Neerlandia. Jaargang 70

Frans-Vlaanderen
De Vlaamse Vrienden in Frankrijk vergaderen

Voor de tweede maal vergaderden de Vlaamse Vrienden in Frankrijk te Kales.

Evenals op de vorige vergaderingen werd de aanwezigheid bijzonder opgemerkt van Zuid-Vlamingen die, om beroepsredenen, te Parijs en in de Parijse omgeving vertoeven: ‘Parijs is de banlieue van Zuid-Vlaanderen’ zei guitig een van die stamgenoten, die, ondanks de afstand, niet de minst vurige zijn om de jaarlijkse samenkomst geregeld bij te wonen.

Prof. Dr. Vital Celen ter gedachtenis

Dr. Jan Klaas opende de ochtendzitting om 10.30 uur door eraan te herinneren dat het tien jaar geleden is, 8 september 1956, dat de grote vriend van Zuid-Vlaanderen, prof. dr. Vital Celen, zijn medestrijders ‘schijnbaar ontviel’. Schijnbaar, vervolgde de voorzitter, want in onze geesten en harten, in ons denken en doen, is hij immer bij ons. Het is bijvoorbeeld duidelijk dat zijn Nagelaten Gedichten in Zuid-Vlaanderen voortleven. Na zijn heengaan evenzeer als bij zijn leven is hij ‘Celen, de onze’.

Dit jaar begon droevig voor de Vlaamse Vrienden, die op 10 januari een van hun ijverigste medewerkers, dr. mr. J.E. van den Driessche, verloren. Dr. Klaas sprak de gevoelens van diep leed uit tot zijn zoon, onder de medeleden aanwezig. De betreurde overledene stelde zijn ganse leven in dienst van de Nederlanden. Zijn aandeel in de Zuid-Vlaamse beweging is van buitengewoon belang. Zijn landgenoten herdenken hem vroom.

Landjuweel J.E. van den Driessche

Dit blijkt o.a. uit de uitslagen van het Landjuweel, dat aan zijn gedachtenis opgedragen werd. Die reeks Taal- en Letterkundige Wedstrijden worden sedert 1954 in Zuid-Vlaanderen uitgeschreven en door Zuid-Vlaamse mecenaten begiftigd. Deze prijzen zijn: de prijs E. en P. Vandamme (300 FF), de prijs A. Bourgeois (200 FF), de prijs Lateur van Robeke (100 FF), de prijs L. en G. de Baecker (50 FF), de prijs Prof. R. Despicht (50 FF), de prijs Apoteker P. Favoreau (50 FF).

Dit jaar kende de commissie van beoordeling o.a. de prijs voor proza toe aan de heer L. Hoex voor een uitmuntend stuk Naklank (dat binnenkort gepubliceerd wordt), de prijs voor literaire kritiek en geschiedenis aan de heer R. Decroo voor een essay over de Noordse zin voor ‘schaduw en licht’ in het werk van Bruno Froissart, de prijs voor aardrijkskunde en toerisme aan de heer E. de Mey voor het verhaal van zijn reizen in de Voerstreek en de Platdietse streek.

Trouwe vrienden van de Zuid-Vlaamse beweging in Noord en Zuid gingen heen in het voorbije jaar: dr. Clemens Daenens, mr. Alfred Raport, prof. Prosper Thuysbaert, Urbain van de Voorde, dr. S.C.J. Jochems (Deventer), en, bij de bevriende volkeren, dr. Ch. Coubard, voorzitter van het ‘Souvenir Vendéen’: in zijn tijdschrift betuigde hij vaak zijn genegenheid voor Vlaanderen.

Geest en Taal

Een eerste referaat werd gehouden door de heer A. Bourgeois, die, aan de hand van studiën te Kales zelf onlangs uitgegeven, deed uitkomen hoe de bevolking van deze stad na de Franse verovering (1558) Diets bleef en het Nederlands zich lang handhaafde.

De heer M. Galloy zette de stand van zaken uiteen betreffende de stappen die op parlementair vlak gedaan worden, opdat het Nederlands hetzelfde statuut zou krijgen, dat de beruchte wet Deixonne (1951) voor het Bretoens, het Baskisch, het Oksitaans en het Katalaans voorziet. Een verzoekschrift, ondertekend door een aantal Zuid-Vlamingen uit verscheidene standen en kringen, werd door bemiddeling van bevoegde personen de Wetgevende Kamers voorgelegd.

Het middagmaal werd met muziek en zang opgeluisterd. De heer Max Dumoulin speelde zelf op het klavier twee van zijn jongste toonzettingen. Onder zijn leiding werden volksliederen gezongen.

Werk en daden

De namiddagzitting werd gewijd aan het bespreken van de werking van de vereniging.

Vlaamse Vrienden werken mee aan een aantal Noord- en Zuid-Nederlandse tijdschriften en kranten. Zuid-Vlaanderen is daardoor aanwezig op velerlei gebieden van het Nederlandse geestesleven. Einde van het jaar verschijnt de lijvige bundel: De Zuidelijkste Nederlanden, nl. een keus van bijdragen (in vier talen) die een samenvatting uitmaakt van de gedachte van E.H. Gantois. Een hoogtepunt van de vergadering was het verslag uitgebracht over het verblijf van een groep ‘Jonge Vlaamse Vrienden’ gedurende de zomer in een jeugdkamp in Vlaanderen.

Een andere ‘daad’ werd bij het begin van het akademische jaar gesteld door het Nederlands te kiezen bij de taalexamens van de tweede cyclus van het middelbaar onderwijs.

De dag eindigde in een optimistische, hoopvolle stemming.

Lode Hoex.