Neerlandia. Jaargang 81
(1977)– [tijdschrift] Neerlandia– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 95]
| |
Feest te VeereUitreiking van de Visser-Neerlandiaprijzen 1976Het eerste weekeinde van juni was het feest in Veere. Vrijdag de derde kwamen van heinde en verre de leden van ‘De Vrienden van Veere’ naar hun Zeeuwse stadje voor een congres. De volgende dag, zaterdag 4 juni, vergaderden de afgevaardigden van het Algemeen Nederlands Verbond in de ochtenduren in het schilderachtige raadhuis achter de vijfhonderd jaar oude gevel. En 's middags ontvingen de laureaten van de Visser-Neerlandiaprijzen in het schip van de Grote Kerk de oorkonden.
Het wijde land en het Veerse Meer lagen tot aan de horizonten uitgestrekt onder een laag wolkendek. Zo nu en dan brak de zon door. Kort na het middaguur marcheerde het fanfarekorps ‘Veere's Genoegen’ langs de Schotse Huizen op weg naar de O.-L.-Vrouwe Kerk - de Grote Kerk - waar dr. G.R. Piryns, namens het hoofdbestuur van het ANV, de ongeveer vierhonderd aanwezigen, waaronder tal van officiële gasten, toesprak. Dr. Piryns en drs. M.J.A.R. Dittrich, leden van het presidium van het Verbond, reikten die middag negentien prijzen uit voor een gezamenlijk bedrag van f. 102.000.- of 1.500.000 Belgische franks. Burgemeester A. Hack van Veere was gastheer. Het verheugde hem, dat na Den Haag, Antwerpen en Brussel, het oude vestingstadje de eer van de plechtigheid was toebedeeld.
Men mag wellicht de gevolgtrekking maken, nu Veere is opgenomen in de rij van grote steden, dat er zich perspectieven openen voor het gemeentebestuur. Al was het alleen maar wat ruimere financiële armslag van de rijksoverheid voor de oplossing van plaatselijke problemen, waarmee het gemeentebestuur worstelt. De burgemeester vond het overigens niet nodig zich denkbeeldig in de reeks van beroemde steden te scharen, want, zo meende hij terecht, Veere kan gelet op zijn roemrijke historie en zijn monumentale gebouwen zich met trots laten gelden. De hier georganiseerde tentoonstellingen onder de titel ‘Delta, cultureel gebied in historisch perspectief’ geven de verwevenheid van de culturele patronen van Nederland en België aan. En dit is, dacht ik, vervolgde de burgemeester, het belangrijkste uitgangspunt van het Algemeen Nederlands Verbond: het behoud en de ontplooiïng van de Nederlandstalige cultuurgemeenschap. Ziedaar de verklaring waarom het festijn zich in Veere voltrekt.
Dr. Piryns dankte de burgemeester voor de gastvrijheid aan het ANV verleend. Het is de eerste maal dat de uitreiking in Zeeland plaatsvindt: het hart van de Delta, de draaischijf tussen Brabant, Holland en Vlaanderen. Met zijn tegenwoordigheid in Veere, na in het verleden elders de hoogtijdagen te hebben gevierd, wenst het Verbond geheel de Lage Landen, als een rijk geschakeerde eenheid, te betrekken in het streven dat op menselijk contact, samenwerking en integratie is gericht.
Dr. Piryns begroette de prijswinnaars voor wie deze dag was georganiseerd. En sprak zijn erkentelijkheid uit tegenover de heer J. Lodewijck, ambassadeur van België en mevrouw Lodewijck; mr. J. Viegen, secretaris-generaal van CRM - die minister mr. Van Doorn vertegenwoordigde - en mevrouw Viegen; mr. J. Fleerackers die minister mevrouw R. de Backer-van Ocken vertegenwoordigde; dr. C. Boertien commissaris van de Koningin in Zeeland en mevrouw Boertien; burgemeester A. Hack van Veere en mevrouw Hack; dr. W. Debrock, voorzitter van de Belgische delegatie in de Gemengde Commissie van het Cultureel Accoord en mevrouw Debrock, voor hun aller komst. | |
Wat beoogde mr. Visser?Het Algemeen-Nederlands Verbond dankt Veere voor de gastvrijheid die ons wordt verleend. Wij mochten in het historische stadhuis onze statutaire vergadering houden en deze namiddag worden in deze historische Grote Kerk de Visser Neerlandiaprijzen uitgereikt, voor het eerst in Zeeland, het hart van de Delta, draaischijf tussen Brabant, Holland en Vlaanderen.
Door deze keuze, na Den Haag, Antwerpen en Brussel wil het Algemeen Nederlands Verbond zijn Nederlandse algemeenheid onderstrepen. Wij willen ons niet laten inkapselen in een paar steden waar kantoren gevestigd zijn, maar alle lage landen (die wij blijven zien als een rijkgeschakeerde eenheid) betrekken in onze werking die gericht is op menselijk contact, samenwerking, integratie.
Aanleiding tot de keuze van Veere was mede het toekennen van de Visser-Neerlandia-prijs aan Delta Cultureel. In deze zozeer geschonden, verwaarloosde en welhaast vervallen glorieuze Grote Kerk die nu gelukkig | |
[pagina 96]
| |
niet moeizaam wordt gerestaureerd, maar door Delta Cultureel gered voor een zinvolle eigentijdse bestemming, wordt voor ons allen een klemmende waarheid zichtbaar en tastbaar.
We moeten onze dorpen en steden, ons land, onze rivieren en zeeën redden voor het verval. Niet uit heimwee naar het verleden, maar ter vrijwaring van de toekomst van ons volk. Want naarmate wij onze zee laten verworden tot een dode poel, onze rivieren tot open riolen, onze dorpen tot slaapplaatsen voor jachtige pendelaars, onze steden tot betonwoestijnen, zijn we aan het vervallen tot een volk zonder ziel, een onsamenhangende massa van angstige geldverdieners, die langzaam stikken in de uitlaatgassen van hun eigen schijnwelvaart. Dit wil het Algemeen Nederlands Verbond niet, en dit wilde ook Meester Visser niet, toen hij bij testament de helft van zijn fortuin toevertrouwde aan ons Verbond, dat er het Visser-Neerlandiafonds mee stichtte. Sommige punten van het testament mogen moeizaam geformuleerd zijn, of in gewijzigde tijdsomstandigheden moeilijk letterlijk toe te passen, de algemene geest is duidelijk, en de Visser-Neerlandia Burgemeester A. Hack van Veere als gastheer (foto J.T.H.D. Schepman)
commissie, samen met het hoofdbestuur van het A.N.V. hebben er, in een jarenlange praktijk, een beleid op gebouwd dat een indrukwekkende lijst van persoonlijkheden en instellingen als laureaten van de prijs in de aandacht heeft gebracht. Uit het testament van de heer Visser blijkt een diepe bekommernis om de bedreigde mens. Hij wil alle inspanningen aanmoedigen, zowel praktische, organisatorische als wetenschappelijke en socio-culturele, die de mens helpen beschermen tegen ontketende natuurelementen, sociale gevolgen van ziekte, maar ook tegen psychische epidemieën en gevaarlijke massasuggestie die ontspruiten aan een ontwortelde hypercultuur. Al dit werk wilde de stichter van het fonds aanmoedigen, steunen, bekendmaken en huldigen. Ook persoonlijkheden die succesjacht afwijzen en (ongeacht hun knapheid of geleerdheid, hun bekendheid of onbekendheid) blijk geven van karaktervastheid en belangloze toewijding aan de wetenschap wilde hij gehuldigd zien. Dat doen wij vandaag nogmaals in deze geest, door het uitreiken van prijzen voor een bedrag van ruim honderdduizend gulden of anderhalf miljoen frank, en door het uitspreken van onze grote waardering voor de personen en instellingen aan wie deze prijzen worden toegekend.
Het weze mij toegelaten hierbij onze dank en waardering uit te spreken voor de leden van de televisiejury onder voorzitterschap van de heer Hans Keuls, voor de leden van de Visser-Neerlandiacommissie onder voorzitterschap van de heer van Andel en voor de velen die meewerkten aan het omvangrijke werk van opzoeken, navragen en schiften, bestuderen en beoordelen, dat hieraan moest voorafgaan. | |
Delta CultureelDe stichting Delta Cultureel wil de Grote Kerk van Veere een nieuwe, eigentijdse bestemming geven, zowel door vestiging van een bestendig informatiecentrum voor het bestreken gebied, historisch èn actueel, als door het inrichten van tentoonstellingen, concerten, voorstellingen en manifestaties. In een dubbel opzicht geeft de stichting hierbij blijk van een ruime en stoutmoedige visie. Vooreerst wil de stichting zich niet opsluiten in het beperkte cultuurbegrip dat vroeger bij een bevoorrechte groep voor alleenzaligmakend gold, maar dit integreren in een levend geheel dat alle facetten omvat van het maatschappelijk leven in het Deltagebied. Vervolgens werd niet uit het oog verloren | |
[pagina 97]
| |
dat dit zee-land de poort is van een ruimer driestromenland, een gemeenschappelijk vaderland (met een meervoud dat de lage landen bij de zee wordt genoemd).
Delta Cultureel wil Zeeland zien als een draaischijf tussen Brabant, Holland en Vlaanderen.
Het Algemeen Nederlands Verbond verleent aan de Stichting Delta Cultureel een Visser-Neerlandiaprijs, niet alleen als een bescheiden bijdrage tot het verwezenlijken van de doelstellingen van de stichting, maar nog meer als een blijk van waardering voor dit werk van toenadering en integratie. | |
Service d'Animation CulturelleMet een bijzonder genoegen verleent het Algemeen Nederlands Verbond de Visser-Neerlandia prijs aan een Waalse instelling, de Service d'Animation Culturelle en langues Germaniques te 's-Gravenbrakel ofte Braine-le-Comte en aan haar bezieler, de heer Jean-Pierre Gailliez en zijn medewerkers.
Deze groep, opgericht in 1972, wil Waalse leerkrachten, leerlingen en schoolgemeenschappen helpen en stimuleren om onder meer de Nederlandse, maar ook Engelse en Duitse, taallessen levendiger en efficiënter te maken. Ook wil de groep persoonlijke kontakten van Waalse leerkrachten en leerlingen met Nederlandstaligen bevorderen en organiseren. Zij organiseren o.m., met eigen studenten, voorstellingen in het Nederlands en het Engels, uitwisselingen tussen klassen, leerkrachten en pedagogische centra uit de twee taalgemeenschappen. Een informatieblad zorgt voor een geregeld kontakt.
De heer Gailiez en zijn vrienden vormen eveneens de spil van de ANV-werkgroep leraren Nederlands in Wallonië. Dit werk is van grote betekenis. Wie alleen maar bedacht is op het opdringen van zijn eigen, superieur geachte taal en cultuur, bedrijft alleen maar machtspolitiek. Dit mag de stijl niet zijn van ons buitenlands cultuurbeleid. Wederzijdse eerbied en belangstelling voor mekaars taal, cultuur en volkskarakter brengt mensen en volkeren samen en doorbreekt de grenzen van onbegrip en wantrouwen.
Als blijk van grote waardering en als aanmoediging gaat een Visser-Neerlandiaprijs naar de Service d'Animation Culturelle te 's-Gravenbrakel. | |
Noord-Zuid ContactcentrumHet Noord-Zuid Contactcentrum heeft tot doel het overleg tussen Nederlandse en Vlaamse vormingsen ontwikkelingsorganisaties te bevorderen. Het werd opgericht tijdens het 36e Nederlands Congres in 1963 te Antwerpen. Tot aan de opheffing van de Stichting voor de Culturele Integratie van Noord en Zuid was het hiervan een werkgroep. Sindsdien werkt het zelfstandig verder. Het centrum verleent wederzijdse informatie over de ontwikkelingen binnen het vormings- en ontwikkelingswerk in Nederland en Vlaanderen, zorgt voor uitwisseling van programma's, onderzoekt de problemen i.v.m. toepassing van het Belgisch-Nederlands Cultureel Verdrag, organiseert conferenties en studiedagen. De conferentie te Dworp in 1975, over ‘Het sociaalcultureel vormingswerk en het cultuurbeleid in Nederland en Vlaanderen’ was een mijlpaal. Er staan werkdagen op stapel voor deelnemers uit beide Limburgen, uit Antwerpen en Noord-Brabant, uit Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen, Frans-Vlaanderen en Zeeland. Het centrum krijgt een Visser-Neerlandiaprijs toegewezen.
Met deze prijs huldigt het Algemeen-Nederlands Verbond het voor de buitenwereld weinig bekende integratiewerk-in-de-diepte van het Noord-Zuid Contactcentrum. Wij betrekken in deze hulde de vele organisaties en instellingen voor vormings- en ontwikkelingswerk die eraan meewerken. Dr. Piryns opent de plechtigheid (foto J.T.H.D. Schepman)
| |
[pagina 98]
| |
Het A.N.V. zal op het centrum een beroep doen om mee te werken aan de voorbereiding van een nieuw Algemeen-Nederlands Congres. | |
Toernooi der Lage LandenDe Stichting Toernooi der Lage Landen wil het peil van het Nederlandstalig amateurstoneel verhogen. In feite is het thans 25-jarig Toernooi in het bescheiden Mheer in Nederlands-Limburg uitgegroeid tot een indrukwekkende onderneming van 25 jaar verbroedering tussen de beste amateurgezelschappen uit de beide Nederlanden. De organisatie omvat een strenge voorselectie, een intensief contact met de deelnemende verenigingen en kandidaat-deelnemers, de technische, administratieve en organisatorische begeleiding tijdens de toernooidagen en de bijna legendarisch geworden slotavond. Het belangeloos werk van bestuur en medewerkers hebben hier rond een pretentieloos gemeenschapshuis in een bescheiden plattelandsgemeente een monument van het doe-het-zelf cultuur opgebouwd, waarbij vele dure manifestaties van consumptiecultuur in onbetaalbare cultuurpaleizen verbleken.
Dit jubileum mocht niet onopgemerkt voorbijgaan, en wordt met de Visser-Neerlandiaprijs gehuldigd. Onze hulde gaat mede naar het bestuur en de medewerkers, en naar de vele amateurgezelschappen in Noord en Zuid die dit alles samen opbouwden. | |
De Brusselse PostToevallig staat Brussel, en met name het recht van de Nederlandse mens om in zijn eigen aloude Nederlandse stad zichzelf te zijn opnieuw in de schijnwerper van de politieke actualiteit, op het ogenblik dat een Visser-Neerlandiaprijs wordt uitgereikt aan het maandblad ‘De Brusselse Post’ orgaan van het Vlaams Komitee voor Brussel. De Brusselse Post werd in november 1950 opgericht om het Vlaams leven in Brussel te helpen bevorderen in al zijn uitingen (cultuur, onderwijs, ontspanning) om de Brusselse Vlamingen degelijke informatie te verstrekken over de taal- en politieke situatie, ze bewuster te maken en zo voor eigen taal en cultuur te bewaren. Het blad heeft geen enkele politieke noch ideologische binding, heeft een pluralistisch samengestelde redactieraad, waarin ook vertegenwoordigers zetelen van de Nederlandse Commissie voor de Cultuur van de Brusselse Agglomeratie. Wie de toestanden te Brussel niet kent kan zich nauwelijks voorstellen hoe belangrijk deze uitgave is geweest en steeds blijft als ruggesteun voor de Brusselse Vlaming om gewoon zichzelf te blijven, onder een sociale, economische en administratieve druk die tienduizenden mensen van Brabantse, Vlaamse en Limburgse afkomst in de verfransing dreef. Zonder onbescheiden te zijn mag ook niet onvermeld blijven welke zware financiële offers worden gebracht, in 't bijzonder door de uitgevers de familie van Hoorick, om deze onderneming vol te houden. Voor deze 25 jaar-lange werking ter bevordering van het Nederlands cultuur- en gemeenschapsleven, voor deze belangloze inzet van het Nederlands onderwijs en de erkenning van het Nederlands te Brussel past de toekenning van de Visser-Neerlandia prijs. | |
Amateurtoneel België-NederlandHet Comité Amateurtoneel België-Nederland is een bescheiden organisatie die rechtstreeks weinig naar buiten treedt, maar die sinds 1957 een berg werk heeft verzet ter wederzijdse bevordering van het amateurtoneel in Noord en Zuid. Het is dan ook in die kringen dat het Comité bekend is en hoog gewaardeerd wordt voor zijn coördinerend en stimulerend werk bij de uitwisseling van gezelschappen, het inrichten van toernooien, festivals en regieweekends, het bevorderen van Nederlandstalig toneelwerk, enz. Het initiatief om ter gelegenheid van het twintigjarig jubileum, een handboekje uit te geven voor het amateurtoneel in Nederland en Vlaanderen met onder meer een volledig overzicht van alles wat in Noord en Zuid voorhanden is op het gebied van toneelopleiding, documentatie, stromingen, instellingen en organisaties werd mede aanleiding tot het toekennen van een Visser-Neerlandiaprijs. | |
Prijzen voor persoonlijke verdiensteDe prijzen voor persoonlijke verdienste werden uitgereikt door drs. Dittrich.
Het hoofdbestuur van het A.N.V. verheugt zich in het feit, dat de commissie welke de aanmeldingen onderzoekt en daaromtrent adviseert, niet naar kandidaten behoefde te zoeken! Dat bewijst dat in deze zogenoemde uiterst materialistisch ingestelde maatschappij mensen toch de ruimte hebben - of liever: de ruimte hebben weten te vinden - om goed te doen aan medemensen. | |
[pagina 99]
| |
Méér dan een politiek welke ons tracht te overreden een van bovenaf bepaald welzijn als zodanig te ervaren en te aanvaarden als óns welzijn - een objectivatie derhalve van een toestand welke uitsluitend persoonlijk, dus subjectief, kán worden ervaren - zijn de tussen-menselijke betrekkingen het aangewezen medium om ons wel te doen gevoelen!
Het werk van ieder der laureaten, aan wie een persoonlijkheidsprijs is toegekend, geeft ons het geloof in de andere mens terug. En die ervaring doet ons onszelf méér wel bevinden dan het opgelegde welzijn, dat ons zo vaak zo weinig aanspreekt.
Een prijs voor persoonlijke verdienste wil ik nu graag uitreiken aan de heer en mevrouw HEKMAN-DAMSTRA uit Velsen. Dit echtpaar houdt zich al vele jaren bezig met het verzamelen en bundelen van onvoorstelbare hoeveelheden oud papier. Tonnen papier worden aan de handel verkocht. De opbrengst wordt niet beschouwd als een welkome aanvulling op het A.O.W.-pensioen, maar gaat tot de laatste cent naar instellingen en stichtingen welke - zoals de heer Hekman zegt - ten doel hebben mensen die in nood verkeren te helpen! Het blijmoedige echtpaar krijgt de prijs in de vorm van een verzorgde onbezorgde vacantie. Doen wij dat niet, dan wordt de prijs toch overgeschreven. De heer Hekman heeft daar al mee gedreigd. En iedereen is het erover eens, dat de heer en mevrouw Hekman een vacantie méér dan verdiend hebben!
Aan de heer 1. DONDORP uit Hilversum is de persoonlijkheidsprijs toegekend uit waardering voor zijn jarenlang werken ten bate van het gehandicapte kind, vooral van het geestelijk gehandicapte kind. Daarbij heeft de heer Dondorp met name de ouders van de geestelijk gehandicapte kinderen begeleid en heeft hij die ouders een stimulans gegeven om hun zelfvertrouwen en de zin van hun leven terug te vinden. Hij heeft zo nodig vele ouders ertoe kunnen brengen het kruis van een geestelijk gehandicapt kind te hebben niet alleen te aanvaarden, maar die kinderen, zij het op andere wijze, even lief te hebben als hun gezonde kinderen. Het werk van de heer Dondorp ondervindt allerwege veel instemming. De vorige week vrijdag b.v. vertelde de groningse hoogleraar mevrouw Bladergroen mij met bijzonder veel waardering over het werk, vooral over de zin van het werk, van de heer Dondorp. Met erkenning en met dankbaarheid voor Uw werk verleent het hoofdbestuur U gaarne deze prijs voor Uw persoonlijke verdienste. Een volgende persoonlijkheidsprijs is toegekend aan DRS. JOZEF VAN OVERSTRAETEN uit Aalst.
Jozef van Overstraeten, in 1896 in St.-Truiden geboren en derhalve Limburger, is een veelzijdig erudiete man. In 1916 legde hij uiteraard met goed gevolg, zijn examen voor regent in het frans af en in 1917 legde hij nogmaals dat examen af, maar nu in het nederlands! Hij werd, na eerst nog huisleraar te zijn geweest in Antwerpen, leraar bij het hoger middelbaar onderwijs te Malonne. Daarna leraar aan de rijksmiddelbare school te Aalst. De heer van Overstraeten behaalde het licentiaat aan het Hoger Instituut voor Opvoedkunde te Gent en voegde aan zijn reeks van bevoegdheden toe het licentiaat in de kunstgeschiedenis en de oudheidkunde aan de Rijksuniversiteit van Gent. Jozef van Overstraeten heeft in de Vlaamse Beweging steeds een zeer vooraanstaande rol gespeeld, hetgeen hem niet altijd en overal in dank is afgenomen! Hij is mede voorzitter van de Vlaamse Toeristenbond, van de Vlaamse Automobilistenbond en van de Vlaamse Kampeertoeristen. Maar die bonden bewogen zich niet alleen op het toeristische vlak. Onder zijn bezielende leiding werden door die bonden zeer vele initiatieven genomen welke de culturele betrekkingen tussen Zuid en Noord bijzonder verstevigden. De heer van Overstraeten heeft voortdurend de culturele integratie van Vlaanderen en Nederland actief bevorderd in woord en geschrift. Niet voor niets wordt zijn persoon en zijn werk uitgebreid beschreven in de ‘Encyclopedie van de Vlaamse Beweging’. Mijnheer van Overstraeten, het hoofdbestuur van het A.N.V. is fier U een persoonlijkheidsprijs te mogen toekennen voor het onvoorstelbaar vele werk dat U hebt verzet in het belang van de culturele eenwording van de zuidelijke en de noordelijke Nederlanden! Drs. Dittrich huldigt het echtpaar Hekman-Damstra (foto J.T.H.D. Schepman]
| |
[pagina 100]
| |
De vierde prijs voor persoonlijke verdienste is toegekend aan de heer GEORGES SPITTAEL uit Eekloo. Wanneer wij, dames en heren, de voortgangsgeschiedenis volgen van de europese gemeenschappen - om van een verenigd europa maar te zwijgen! - dan moeten wij helaas vaststellen, dat de formule waarin die voortgang zich voltrekt, identiek is aan de formule van de sprongprocessie van Echternach! Juichen wij het ene ogenblik over de stap voorwaarts welke is gezet, het andere moment moeten wij constateren, dat in de ontwikkeling weer enkele stappen terug zijn gezet! Ligt dan niet de gevolgtrekking voor de hand, dat een verenigd europa niet aan de top van de landen wordt gebeeldhouwd, maar aan de basis? En een van de mensen die aan die basis vorm en stevigheid geven is ongetwijfeld de laureaat van dit ogenblik, de heer Spittael! Op Uw eigen wijze draagt U door Uw werk bij tot de gedachte van de wereldvrede en tot verzoening en begrip vooral tussen de volkeren van europa, die nog zo recent als vijanden tegenover elkaar stonden! Maar U doet méér! Door de opsporing van graven van gesneuvelde militairen en door de identificatie van de stoffelijke resten doet U een werk dat eigenlijk alleen door ouders van gesneuvelde militairen naar waarde kan worden geschat. Hoeveel ouders, die no zovele jaren wel moeten aannemen dat hun zoon is gesneuveld pijnigen zich door de voortdurende vraag naar het hoe en waar? Hoeveel ouders kennen spijt, dat zij het graf van hun zoon niet kunnen bezoeken omdat zij op de vraag ‘waar?’ geen antwoord kennen! U, mijnheer Spittael, hebt - hoe paradoxaal dat ook moge klinken - veel ouders de troost van de zekerheid verschaft; U hebt ouders in staat gesteld het graf van hun zoon te bezoeken; U geeft ouders en broers en zusters van de gesneuvelde soldaat telkens en telkens weer opnieuw de gelegenheid
Prijswinnaars (op de eerste rij) in afwachting van de uitreiking
(foto J.T.H.D. Schepman) om van hun liefde te doen blijken door bloemen op dat bepaalde graf te leggen. Dat verschaft veel troost voor de nabestaanden. U deed en doet daarmee een groots werk. Een werk, waarvoor het A.N.V. bijzonder graag ook aan U deze persoonlijkheidsprijs toekent! | |
WelzijnsprijzenDe vereniging ‘Vrienden van de Emiliehoeve’ wil door middel van publicaties en preventief werk bekendheid geven aan de therapie op de ‘Emiliehoeve’ het drugvrije centrum te Loosduimen. Zij wil morele steun verlenen en ook door materiële steun het werk op de hoeve mogelijk maken, aldus dr. Piryns die de welzijnsprijzen uitreikte. De vereniging wil de continuiteit van het werk bevorderen, nieuwe ideeën stimuleren, contacten onderhouden met staf en bewoners, oudergroepen en ontspanningsgroepen opzetten en begeleiden, studiemogelijkheden verbeteren en werkgelegenheid bevorderen. Het nieuwste initiatief van de vriendenkring is de verdere opleiding van therapeuten ter begeleiding van drugverslaafden. Gezien de beperkte ervaring op dat terrein moet ook de wetenschappelijke studie van de hulpverlening aangemoedigd worden. Dit werk verdient aanmoediging en grote waardering. Druggebruik en drugverslaving zijn geen geisoleerde verschijnselen, die met het strafwetboek kunnen behandeld worden. Zij wortelen in onze overspannen hypercultuur, en zijn daarom ons aller zaak. Dààrom de Visser-Neerlandiaprijs voor de Vrienden van de Emiliehoeve, die de menselijke dimensie van dit probleem hebben onderkend en die niet, als de Farizeeër, hun broeder onverzorgd langs de weg laten liggen.
De Nederlandse Cystrie Fibrosis Stichting, gevestigd te Leusden, is geen medische vereniging. Zij wil de belangen van de patiënten behartigen en de materiële en maatschappelijke zorgen verlichten van de patiënten en hun omgeving. Veel belang wordt gehecht aan de voorlichting van patiënten, ouders en allen die met de ziekte of de zieke te maken hebben. Hulp wordt verstrekt - alweer via voorlichting over alle gevolgen van deze ziekte in geestelijk, lichamelijk en materieel opzicht. Inlichtingen worden verstrekt over de benodigde apparatuur, leveranciers, servicemogelijkheden, ervaringen van anderen. | |
[pagina 101]
| |
Het bestuur wordt begeleid door een Medische Raad van Advies. De Stichting wil nu vakantiemogelijkheden scheppen voor C.F. patiënten, voorlichtingsdagen houden voor ouders, evenals ontmoetingsdagen voor adolescenten. Zowel de steunverlening als de waardering van de Visser-Neerlandiaprijs zijn hier ten volle op hun plaats.
Sommigen zullen glimlachen, of zelfs met de ogen knipperen, bij het toekennen van de Visser-Neerlandiaprijs aan het Vrouwen Overlegkomitee te Antwerpen. Vele mannen én vrouwen onderschatten nog steeds de problemen die vastzitten aan de eenzijdig gegroeide mannenmaatschappij en met name de bedreiging die hiervan uitgaat voor het menselijk geluk en de kans op harmonische levensontplooiing van vele vrouwen èn mannen.
Het doel van Het Vrouwen Overlegkomitee is de zaak van de vrouwenemancipatie te bevorderen door over de verdeeldheid van partijen en zuilen heen een gezamenlijke activiteit te ontplooien, afzonderlijke standpunten te formuleren en te komen tot gezamenlijke standpunten.
De groep is pluralistisch samengesteld en onafhankelijk. Er is geregeld overleg. Regelmatig werden standpunten en akties gepland en uitgevoerd. Er werden enkele publicaties uitgegeven en jaarlijks organiseert de groep de Vrouwendag.
Er is grote nood aan verderdoorgedreven en systematisch wetenschappelijk onderzoek rond de emancipatieproblematiek. Bestaand onderzoek is ongecoördineerd en eerder toevallig. Het Vrouwen Overlegcomité wil een analyse maken en een overzicht van het bestaand of op touw gezet onderzoek. De waarde ervan toetsen, de leemten invullen om zo in staat te zijn vorsers aan te zetten tot een stelselmatig onderzoek van dit bijna onontgonnen gebied.
Het ernstig werk van overleg, bundeling en stimulering door het ondernemen op een breed en moeilijk terrein, zonder eigen politieke of ideologische doeleinden na te streven, maar met eerbiediging van de bestaande verscheidenheid op dit gebied, alsook de bekommernis om zich hierbij te laten leiden door degelijk wetenschappelijk onderzoek brachten de Visser Neerlandia commissie ertoe het Vrouwen Overlegkomitee voor te stellen voor de Visser Neerlandia prijs. Het Algemeen Nederlands Verbond heeft de commissie daarin gaarne gevolgd. | |
Televisiespelen‘Het medium televisie verspreidt en verstevigt, zowel in zichtbare als hoorbare verschijningsvormen, de cultuur. Hetzelfde medium leidt, helaas, ook tot afbraak van culturele eigenheid. En hoe vaak wordt de televisie niet misbruikt, misschien - en hopelijk niet bewust - maar daarom niet minder gevaarlijk’. Met deze kanttekening leidde de heer Dittrich de uitreiking van de prijzen van de televisiespelen - de laatste rubriek - in. Wij mogen ons verheugen aldus de heer Dittrich, in vele coproducties van de B.R.T. en nederlandse zendgemachtigden. Maar - helaas! - niet vaak genoeg. Wellicht speelt de kostenfactor een overigens ontrechte rol. Wellicht ook de langzaam maar zeker afglijdende smaak van de buis-maniakken, die passief de vele buitenlandse en voor hier cultuurvreemde rolprenten aan zich voorbij zien glijden! Als verontschuldiging wordt té vaak het argument gebruikt, dat er te weinig stukken voor televisiebewerking geschikt zijn! Juist in dat verband spreekt het hoofdbestuur van het A.N.V. zijn voldoening uit over het grote succes van de Visser-Neerlandia prijsvraag televisiespel 1976. Ter rechtvaardiging van dat gevoel van voldoening lees ik U graag het juryrapport onverkort voor:
De voor 1976 door het Algemeen Nederlands Verbond uitgeschreven prijsvraag voor een televisiespel leverde niet minder dan 61 inzendingen op. De jury stond met dit grote aantal inzendingen voor een moeilijke taak, te meer omdat ruim 20 stukken van dusdanige kwaliteit bleken te zijn, dat deze in deMr. J.J. Dieleman (links) neemt de prijs in ontvangst van dr. Piryns
(foto J.T.H.D. Schepman) | |
[pagina 102]
| |
einddiscussie betrokken dienden te worden. De jury heeft aan het bestuur van het Algemeen Nederlands Verbond geadviseerd een eerste prijs van f 2000,-, een tweede prijs van f 1000,- en vier prijzen van f 500,- toe te kennen.
De eerste prijs dient naar het oordeel van de jury te worden uitgereikt aan Frits Enk te Den Haag voor zijn spel ‘Wie ben ik’. De hoofdfiguur van het spel is een homofiele jongeman, die door contact met een sportieve student zich geleidelijk gaat realiseren, dat zijn gevoelens voor de student van andere aard zijn dan bij een normale vriendschap. Hij wordt zich ervan bewust dat hij homofiele neigingen heeft en dat hij moet leren daarmee te leven. De dialoog is zuiver en gevoelig en de auteur heeft goedkope effecten volledig weten te vermijden. De opbouw van het spel is sober en met inzicht in de mogelijkheden van de televisie geschreven.
Voor de tweede prijs beveelt de jury aan het spel ‘De Muzenplaag’ van W.J. Jansen te Den Haag. Het spel speelt in de tuin van een gefortuneerde dame, die berooide kunstenaars in huis genomen heeft om hen de gelegenheid te geven onbezorgd hun creatieve mogelijkheden uit te leven. Als het geld begint op te raken verschijnt als een reddende engel een ambtenaar met een budget, dat hij kwijt moet. Geestig, speels en met vriendelijke ironie wordt zowel de kunstenaar als het hem bemoederende subsidiebestel op de hak genomen.
De vier overige prijzen zou de jury wensen te zien toegekend aan in alphabetische volgorde:
Nel Bakker te Amsterdam voor ‘IJdelheid en zonde’. Dit spel geeft een doorwrocht en boeiend tijdsbeeld van Amsterdam in het begin van de 17e eeuw, met gebruikmaking van historische figuren (als J.P. Sweelinck en G.P. Sweelinck) en van figuren geïnspireerd als historische figuren (als Hendrik de Keyser, P.C. Hooft e.a.). Een kundig geschreven, goed geconstrueerd televisiespel. Yvonne Dillen te Lier, beschrijft in ‘Paradiso’ een grootvader, die door zijn nog steeds actieve levenswijze telkens in conflict komt met zijn bemoeizieke en hebzuchtige nakomelingen. Een vlot geschreven, origineel verhaal van deze tijd, waarin velen hun omgeving zullen herkennen.
Gaston Gheuens te Lier, verhaalt in ‘De kerselaar’ van een overledene, wier laatste wens was in eigen tuin onder de kerselaar begraven te worden. Haar man heeft haar beloofd daaraan gevolg te zullen geven. De schrijver beschrijft op amusante wijze de consternatie van de familie en de conflicten met de ambtenarij als de man probeert zijn belofte gestand te doen.
Dr. H.A. Voet te Rotterdam heeft in ‘De grootste troef’ met een spel over een kidnapping, een interessant thema ter hand genomen. Bovendien heeft hij daaraan een zeer onconventioneel verloop weten te geven.
De juryGa naar voetnoot(*) spreekt zijn vertrouwen uit, dat de televisiemakers in België en Nederland belangstelling zullen betonen, niet alleen voor de bekroonde stukken maar ook voor de schrijvers ervan.
De plechtigheid werd besloten met een receptie, eveneens in de Grote Kerk, hetgeen voor velen de gelegenheid was de kennismaking te hernieuwen of nieuwe kennissen te verwerven. De receptie was een geschenk van het gemeentebestuur van Veere aan prijswinnaars, genodigden en aan het Algemeen Nederlands Verbond niet op de laatste plaats. Feest in Veere. Velen zullen zich die dag nog lang herinneren.
GEERT GROOTHOFF |
|