miljard in 4 jaar; terugdringen van het overheidstekort met 0,5 procent jaarlijks; herstel van de koppeling tussen lonen en uitkeringen; hoogte van de uitkeringen: 75 procent, duur van de uitkering (langer naarmate gewerkt is); geen bouw van nieuwe kerncentrales en versnelde sluiting van Dodewaard en Borsele; 32-urige werkweek, terugdringen van de uitgaven voor defensie, invoering van een derde t.v.-net om de positie van de geprofileerde omroep te versterken. Geen plaatsing van de kruisraketten. Het CDA en de VVD hebben zoals gezegd, kritiek, vooral op de paragraaf over de sociale zekerheid, beide partijen staan een andere methode voor ter bestrijding van de werkloosheid dan de arbeidstijdverkorting. Wanneer Nederland niet zou meegaan met de internationale tendens van de arbeidstijd zou men zich uit de markt prijzen. Beide partijen wijzen het streven naar niet plaatsen van de kernraketten af. De communisten vinden het programma teveel gericht op het CDA. Het staat een progressieve machtsvorming in de weg. Het bedrijfsleven heeft er grote moeite mee, dat er 5 tot 6 miljard gulden per jaar zou moeten worden ingeleverd (beperking steun voor investeringen, afschaffen kerncentrales, te veel centralisme en te weinig optimisme voor een economische opgang). Bij eerste reacties bleek ook, dat het Interkerkelijk Vredesberaad niet overliep van enthousiasme. Men schrijft dat er geen kernraketten geplaatst mogen worden, maar laat zich niet uit over een noodzakelijke afzwering van kerntaken, aldus het I.K.V. Het
tempo van de niet-plaatsing wordt ook bepaald door de mate van realiseren van een kernwapenvrij Europa, aldus het programma. Ook daarover is men in de vredesbeweging gevallen.
Er zijn nog veel zwakke punten. Of de afwijzingen van CDA en VVD nu zo absoluut zijn als ze zich voordoen, blijft de vraag. Ook die partijen moeten de verkiezingsuitslag afwachten om te bepalen hoe sterk hun onderhandelingspositie is. Alom zijn er dus nogal wat onzekerheden, ook in de P.v.d.A., voor de wens van dr. Den Uyl in vervulling gaat.
Geert GROOTHOFF