Een nieuwe telg van het Oranjehuis
Het aprilnummer van ons maandblad was reeds samengesteld en op de pers, toen, de avond van 27 april, in het Oranjehuis een zoon werd geboren. En ondanks de versnelling van onze techniek, lijkt het erop, dat er meer tijd dan vroeger nodig is om sommige handelingen te verrichten, nu dit niet meer door mensenhand maar mechanisch gebeurt.
Wij kunnen daardoor pas in dit nummer komen met de gelukwensen van ons Verbond en de redactie van ‘Neerlandia’ ter gelegenheid van dit feit, dat onder alle Nederlanders, binnen en buiten onze grenzen, vreugde heeft gebracht. Gelukwensen voor vorstenhuis en volk.
Met de jonge moeder prinses Beatrix, de vader prins Claus, koningin Juliana, prins Bernhard en hun dochters en schoonzonen leven wij mee in de persoonlijke blijdschap om het jonge leven. En het Nederlandse volk in zijn grote meerderheid is blij met de jonge prins in ons vorstenhuis. Zijn eerste naam Willem roept dankbare gedachten op aan strijders voor onze nationale vrijheid en zal hem, tot bewust leven gekomen, verplichten tot trouw aan de hoge beginselen van zijn voorgangersnaamgenoten.
Aan die eerste naam is die van Alexander gekoppeld, en dit zal zijn roepnaam zijn. Een naam aan de Russische tsaar Alexander I ontleend, zoals de Vaderland-redacteur W.A. Braasem in zijn krant van 3 mei in een lezenswaardig artikel uiteenzet. Koning Willem II's echtgenote, Anna Paulovna, was de zuster van deze tsaar.
Zij noemden hun eerste zoon Willem Alexander. Volgende mannelijke telgen in het Oranjehuis hebben ook deze naam gevoerd. En nu na 116 jaar weer een prins werd geboren, ontving hij ook déze naam. Moge er een symboliek in worden gezien van groeiende overeenstemming tussen de westelijke en de oostelijke Europese wereld.
De voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal heeft gezegd, dat de toekomstige taak van prins Willem-Alexander Claus George Ferdinand van Oranje-Nassau als constitutioneel vorst reeds vastligt. Hij zeide, dat de gunstige ervaring, die sedert jaren in ons land en in met ons volk vergelijkbare naties in Oost- en West-Europa - wij denken ook aan België, (red.) - is opgedaan met dit constitutioneel koningschap maakt, dat de overgrote meerderheid van ons volk ook op dit aspect van deze geboorte met blijdschap en dankbaarheid reageert. En in de Tweede Kamer verklaarde minister-president P. de Jong, dat de leden van het Huis van Oranje steeds hun tijd hebben verstaan, waardoor wij een stelsel konden behouden, waarbij onze rechten en vrijheden veilig zijn. Al zullen velen met ons achter het woord ‘steeds’ een vraagteken plaatsen, de laatste tientallen jaren is wel gebleken, hoe tijd en volk beter werden verstaan.
In een zo snel veranderende tijd als deze laatste helft van de 20e eeuw is een vast middelpunt waarom een volk zich kan scharen, van niet te onderschatten betekenis voor zijn saamhorigheid en zijn eendracht. Vorsten en vorstinnen van Oranje kunnen daarbij een unieke plaats vervullen, zoals onze historie heeft bewezen.
Wanneer de jonge prins eens tot verwerkelijking van de taak waartoe zijn geboorte hem leidt, wordt geroepen, zal hij alleen reeds door het volgen van de tradities uit zijn huis, een koningschap ook in nieuwe tijd inhoud kunnen geven.
5-5-1967.
P.K.