Groot - Kempische Cultuurdagen te Hilvarenbeek
Op 17 en 18 juli werden voor de 19de maal te Hilvarenbeek de Groot-Kempische Cultuurdagen gehouden onder de bezielende leiding van de voorzitter van de stichting, burgemeester J.P.M. Meuwese. Voor de eerste maal waren er evenveel Vlamingen als Nederlanders onder de ruim 400 bezoekers aanwezig. Onder deze mogen met name worden genoemd Marnix Gijsen en dr. Roppe, gouverneur van Belgisch Limburg.
Het thema van deze cultuurdagen, dat zaterdag door prof. dr. J. Wils uit Nijmegen en door de bekende Vlaamse auteur Gerard Walschap uit Antwerpen werd ingeleid, luidde ‘Taal en cultuur’. In zijn referaat wees prof. Wils erop dat volgens Amerikaanse begrippen taal en cultuur twee grootheden zijn, welke volkomen zijn gescheiden, maar die naar Europese opvattingen, niet zo ver uit elkaar liggen. De hoogleraar benaderde vervolgens de taal, van biologische zijde, die bij het leven op aarde een uitzonderlijk verschijnsel is en ten nauwste samenhangt met het rechtop gaan van de mens en met de ontwikkeling van het gehoor en de evenwichtsorganen. In de taal ligt de triomf van het kennen. Uit de cultuur groeit de taal. Zo krijgen taal en cultuur twee aspecten. Beide zijn nauw met elkaar verbonden, wat blijkt uit het feit, dat een volk dat verandert van cultuur ook van taal verandert. In een reeks van voorbeelden verduidelijkte prof. Wils hoe de taal geworteld is in de natuur en het leven van de mens. Met een aanhaling uit Genesis dat Adam aan alle dingen de naam gaf, die zij hadden, kwam hij tot de conclusie dat in de taal de mens over de wereld triomfeert.
Gerard Walschap plaatste de gehele ontwikkeling in een kosmisch jaar en ging de taalevolutie na in kosmische uren, minuten en seconden. Hij kwam daarbij tot de gevolgtrekking dat het lot van elke taal in handen ligt van elke generatie en gedragen wordt door allen, die bijdragen aan welvaart en cultuur, waardoor de taal zich cyclisch ontwikkelt.
Walschap wilde daarbij aantonen, dat de taal een levend iets is, dat na een aantal eeuwen van gedaante verandert, hoofdzakelijk voortspruitend uit wijzigingen, die zich in de loop der tijden in de levensomstandigheden van een volk voordoen. Het laten sterven van een taal zou ontegenzeggelijk een culturele verarming betekenen.
Na deze inleidingen, afgewisseld met muziek door het Kempisch Orkest, werd het beiaardconcert gespeeld door Sjef van Balkom. Onder het geboomte van het Vrijthof vond onder gunstige weersomstandigheden de gebruikelijke Brabantse koffietafel plaats.
De Hilvarenbeekse jeugd voerde dans- en speelliedjes op. Het hoogtepunt van de attracties vormde een uitvoering van het Scapino Ballet uit Amsterdam, waarbij helaas een der dansers zo ongelukkig kwam te vallen, dat hij een knieschijf brak en in het ziekenhuis moest worden opgenomen. Traditioneel was het wagenspel van Jan Naaijkens; door de slechte geluidsversterker was het gesproken woord moeilijk te volgen. Aan het einde van deze geslaagde dag bracht de Kon. Harmonie ‘Concordia’ uit Hilvarenbeek een taptoe.
Zondagochtend om 11.30 uur vond naar aanleiding van de vorige middag gehouden referaten een discussie-bijeenkomst plaats in het gemeentehuis, onder leiding van Emiel van Hemeldonck. Er was een geanimeerde gedachtenwisseling, waarbij ook een enkel misverstand werd rechtgezet.
De middagbijeenkomst werd gehouden in de omgeving van kasteel Groenendaal, opgeluisterd door het Philharmonie Kwintet van het Symphonie-orkest van de B.R.T. In deze bijeenkomst werden als gebruikelijk de Hilvarenbeekse literatuurprijzen toegekend. Zij vielen ten deel aan drie schrijvers van korte verhalen, Robert Gossink uit Eindhoven met een eerste prijs voor ‘De ring’; Bruno Walschap (Antwerpen) kreeg de tweede prijs voor ‘De vissen hebben gelijk’ en Roger van de Velde (Antwerpen) werd derde-prijswinnaar met ‘Het litteken’. De romanprijs werd verleend aan de Nederlander Geert van Beek voor diens novelle ‘De gekruisigde rat’.
De jury bestond uit Anton van Duinkerken, Emiel van Hemeldonck en Jan Naaijkens.
De cultuurdagen werden besloten met een nieuw openluchtspel van Jan Naaijkens getiteld ‘Pampoeseken’ of ‘De lafhartige aanslag op de revolutionaire staatsheld Kolonel Valère’.
Wederom mag worden teruggezien op geslaagde Groot-Kempische cultuurdagen.
B.C.