[Neerlandia]
Culturele integratie van Noord en Zuid
De integratie van Noord-Nederland en Vlaanderen is voor een groot deel een onderdeel van een algemeen integratieproces, in Benelux- en in Europees verband. Ook al is door de houding van Frankrijk de Europese integratie in een impasse gekomen, althans in belangrijke mate vertraagd, het is niettemin duidelijk, dat op lange termijn die integratie de toekomst van Europa en van de Europese landen afzonderlijk zal bepalen. Ook de Beneluxintegratie vindt te traag voortgang, maar ook die integratie is uit de toekomst van de afzonderlijke staten, die de Beneluxunie vormen, niet weg te denken.
De kringen die zich bezig houden met de opbouw van de Beneluxsamenwerking hebben vooral in de laatste jaren grote aandacht voor de samenwerking en integratie van de grensgebieden op alle terreinen van het maatschappelijk leven. Tal van studierapporten en studiebijeenkomsten over de integratie van het Beneluxmiddengebied, inititatieven waarbij o.m. de Beneluxcomités een belangrijke stimulerende rol spelen, getuigen daarvan. Al is er in de praktijk van alle gemaakte plannen nog niet zo heel veel gerealiseerd, het is ook hier niet te loochenen dat uit de rapporten en de studiebijeenkomsten de stem van de toekomst klinkt.
Ondanks het feit dat in de laatste jaren onmiskenbaar de gedachte van de integratie van Noord-Nederland en Vlaanderen, en met name van de culturele integratie van de beide delen van het Nederlandse taalgebied veld wint, althans als iets ‘normaals’ in Noord en Zuid aanvaard begint te worden, zijn we met de feitelijke verwezenlijking van die integratie nog niet zo veel verder gekomen. Allerlei vormen van samenwerking worden inderdaad verder ontwikkeld, doorgaans in stilte - we denken hier b.v. aan de Conferentie van de Nederlandse letteren -, maar de nieuwe initiatieven van de zijde van de regeringen die nodig zijn om aan het proces van de culturele integratie werkelijk vaart te geven en waarvoor de nodige plannen in de particuliere sector wel bestaan, komen niet van de grond.
Er zijn natuurlijk een groot aantal oorzaken op te sommen die kunnen verklaren waarom er zo betrekkelijk weinig vaart in zit, waarom men met name van overheidswege terughoudend is om vérstrekkende initiatieven te ontplooien. Eén van de dieperliggende oorzaken is toch wel dat aan een belangrijke voorwaarde voor een ingrijpende culturele integratie van Noord-Nederland en Vlaanderen niet voldaan is. Die voorwaarde is een reëele culturele autonomie van Vlaanderen, een autonomie waaronder ook het onderwijs valt. Een bijdrage in dit nummer is gewijd aan het vraagstuk van de integratie op universitair vlak. Daaruit blijkt dat zonder een werkelijke autonomie die integratie halverwege zal blijven steken.