Neerlandia. Jaargang 73

[p. 257]

Kroniek Noord-Zuid

Nederlandse en Belgische Kempen

Naar aanleiding van een artikel van mr. P. van Vlijmen in het julinummer van het Nederlandse tijdschrift ‘Brabantia’, waarin o.a. aandacht werd gevraagd voor onderwijstoenadering en versterking van de infrastructuur door de aanleg van autowegen en verbetering van de openbare vervoersmiddelen, richt ‘De Standaard’ van 12 augustus zijn zoeklicht op de Kempen van Noord en Zuid, waar de economische en culturele hereniging (na 1830) alleen denkbaar is, indien een periodiek, intensief en goed voorbereid overleg plaatsvindt tussen de leden van de Gedeputeerde Staten in Brabant en de Bestendige Deputaties in België.

De verbindingen

De E 3 tussen Antwerpen en Eindhoven en de E 10 tussen Breda en Antwerpen zullen pas eind 1971 begin 1972 gereedkomen. Een spoorweg Eindhoven-Antwerpen via Turnhout acht de Nederlandse regering voorshands onrendabel, daar lonende exploitatie wegens gebrek aan een groot aantal passagiers niet is te verwachten.

Verwacht mag worden, dat nà de oplevering van de E 3 een rechtstreekse autobusdienst Antwerpen-Eindhoven het personenvervoer sterk zou doen toenemen en wel in die mate, dat daarvan in de toekomst ook het treinvervoer zou gaan profiteren.

De waterwegen

Met betrekking tot de waterwegen is er geen vooruitgang. De Nederlandse minister van Waterstaat betwist zelfs de wenselijkheid van de aanleg van het Postelkanaal, dat een korte verbinding zou vormen tussen de kanalenstelsels van de Belgische en Nederlandse Kempen.

Ook de waterbeheersing en de zuivering van afvalwater zijn problemen, die dringend een oplossing vragen, waarvoor geregeld overleg tussen de autoriteiten aan weerszijden van de grens noodzakelijk is.

De culturele integratie

Voldoening heeft gegeven de beslissing in Nederland, dat houders van Belgische diploma's les mogen geven aan Nederlandse middelbare scholen. Jammer genoeg heeft de Belgische regering een dergelijke beslissing voor Nederlandse leerkrachten nog niet genomen.

Opgekomen wordt voor gelijkstelling van tandartsen en apothekers, waarmede de grensgebieden zeer zouden zijn gebaat. Een student uit Sas van Gent zou dan kunnen studeren aan de nabij gelegen universiteit van Gent, terwijl zij nu gedwongen zijn naar een veraf gelegen Nederlandse universiteit te gaan.

Aanbevolen wordt bij het doceren van het vak geschiedenis op de scholen meer aandacht te besteden aan de moderne geschiedenis van het andere land. In de Benelux van morgen zullen de contacten tussen Brabantse en Antwerpse Kempenaren immers frequenter worden dan bv. de betrekkingen tussen Nederlandse Brabanders en Groningers of Friezen. De Noordbrabantse pers zou meer kunnen doen ter bevordering van de culturele integratie dan tot nu het geval is.

Aan evenementen als de IJzerbedevaart en de Guldesporeslag (11 juli) wordt in Nederlandse en Brabantse bladen nauwelijks aandacht geschonken.

Brabantse kranten zouden vaste rubrieken moeten instellen met regelmatige informaties en commentaar over de ontwikkeling van de Belgische economische, politieke en culturele problemen, voorzover die voor de beoordeling van Kempense verhoudingen van belang zijn.