Een huldiging
Overigens zijn de eerste feestelijkheden bij gelegenheid van dit 25-jarig jublileum reeds achter de rug. Op zaterdag 16 oktober namelijk organiseerde het twintig jaar bestaande Comité Amateurtoneel België-Nederland in Elsloo een huldigingszitting naar aanleiding van het 25-jarig jubileum van het Toernooi der Lage Landen. Als gastspreker fungeerde mr. Joh. Fleerackers, kabinetschef van de minister van Nederlandse Cultuur en Vlaamse Aangelegenheden te Brussel en daarna volgde de huldiging van een aantal jubilarissen, mr. H. Dobbelstein en de heren H. Rentsaet en H. Schmeitz, die al resp. 25, 24 en 23 jaar lang in het bestuur zitting hebben. Bij die gelegenheid ook werden de eerste exemplaren gepresenteerd van het boekwerk ‘Toneel en theater in Limburg in de 19e en 20e eeuw’ van Harry Schillings. Deze uitgave kwam tot stand in samenwerking met de Stichting Maaslandse Monografieën te Maastricht en dank zij o.a. subsidies van de Provincie Limburg, het Anjerfonds Limburg en het Comité voor Zomerpostzegels. Harry Schillings, sinds 1952 directeur van de Provinciale Bibliotheek Centrale Limburg (hij was ook vele jaren werkzaam als toneelcriticus en is auteur van diverse toneelwerken) heeft het resultaat van jarenlang moeizaam speurwerk in allerlei bronnen, in de vorm van een goed leesbaar boek, gestalte gegeven.
Daaruit blijkt hoe in het midden van de vorige eeuw op plaatselijke situaties geënte toneelstukken ontstonden, welke door amateurs werden opgevoerd en aanleiding gaven tot hevig gekrakeel tussen klerikalen en liberalen. Het aantal gezelschappen groeide echter tegen de verdrukking in zodat van een, aanvankelijk op het Franse, later op het Noord-Nederlandse thea-terleven georienteerd, bloeiend toneel mag worden gesproken. Na 1916 werden in het openluchttheater in Valkenburg in de zomermaanden honderden voorstellingen gegeven, die een representatief beeld gaven van het Noord- en Zuid-Nederlandse toneel. Hoe het verder ging, hoe de beroepsgezelschappen uit het ‘Westen des lands’ zich inspanden om voor het ‘Zuiden des lands’ geschikte toneelstukken te brengen, hoe de concurrentie van film en televisie na de tweede wereldoorlog is opgevangen en waarop de pogingen tot professionalisering uitliepen, vindt men in dit boeiende boek (Maaslandse Monografieën, 336 blz., 24 pag. illustraties, ing. f 39,50, geb. f 47,50) dat vele de toneelliefhebbers en andere belangstellenden voor de regionale cultuur zeker zal aanspreken.