Visser-Neerlandia: te gast in Brussel
Het is mij een eer en een voorrecht U allen van harte welkom te heten in dit huis, de zetel van de Vlaamse Raad, die de wetgevende vergadering is van de Nederlandse Cultuurgemeenschap van dit land. Met de totstandkoming van die Raad, de vervulling van een oude droom van de Vlaamse Beweging, beschikt Vlaanderen thans over een eigen gezag dat de opdracht heeft de eigen identiteit van ons volk veilig te stellen en voor de specifieke problemen van dat volk geëigende oplossingen uit te werken, binnen het raam van onze democratische instellingen.
Er is in onze opvatting geen behoefte aan een totale breuk met de gevestigde nationale strukturen en geen verlangen naar nieuwe staatsgrenzen. Binnen Europa, dat onafwendbaar op weg is naar grotere gezagsidentiteit, is het best mogelijk voor de behartiging van regionale belangen structurele oplossingen uit te werken. Dat is vooral een kwestie van geduld en verbeelding, van duidelijke omschrijving van de specifieke problemen en van politieke moed, om ten gepasten tijde tot besluitvorming te komen en beleidsbeslissingen te nemen. Het Taalunieverdrag, dat onze Raad onlangs eenparig heeft aangenomen, stoelt op dezelfde beginselen. Onze beide staten blijven soeverein bestaan, maar tussen en boven beide komt er een supranationaal gezag, gericht op de bescherming en de ontwikkeling van onze gemeenschappelijke Nederlandse taal.
Het is niet toevallig dat dit verdrag werd ondertekend te Brussel, en evenmin is het toevallig dat onze assemblée in deze stad gehuisvest blijft. Voor ons is dit een keuze van bewuste en blijvende aanwezigheid in deze oude Brabantse stad, waar vroeger dan in
de meeste steden van Vlaanderen de kanselarijtaal het Nederlands was. Ook in de toekomst blijft Brussel een bruggehoofd van de Nederlandse cultuur, een Europese hoofdstad waar die cultuur wordt geconfronteerd met de rijkdom van de Europese pluriformiteit.
Ik heb het daarom bijzonder zinvol gevonden dat het 38ste Algemeen Nederlands Congres Brussel als congresstad heeft gekozen. Ik geloof dat men in deze tijd geen beter oord kon kiezen. Sinds de vorige congressen is het aanschijn van Vlaanderen zo opvallend anders geworden dat er inderdaad behoefte is aan ideeën en verbeelding voor de volgende sprong voorwaarts. Waar kan zo'n bezinning beter dan in deze zuidelijke stad, vlakbij de germaans-romaanse taalgrens, in de schaduw van de Europese instellingen. En bovendien wordt men nergens indringender dan in deze miljoenenstad geconfronteerd met de grote uitdagingen van ons decennium: de leefmilieuproblematiek, de immigratie, de onleefbaarheid in de grote agglomeratie, de permanent aanwezige angst om de vrede.
Het leven van de fijnzinnige intellectueel en humanist meester Herman Lodewijk Alexander Visser wijst de weg aan allen die op zoek zijn naar een antwoord op die uitdagingen. Hij was er zich van bewust dat menselijke inspanning en engagement een uitweg kunnen scheppen. Die uitweg is: humaniteit, wetenschappelijk werk, tolerantie, dienstbaarheid aan de gemeenschap. Uit zijn vermogen groeiden de Visser-Neerlandia prijzen. Aldus worden personen en instellingen beloond, die zich belangloos voor de medemens en de gemeenschap verdienstelijk hebben gemaakt. Ik sluit mij aan bij de hulde die hun door uw Congres zal worden gebracht. De uitreiking van deze prijzen maakt ons duidelijk dat zelfs de welfare-samenleving vooralsnog geen structurele oplossing heeft voor tal van problemen en noodsituaties. Maar telkens weer duiken in die samenleving mensen op die hun krachten ten dienste stellen van het lichamelijk, geestelijk en cultureel welzijn van de medemens en van de gemeenschap. Voor ons allen is dit een bemoedigende gedachte.
Ik heb dan ook graag de deuren van dit huis opengezet voor de bijeenkomst van vandaag. Welkom dus, vrienden uit Noord en Zuid, welkom, Mijnheer de Voorzitter en Dames en Heren Bestuursleden van het Algemeen Nederlands Verbond. En welkom vooral U, Dames en Heren, die werden bekroond met een prijs voor persoonlijke verdiensten of met een welzijnsprijs omwille van uw verdiensten of een culturele prijs van de Visser-Neerlandiacommissie.
R. BOEL
Voorzitter Vlaamse Raad