Neerlandia. Jaargang 88

Leefmilieu

Achtste Benelux-zeehavenoverleg

Onder voorzitterschap van de Belgische Minister van Verkeerswezen en P.T.T., Herman De Croo had te Gent op 6 november l.l. het achtste Benelux-Zeehavenoverleg plaats. De Nederlandse regering was vertegenwoordigd door R. den Besten, Secretaris-Generaal van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Hoofdthema van de conferentie was de concurrentie tussen de havens. In verband hiermee werd aangedrongen op het spoedig opheffen van concurrentieverstorende elementen in de afwikkeling van het grensoverschrijdend verkeer naar het achterland. Bovendien werd gerapporteerd over de verbetering van de aan- en afvoer van en naar de havens, over land- en spoorwegen (o.m. wegenprojecten in het Westerscheldebekken en de Liefkenshoektunnel).

Tijdens het overleg heeft de Nederlandse Secretaris-Generaal nogmaals bevestigd dat Nederland de oplossing van maritieme problemen zoals o.m. de verdieping van de Schelde afhankelijk maakt van de Belgische besluitvorming inzake het Maasbeleid. De beide besluiten moeten in principe gelijktijdig gebeuren, maar Nederland aanvaardt wel dat de timing in de uitvoering van de besluiten aan weerskanten kan verschillen. Ondertussen is Nederland bereid om de technische aspecten (overgaan tot de 48/43 voetsverdieping van de vaargeul) te onderzoeken in de Technische Scheldecommissie.

Nederland zegde vervolgens ook toe om in 1985 een definitieve tracékeuze te maken t.a.v. de Zoomweg bij Bergen-op-Zoom. De voltooiing zou dan in 1988 mogen verwacht worden.

Het volgende Zeehavenoverleg is gepland voor 1986 te Dordrecht.

Naar een Vlaams instituut voor natuurbehoud

Op 12 juli 1983 was het precies tien jaar geleden dat de Belgische Wet op het Natuurbehoud werd uitgevaardigd. Aan een van de belangrijkste bepalingen, nl. de oprichting van een Rijksinstituut voor Natuurbeheer is echter nooit enige uitvoering gegeven.

Omdat de Belgische overheid toen in gebreke bleef, richtten een aantal personen uit de wetenschappelijke en onderwijskundige kringen met hoofdzakelijk ecologische en milieukundige achtergrond de ‘Stichting Vlaams Instituut voor Natuurbeheer’ op. De essentiële bedoeling van de vereniging was de Vlaamse regering te helpen het officiële instituut op te richten, al dan niet in het kader van een nieuw Decreet op het Natuurbehoud, dat de nationale Wet (daterend uit 1973) vroeg of laat moet vervangen.

Ondertussen is het bijna zover. Gemeenschapsminister Akkermans van Ruimtelijke Ordening, Landinrichting en Natuurbehoud stelt de Vlaamse regering voor de oprichting van een dergelijk Vlaams Instituut voor het Natuurbehoud goed te keuren. Het instituut moet zorgen voor de wetenschappelijke onderbouw van het natuurbeleid. Dergelijke instituten bestaan reeds enige tijd in de ons omringende landen zoals o.m. het Rijksinstituut voor Natuurbeheer in Nederland.

Het Instituut zal deel uitmaken van de Administratieve Ruimtelijke Ordening en Leefmilieu (A.R.O.L.). Het personeel zou bestaan uit o.m. experten op het gebied van de landschapsecologie en de hydrobiologie.

[p. 223]

Protest tegen ‘Maastricht airport’

Het Nederlands-Limburgs provinciebestuur wenst dringend een nieuwe oost-west startbaan aan te leggen op het vliegveld te Beek. Deze nieuwe startbaan wordt noodzakelijk geacht om de werkgelegenheid veilig te stellen in de streek door de faciliteiten van de luchthaven te vergroten voor de bestaande en nieuw aan te trekken bedrijven.

De milieubeweging in Nederlands-Limburg protesteert reeds enige tijd tegen deze vliegvelduitbreiding.

Ook in Belgisch-Limburg is men niet te spreken over deze plannen. In een Open Brief klaagde J. Gabriels, burgemeester van Bree, de manier aan waarop aan Belgische zijde de zaken worden afgehandeld (Minister De Croo van Verkeerswezen heeft onlangs toestemming gegeven voor de aanleg). Recent hebben ook milieuverenigingen een rapport opgesteld dat eindigt met 10 redenen waarom België ‘neen’ zou moeten zeggen tegen de uitbreiding. Volgens de milieubeweging is er o.a. geknoeid met de geluidshinderkaarten: de inwoners van Lanaken zullen 3 tot 4 keer per nacht een vrachtvliegtuig horen overkomen (meestal zijn vrachtvliegtuigen oudere - en dus lawaaierige - passagierstoestellen); de luchtverkeersleiding moet gereorganiseerd worden wegens het drukke luchtverkeer (in de nabijheid liggen enkele militaire vliegvelden); de stijging van het vrachtvervoer in Limburg gaat ten koste van andere luchthavens...