Diets makertjes
Costa del Sol
Wij, d.w.z. mijn vrouw en ik, hebben dit jaar nogmaals de kille Noordzeestranden verlaten om aan de Costa del Sol onze vakantie door te brengen.
Vooraleer Torremolinos triomfantelijk binnen te rijden, hadden wij voordien een negendaagse veldtocht dwars door Spanje afgelegd (waarvan de belangrijkste bezienswaardigheden tussen haakjes worden aangegeven): San Sebastian (Zarauz en Koningin Fabiola), Bilbao (Havenkroegen, cfr. Bertold Brecht), Santander (grottekeningen van Altamira), Burgos (prachtige gotische katedraal, alwaar mannen wèl blootshoofds en vrouwen blootshoofds niet mogen binnengaan), Segovia (Romeinse aquaduct: zo goed als nieuw), het Escorial (met inderdaad erg veel gestolen wandtapijten en schilderijen van Vlaamse meesters), Madrid (niets gezien, want stikkend warm, moe plus kleine ruzie met echtgenote), Aranjuez (romantische tuinen; ruzie met vrouw bijgelegd), Toledo (mengeling van Romeinse, Gotische, Moorse en Spaanse kulturen. Restaurant met vier sterren), Granada (Arabische betovering; Alhambra en marsepein. Om van te snoepen!).
En dan het eindpunt van de reis: Torremolinos. Terugval in het geciviliseerde barbarendom: westerse drukte, opgeblazen toerisme, super flatgebouwen. Het klimaat maakt echter alles goed: zwempartijen, zonneklopperij, platte rust, aperitiefjes, gazpacho, mooie meisjes, lookgerechten, meloen, en noem maar op.
Bron van grootste vreugde: in het flatgebouw, waar we onderdak vonden en betaalden waren nergens Belgische landgenoten te bespeuren.