Twee eeuwen Maatschappij der Nederlandse Letterkunde
Drie dagen heeft de driebenige Maatschappij haar tweede eeuwfeest gevierd. In het programma noemt prof. dr. C.A. Zaalberg, voorzitter van de feestcommissie haar ‘van alle wezens die zich op drie benen voortbewegen’ ‘ongetwijfeld de wonderbaarlijkste’. De drie benen van de M zijn de drie ‘Commissies’: die voor taal- en letterkunde, die voor geschiedenis en oudheidkunde en die voor schone letteren.
Het Leidse feest heeft doen zien dat de Maatschappij niet slechts op deze benen staat, maar er zich ook op voortbeweegt. En in het laatste hoofdstuk van het Gedenkboek, verschenen bij E.J. Brill te Leiden (tuta sub aegide Pallas), richt de voorzitter, prof. dr. K. Heeroma uit Groningen, de blik op de toekomst. Hij zegt, dat de Maatschappij ‘het heden van het menselijke taal- en literatuurbestaan voortdurend moet zien tussen verleden en toekomst, in een altijd voortgaand spreken van geslacht op geslacht’.
Aan het verleden wijdt dit boek meer aandacht. Allereerst aan de oprichter, de lakenfabrikeur Frans van Lelyveld, in een voortreffelijk gedocumenteerd artikel van H.A. Höweler. Voorts aan de geschiedenis van de laatste anderhalve eeuw, door W.C. Braat. En natuurlijk ook aan de omvangrijke bibliotheek die in twee eeuwen werd verzameld, door J.R. de Groot, de bibliothecaris van de Leidse universiteitsbibliotheek, waar die boekerij bij is ondergebracht.
Ter herdenking van 's oprichters naam werd woensdagmorgen 18 mei een gedenksteen onthuld in de gevel van het pand Hogewoerd 126 te Leiden, waarna in het fraaie Leidse stadhuis burgemeester en wethouders de eeuwfeestvierders ontvingen.
Des middags werd een tentoonstelling over leden en werken van de Maatschappij in de Lakenhal geopend, die helaas, niet langer dan tot 12 juni bleef geopend.
In tegenwoordigheid van de Koningin kwam men - onder de aanwezige Vlamingen was ook de oud-minister J. Kuypers - vrijdag 20 mei in de Stadsgehoorzaal bijeen, waar na de (wel wat lange) feestrede van de voorzitter en de daarna wel nodige pauze, de gelukwensers van verschillende verwante culturele vereningingen aan het woord kwamen. Het bestuur nam vervolgens de felicitaties van de leden in ontvangst op een druk bezochte receptie.
De volgende dag kwam men in de Leidse universiteit bijeen voor de huishoudelijke vergadering, waar nieuwe leden en ereleden werden benoemd. Prof. dr. P. Geyl en de auteur Gerard Walschap waren onder hen die het erelidmaatschap waardig werden gekeurd. Tot de nieuw gekozen leden behoren o.m. Hans Combecher, de lezers van Neerlandia welbekend en prof. dr. C.J.M. Nienaber, Zuid-Afrika.
De Lucy B. en C.W. van der Hoogt-Prijs werd toegekend aan de Vlaamse dichter Gust Gils (geb. 1924 te Antwerpen), de prijs voor literaire kritiek aan Pierre Dubois, kunstredacteur van het Vaderland, Den Haag.
Tot de feestelijkheden behoorden ook een voorstelling in de Leidse Schouwburg door het gezelschap ‘Uyt levender jonst’ en een noenmaal op de laatste dag. Daartoe kan men ook rekenen de uitgave van het Gruuthuuserhandschrift met verzen van de tot heden onbekende dichter Jan Moritoen (Brugs schepen ca. 1355-1417), le deel, ontdekt en bezorgd door prof. Heeroma.
De Maatschappij telt ook leden van het A.N.V. onder de zijne. Tot lid van het Comité voor Zuid-Afrika werd onlangs het A.N.V.-hb. lid P. Korthuys benoemd.
Wij voegen ook onze wensen bij de vele voor een verdere vruchtbare arbeid der Maatschappij in een nieuwe eeuw. Het bestuur met zijn actieve secretaris Dirk de Jong en de feestcommissie hebben eer van het vele werk dat zij voor de viering van dit eeuwjubileum hebben verricht. Zulke activiteit op zulk een ouderdom geeft groot vertrouwen voor de energie die verder voortbestaan vereist.