De algemene vergadering ANV 1978 in hoofdlijnen
De algemene vergadering 1978 van het ANV werd op zaterdag 17 juni in hotelrestaurant ‘Vrouwenhof’ in Roosendaal (NB) gehouden. De aanwezigen waren in de gelegenheid kennis te maken met prof, dr. H. Fayat, die op 1 januari van dit jaar zijn functie aanvaardde als algemeen voorzitter van het ANV. Aan het slot van de bijeenkomst hield prof. Fayat een toespraak.
De leiding van de algemene vergadering berustte bij drs. M.J.A.R. Dittrich, voorzitter Nederland. De heer Dittrich heette prof. Fayat, in diens nieuwe plaats in het Verbond, van harte welkom. Voorts herdacht de heer Dittrich de in het afgelopen verenigingsjaar overleden leden van het ANV. Met name stond hij stil bij het verscheiden van mr. A.W. van Nes, oud-algemeen penningmeester en van ir. Herman Cohen Stuart, één der oudste leden.
De algemeen secretaris, de heer lic. M. Cantrijn, gaf een toelichting op het jaarverslag 1977 waarin hij op gedocumenteerde wijze uitleg gaf van het huidige beleid van het ANV. (Het verslag werd in ‘Neerlandia’ 1978 - nr. 2 volledig opgenomen). Het overzicht geeft in hoofdzaken het beeld weer van het handelen en streven van het ANV in het raam van de hedendaagse ontwikkelingen van het cultuurbeleid in beide landen, aldus de heer Cantrijn, hetgeen hij met een groot aantal feiten staafde. Achtereenvolgens passeerden het Belgisch-Nederlands Cultureel Accoord, de grondwetsherziening van 1971 in België, waarbij aan de taalgemeenschappen de culturele autonomie werd verleend en de gesprekken van ANV-delegaties met bewindslieden de revue. In het bijzonder legde hij de nadruk op de betekenis van de werkgroepen van het ANV, waardoor velen worden bereikt. Vooral jongeren. De afdeling Den Haag betreurde, dat er in het verslag te weinig aandacht was besteed aan de activiteiten van de afdelingen, die gevaar lopen door de werkgroepen te worden verdrongen.
De algemeen-penningmeester, drs. L.A.C.A.M. van Rijckevorsel, gaf een toelichting op de financiële jaarstukken. De vergadering gaf de goedkeuring aan de begroting 1979. Voor 1979 werd een verhoging van de contributie/ab. Neerlandia vastgesteld op f. 25 (365 Bfr.), de afdracht aan de afdelingen werd bepaald op f. 8,50 (125 Bfr.). Als leden van de Raad van Advies werden benoemd mr. Joh. Fleerackers te Antwerpen, prof. dr. M. de Vroede te Nieuwrode en dr. A.W. Willemsen te Utrecht. Drs. L.A.C.A.M. van Rijckevorsel, Den Haag en dr. J. Theuwissen, Antwerpen, werden als leden van het hoofdbestuur herbenoemd. Als nieuwe leden van het hoofdbestuur werden gekozen de heren J. de Graeve, Gent; M. Heida, Veenendaal; drs. A.G.U. Hildebrandt, Aardenburg; L. Knaepkens, Antwerpen; drs. Y. Peeters, Brussel; F. Persyn, La Madeleine (Frankrijk); mr. J.A. Schuering, Den Haag en Lode Verhaegen, Gent.
Een apart agendapunt was gewijd aan een verschil van opvatting tussen de afdeling Den Haag en het hoofdbestuur inzake de bevoegdheden van een afdeling buiten het gebied waarover zich een afdeling uitstrekt. Het voorstel van het hoofdbestuur voor een wijziging van de statuten werd tot nader te bepalen datum uitgesteld. Aan het slot van de behandeling van de agenda sprak de heer Dittrich woorden van dank tot de scheidende leden van het dagelijks bestuur, de heren lic. M. Cantrijn en J. Volleberg. Daarna volgde de toespraak van de algemeen voorzitter, prof. dr. H. Fayat.