Neerlandia. Jaargang 69
(1965)– [tijdschrift] Neerlandia– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 96]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Nederlands studiecentrum in Latijns-Amerika
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Overzicht van de inschrijvingen gerangschikt naar gedoceerde taal en basistaal1963 (1/1-31/12)
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1964 (1/1-31/12)
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1965 (1/1-31/3)
Samengevat tonen deze tabellen dat het aantal inschrijvingen voor cursussen uit of in het Nederlands in 1963 61% bedroeg, in 1964 86% en in de eerste 3 maanden van 1965 90%.
Zoals bekend, zijn de seizoenen hier tegengesteld aan die van Nederland: januari en februari zijn vakantiemaanden. Gedurende het hele jaar staat de inschrijving open. Gezien de ervaring uit de vorige jaren, waarin zich in de loop van het jaar nog veel leerlingen meldden, mag verwacht worden dat het totaal aantal inschrijvingen in 1965 dat van 1964 zal overtreffen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Indeling der leerlingenGlobaal gesproken, kunnen wij onze leerlingen indelen in vier groepen: | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 97]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
I. Leidende figuren uit het Argentijnse zakenleven. De firma's van buitenlandse oorsprong gaan steeds meer Argentijns hoger personeel aannemen. Wanneer het een van oorsprong Nederlands bedrijf is, brengt het voor de betrokken Argentijnen intensief contact mee met Nederland, Nederlanders, Nederlandse cultuur en Nederlandse handboeken en documenten. Deze mensen achten de studie van het Nederlands belangrijk voor hun werkkring.Ga naar voetnoot*)
II. Hun echtgenoten hebben de kennis van onze taal nodig bij hun representatieve plichten, hier of in Nederland. Merkwaardig is het hierbij te constateren, dat de Argentijnen aan dit punt meer waarde hechten dan hun Nederlandse werkgevers! Bovendien heeft het toenemende contact tussen Argentijnen en Nederlanders ‘gemengde’ huwelijken ten gevolge. De Argentijnse dames zien de studie van de taal en cultuur van hun echtgenoten als een belangrijke factor voor de huwelijksharmonie.
III. Ook onder de zuiver-wetenschappelijke onderzoekers bestaat belangstelling voor onze taal. Zij willen Nederlandse literatuur raadplegen en Nederlandse congressen bijwonen.
IV. Middelbare scholieren: kinderen van Nederlandse ouders, die al jarenlang geen Nederlands onderwijs meer hebben genoten. Over het algemeen zijn de ouders ‘uitgezonden krachten’, die al veel over de wereld gezworven hebben, maar hun kinderen nu of later naar Nederland willen zenden om daar nog enige jaren middelbaar onderwijs te laten volgen ter voorbereiding van een Nederlandse universitaire opleiding.
Wij onderscheiden:
a) het overbruggingsonderwijs
Hierbij worden de kinderen onderwezen in alle vakken, die zij ook in Nederland op H.B.S. of Gymnasium zouden krijgen. De ‘overbrugging’ houdt in, dat in ieder vak de Nederlandse termen moeten worden geleerd, dat sommige vakken aanvullend onderwijs behoeven, en dat de Nederlandse taal, aardrijkskunde en geschiedenis er als nieuwe vakken bijkomen. De meeste leerlingen spreken onvoldoende Nederlands en hebben het zelden of nooit geschreven. Het overbruggingsonderwijs houdt een volledige dagtaak voor de leerling in, die dus geen Argentijnse school meer bezoekt. Iedere overbruggingscursist wordt vóór toelating door ons psycho-technisch getest. De klas van deze leerlingen volgt de lessen gedeeltelijk tezamen met de leerlingen uit groep b. Voor zover nodig, ontvangen nieuwe leerlingen in het begin privé-bijlessen totdat zij het gemiddelde peil van de klas hebben bereikt. b) het aanvullend onderwijs
Dit is bestemd voor leerlingen die naast hun Argentijnse schoolonderwijs aanvullende lessen in de Nederlandse taal en/of geschiedenis en aardrijkskunde krijgen. Het zijn kinderen van Nederlandse ouders, die hun achtergronden zo gaaf mogelijk op hun nageslacht willen overbrengen. Om een indruk te geven van de aantallenverhouding van de genoemde vier groepen volgt het onderstaande overzicht. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Overzicht van de leerlingen gerangschikt naar de groepen I t/m IV(1/1 1963 t/m 31/3 1965)
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
LeermiddelenDat een dergelijke groei in een onvoorziene richting moeilijkheden meebracht, spreekt vanzelf. In de eerste plaats werd al heel spoedig het probleem van de leermiddelen acuut. Een ander belangrijk punt is: documentatie op ieder gebied, m.a.w. het opbouwen van een bibliotheek. Wij hadden een vrij groot aantal boeken uit Nederland meegenomen en daarbij onze Nederlandse en Belgische lievelingsauteurs niet vergeten. Wij beschikken over een Nederlandse bloemlezing, wat gedichten, werken over kunst en standaardwerken over psychologie en sociologie - ons speciale studieterrein. Het begin is er dus. Maar een goed leerboek Nederlands voor Spaanssprekenden, zoals ze hier voor Frans, Duits en Engels te kust en te keur verkrijgbaar zijn, was er niet. We schreven naar Nederland en naar Spanje, zonder resultaat. De enige ons bekende grammatica, de ‘Gramática Holandesa’ van C.F.A. van Dam en H.Th. Oostendorp bleek tot overmaat van ramp uitverkocht te zijn. Door nood gedwongen, hebben wij zelf een leerboek samengesteld: ‘Manuel de Lengua y Cultura Holandesas’, dat aanvankelijk per schrijfmachine vermenig- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 98]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
vuldigd werd, hetgeen het voordeel had dat het nog vóór het verschijnen aan de praktijk getoetst kon worden. Inmiddels is het leerboek, dat gebaseerd is op de nieuwste psychologische inzichten omtrent talenstudie - audiovisuele methode ook geschikt voor zelf-onderricht - door ons Centro uitgegeven en wordt ook in Buenos Aires door de boekhandel verkocht. (Inmiddels vernemen wij dat in Nederland nu ook enkele Nederlandse leerboekjes voor Spaanse arbeiders in de handel zijn). De boeken voor onze middelbare scholieren worden in overleg met de te bezoeken school in Nederland besteld. Aangezien er meestal verscheidene maanden liggen tussen de aanvang van het onderwijs en de aankomst van de boeken, is de uitbreiding van onze bibliotheek ook op dit terrein zeer noodzakelijk. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Examen/diploma Nederlandse Taal en CultuurDe mogelijkheid die hier door allerlei buitenlandse instellingen geboden wordt om examens af te leggen in de Franse, Duitse, Engelse, Italiaanse taal, enz. had tot gevolg dat onze leerlingen aandrongen op een Nederlands examen. Bij informatie in Den Haag bleek een dergelijk examen voor buitenlanders niet bekend te zijn. Wij hebben daarom zelf een examencommissie uitgenodigd onder voorzitterschap van de Ambassaderaad voor Persen Culturele Zaken van de Nederlandse Ambassade. Het eerste examen is op 28 november 1964 gehouden. De diploma's zijn een week later in de Nederlandse Ambas sade uitgereikt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
NabeschouwingDe tendens van onze talencursussen in Nederlandse richting was voor ons verrassend, maar niet onaangenaam. Ons ‘Nederlands minderwaardigheidsgevoel’ verdwijnt als sneeuw voor de zon en wij proberen naar beste vermogen aan de blijkbaar bestaande behoefte te voldoen.
Onze toekomstplannen zijn de volgende:
Men ziet: in Argentinië bestaat belangstelling voor onze taal en cultuur. De omvang ervan moet nog nader onderzocht worden. De Nederlandse Ambassade en de Nederlands-Argentijnse Kamer van Koophandel staan steeds gereed met hulp, de Nederlanders hier tonen veel belangstelling. Uit Nederland werd ons de eerste hand toegestoken door het A.N.V. Wij zijn vol goede moed! Je maintiendrai. |
|