Emmanuel Looten, kannunik A. Lescroat, mgr. H. Dupont, pastoor G. Decalf, senator Leo Vanackere, Valeer Arickx, bekende figuren op de kultuurdagen te Waregem en te Ekelsbeke.
Hoogtepunten te Ekelsbeke waren dit jaar de tentoonstelling: ‘Uit de Rederijkerskamers’ en de toespraken, o.a. van Roger Rommelaere over het leven en onze taal in Frans-Vlaanderen.
Over het ontstaan van de taal en het dialect sprak de heer Ingehelare, een jonge Frans-Vlaming.
Over de rederijkerskamers, die tussen de 15 de en de 19 de eeuw floreerden en beschouwd kunnen worden als de vaandeldragers van de oude moedertaal, spraken kanunnik Lescrowart en Valeer Arickx.
Dat waren dan enkele zeer belangrijke ontmoetingsdagen, die wij voor onze lezers weer eens in de herinnering terug riepen. Maar we zijn er daarmee niet.
Er zijn nog de Jongerencontacten. Sinds 1955 worden deze Contactdagen, afwisselend in Noord en Zuid gehouden. Vele jongeren doen aan deze vakantieweken mee. Het A.N.V. achtte deze contacten van zó groot belang, dat zij daaraan financieel medewerkte en de voorzitter opnam in het hoofdbestuur.
Niets kan de toenadering tussen Noord en Zuid zó goed bevorderen als de ontmoetingen tussen jongeren, die straks de fakkel der integratie verder zullen moeten dragen. Reeds vijftien jaar wordt in deze richting door enthousiaste pioniers gewerkt. Gestreefd moet worden naar een belangrijke uitbreiding van dit werk en vooral van het aantal deelnemers, waaraan de afdelingen van het A.N.V. veel kunnen bijdragen door krachtige en sprekende propaganda voor die vakantieweken te voeren. Die ontmoetingen zijn nl. zo uiterst belangrijk om veel vooroordelen, die helaas bestaan tussen Noord en Zuid, voor goed weg te werken. Herinneren we nog aan de Nederlandse Congressen, om en om in Noord en Zuid gehouden, waar niet alleen bestuursleden en leden van het Verbond aanwezig zijn, maar ook ministers, leden van de Kamers der Volksvertegenwoordiging, professoren, afgevaardigden van tientallen culturele verenigingen, politici en zo veel andere prominenten. Er zijn de Conferenties der Ned. Letteren ook om en om in Noord en Zuid gehouden, er zijn de vakantiecursussen voor Vlaamse leraren en onderwijzers, die ook in de gelegenheid worden gesteld met Nederlanders en het Nederlandse leefpatroon kennis te maken, er is het Volkshogeschool- en het Vormingswerk en zoveel meer.
Met grote voldoening kunnen we verwijzen naar al die mogelijkheden, die allen beogen te komen tot meerdere samenwerking over de grenzen heen, tot het beter leren kennen van elkaar. Wij zijn daar, zowel in Noord als in Zuid, gelukkig mee, omdat we nu met meer zekerheid en overtuiging en met een variant op een gezegde van Marnix van St. Aldegonde dit overzicht kunnen afsluiten:
‘Wij zullen u o broeders nooit vergeten Waar wij toch zijn in eenen stronk geplant.’
P. DE KAT ANGELINO