Milieu
Nederlandse ongerustheid over Belgisch energiebeleid
Het Belgisch parlement sloot zijn lang verwachte, maar uiterst kort gehouden, energiedebat met het besluit tot uitbreiding van het kern‘park’ te Doel (van 3 naar 5 centrales) en de heropening van Eurochemic te Mol.
De beslissing van de Belgische Kamer wekte grote teleurstelling bij de Nederlandse regering. Men had de hoop geuit eerst nog te kunnen praten met de Belgische regering maar bij monde van Staatssecretaris voor Milieu, Mevr. Lambers-Hacquebard, kon men vernemen dat alle initiatieven zijn ‘afgeketst op onwil of gebrek aan interesse van Belgische kant’.
Met name in Zuid-Nederland (Zeeland en Noord-Brabant) begint de ongerustheid toe te nemen.
T. Brugman, tot voor kort gedeputeerde voor milieuzaken van de provincie Noord-Brabant verklaarde o.m. dat men in België even gemakkelijk een kerncentrale als een viaduct bouwt: ‘De bewustwording over kernenergie is daar (België n.v.d.r.) nog een punt waar wij in Nederland tien jaar geleden op zaten. Kernenergie is in België volledig geaccepteerd, ze begrijpen gewoonweg niet waar wij zo moeilijk over doen’.
Ook over de heropening van de opwerkingsfabriek Eurochemic is men in Nederland niet te spreken. Dit bedrijf werd in 1974 stilgelegd omdat er geen uitzicht bestond op een commerciële exploitatie van het bedrijf. Hoewel er nog steeds geen oplossing is gevonden waar men heen moet met de uitgewerkte splijtstofstaven (en de bijna 3000 m3 middelmatig tot hoog radioactief afval dat sinds 1974 bovengronds ligt opgeslagen) overweegt de Belgische overheid, sinds kort eigenaar van de installatie, de heropening. T. Brugman hierover: ‘De provinciale bestuurders van Belgische zijde zien er gewoon de zin niet van in om meer informatie over Mol te geven, laat staan dat ze willen praten over het opstellen van grensoverschrijdende rampenplannen. Ook ons Ministerie van Volksgezondheid en milieuhygiëne heeft druk uitgeoefend op België maar het helpt niets’.