Een cultureel verdrag tussen Vlaanderen en Wallonië?
Op zondag 20 november 1977 congresseerde BAND, de sociaal-culturele vereniging van Vlamingen in Wallonië, te Wépion. Bij die gelegenheid hield de heer Maurits Coppieters, Voorzitter van de Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap, een opgemerkte toespraak over de mogelijkheden van een cultureel verdrag tussen Vlaanderen en Wallonië. Voor de lezers van ‘Neerlandia’ brengen wij een samenvatting van deze belangrijke rede.
***
De Voorzitter van de Cultuurraad begon zijn toespraak met een warme hulde aan BAND. Door haar optreden heeft deze sociaal-culturele vereniging contacten tussen bestaande groeperingen in Wallonië tot stand gebracht en belangstelling gewekt voor de Nederlandse cultuur. Op jaarlijkse congressen ging de aandacht naar de specifieke problemen van de Vlamingen in Wallonië: in de unitaire staat waren zij emigranten in eigen land, volgens Coppieters de meest verwaarloosde emigranten van West-Europa!
In het eerste gedeelte van zijn rede herinnerde Coppieters aan het vele dat Wallonië van Vlaanderen heeft gekregen. Talloze Vlaamse emigranten, boeren, mijnwerkers, staalarbeiders, hebben zich noodgedwongen in Wallonië gevestigd. Het ontbreken van werkgelegenheid in Vlaanderen dwong bovendien duizenden Vlaamse arbeiders naar Wallonië te pendelen, terwijl in Vlaanderen geen voldoende arbeidsplaatsen gecreëerd werden.
Coppieters herinnerde ook aan het ‘dossier Vlaanderen’, de steeds opnieuw gehoorde klacht dat overdreven veel overheidsgelden naar Wallonië afvloeien ten nadele van investeringen in Vlaanderen. Verder had hij het over de gebiedsafstand ten nadele van Vlaanderen bij de wijziging van de taalgrens: Komen, Moeskroen, Edingen en Vloesberg.
Een passage in die historische evocatie lokte wat heibel en zelfs een interpellatie in de Kamer van Volksvertegenwoordigers uit. De heer Coppieters herinnerde namelijk ook aan de IJzertragedie 1914-1918, waar Vlaams bloed vloeide voor het ‘franskiljonse België’. Spreker herinnerde eraan hoe de Vlaamse soldaten indertijd met de herinnering aan de Guldensporenslag werden opgeroepen om het vaderland te verdedigen. Nadien bleek dit vaderland niet geneigd aan de toenmalige Vlaamse eisen tegemoet te komen. Wallonië heeft geen weet gehad van deze tragedie! De Voorzitter van de Cultuurraad wees erop hoe dit verleden de Vlamingen doet aarzelen als er sprake is van een akkoord tussen Vlaanderen en Wallonië. Bovendien zijn er de toestanden te Brussel en in de omgeving van de hoofdstad. Zolang de Franstalige gemeenschap niet de ambitie opgeeft om nog meer Vlaams grondgebied in te lijven is elke hoop op een verzoening van gemeenschap tot gemeenschap ondenkbaar.