Algemeen-Nederlands Studentencongres
Feestvieren behoort tot het student zijn. Begrijpelijk dat het honderdjarig bestaan van de Algemene Debating Club ‘Forseta Wara’ van de vereniging ‘Unitas Studiosorum Rheno-Traiectina’ in Utrecht voor de leden een aanleiding was de vlag uit te steken en zorg te dragen voor een luisterrijke herdenking. Het laatste kreeg vorm en inhoud in een Algemeen-Nederlands Studentencongres dat op 10 en 11 november werd gehouden. Het congresthema luidde: ‘Burengerucht - de Nederlandse houding inzake de Belgische cultuurtegenstellingen’. Mevrouw M.H.M.F. Garde-niers-Berendsen opende zaterdag 10 november het congres in de voormalige Kapittelzaal van de Dom, thans Groot-Auditorium der Rijksuniversiteit Utrecht. Inleidingen werden op die dag gehouden door dr. A.W. Willemsen, drs. P. van Hees, drs. L.J.M. van de Laar, Guido Fonteyn en mr. Hugo Schiltz. De heer Rik Boel, voorzitter van de Nederlandse Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap te Brussel was wegens ziekte verhinderd. De teksten van de inleidingen zijn in dit nummer opgenomen.
Zondagmiddag 11 november was gewijd aan beschouwingen van dr. Garmt Stuiveling, oud-hoogleraar, dr. E. van Itterbeek en dr. A.W. Willemsen over resp. de parallelliteit in de literatuur van Vlaanderen en Nederland; de situatie van de Nederlandse cultuur, en het Nederlands in Frans-Vlaanderen. Studenten uit Vlaanderen gaven tevens blijk van hun belangstelling op dit congres.
Onder de aanwezigen bevonden zich de Heer W. Andries, namens de Belgische ambassade in Den Haag, drs. H.J. Holleman als vertegenwoordiger van het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen in Den Haag, alsmede namens het Algemeen - Nederlands Verbond de algemeen voorzitter H. Fayat, dr. G.R. Piryns, voorzitter Vlaanderen en de heren J. de Graeve en G. Groothoff.
De praeses, de heer Paul Kok, opende het congres met een welkomstwoord aan de minister, de genodigden, de inleiders en de aanwezigen.
G.G.