trouwens, ook buiten de les Nederlands, dat ik gelukkig mag zijn de twee talen te kennen.
Band bestaat 20 jaar en vandaag wordt de balans opgemaakt van 20 jaar geschiedenis; een grote geschiedenis, met vallen en opstaan, die op dit kongres een feestelijk kleedje wordt aangemeten.
En ik zal de laatste zijn om deze feestvreugde te verstoren maar toch moet dit me van het hart: de komende twintig jaar geschiedenis van de Vlamingen in Wallonië zullen door ons worden geschreven. En dit vooruitzicht laat geen onverdeelde vreugde toe.
Want, laten we ons geen rad voor ogen draaien: het is niet allemaal rozegeur en maneschijn; waarschijnlijk wordt het in de toekomst voor ons, Vlamingen in Wallonië, moeilijker dan ooit voordien.
Ik zal proberen dit met een voorbeeld duidelijker te maken:
Herhaaldelijk schreef mijnheer Sevenants in Band: ‘Het grote drama van Band is dat de echte goede, jonge krachten terugkeren naar Vlaanderen’.
Dat betekent dus dat er voor mensen die 10 jaar ouder zijn dan wij nog een reële, een voelbare binding was met Vlaanderen. Die binding bestaat ook voor mij, ik kon en wil er niks aan veranderen dat mijn ouders Vlamingen zijn, dat ikzelf Vlaming ben, maar er is geer, haar op mijn hoofd dat er aan denkt terug naar Vlaanderen te gaan wonen.
Mijn vrienden en kennissen wonen hier, ikzelf voel me hier thuis. Nu zijn er ook van de minder jonge en oudere mensen hier aanwezig die zich in Wallonië thuis voelen, maar zij hebben in Vlaanderen gewoond, hun familie leeft er, en bovendien, zij hebben veel duidelijker dan wij ondervonden wat het meebrengt naar een ander gebied te verhuizen. Wij hebben geen heimwee, geen taalproblemen, omdat we Vlaanderen niet hebben gekend maar er belang bij hebben het land van onze voorouders beter te leren kennen.
Alles wat wij hebben is het voorbeeld en de overtuiging van U, volwassenen, en jullie hebben twintig jaar ervaring, maar er wordt niet alleen met ervaring op mijn vraag geantwoord:
‘Wat moeten wij jonge mensen doen, om in Wallonië Vlaming te blijven?’
Gedeeltelijk kan ik zelf op die vraag antwoorden: het gaat er in de 1ste plaats om de Vlaamse taal volledig te beheersen.
Maar werd die taal door U niet te hol gebruikt?
Zaten er werkelijk echte woorden onder de Vlaamse woorden? Waren onze ouders misschien niet in de gelegenheid de Vlaamse kultuur te volgen?
Dit zijn geen beschuldigingen, ik herhaal dat ik de feestvreugde niet wil verstoren maar: er is toch een reden voor als er nog zo weinigen van de aankomende jeugd hun moedertaal beheersen.
Ik ook geloof dat het kwaad dat al aangericht is vooral door de ouders kan worden hersteld. Door de ouders en... door Band.
Want als ik U hier vandaag toesprak in een Nederlands dat toch wel vrij keurig is, dan dank ik dat behalve aan mijn ouders ook aan Band.
Want het is niet waar dat de jeugd ondankbaar is: ik ben het poppenspel niet vergeten, ik ben het bezoek aan de BRT-studio's met vergeten, ik ben de deklamatiewedstrijden niet vergeten.
En het is niet juist dat de jeugd tam is, want om te eindigen zou ik me vooral tot de jonge Vlamingen in Wallonië hier al dan niet aanwezig willen richten: over 20 jaar zitten wij hier in het feestelijke beklaagdenbankje. Wat gaan wij er mee doen en... wanneer beginnen we.
Nora FIEREMANS