Bloemfonteinse monumenten
Bloemfontein, hoofdstad van de Oranje-Vrijstaat, sedert 1910 ook de zetel van het hoogste gerechtshof van de Unie van Zuid-Afrika en thans van de Republiek. Gelegen tussen de Oranjerivier en de Vaalrivier, tussen de toenmalige Kaapkolonie en de Zuid-Afrikaanse Republiek, verkreeg dit gedeelte van Zuid-Afrika in 1854 zijn onafhankelijkheid ten opzichte van de Britse overheid die in 1848 dit gedeelte van het Voortrekkerland had geannexeerd. Op die wijze werden de grondslagen gelegd voor de twee Voortrekkerrepublieken, nl. de Zuid-Afrikaanse Republiek ten noorden van de Vaalrivier, onafhankelijk geworden ten opzichte van Groot-Brittanje in 1852 en twee jaar later de Oranje-Vrijstaat, m.a.w. een vrije staat ten noorden van de Oranjerivier, de brede grensscheiding tussen de Kaapkolonie en het gebied ten noorden daarvan, de rivier, door kol. Gordon genoemd naar het Huis van Oranje.
Het begin was klein en moeilijk, in de gehele Oranje-Vrijstaat waren niet meer dan 13.000 blanken woonachtig en de eerste president, Josias P. Hoffman, had te worstelen met velerlei problemen. Hij werd bijgestaan door de oud-Nederlandse onderwijzer Jacobus Groenendaal en het is bekend dat men zich beriep op koning Willem III der Nederlanden om morele en daadwerkelijke steun. De Nederlanden schonken de jonge staat een vlag en een wapen, door de koninklijke Nederlandse afgezant Mr. Cornelis Hiddingh in het toenmalige Volksraadsgebouwtje te Bloemfontein overhandigd.
Langzaam maar zeker ging de Oranje-Vrijstaat een rustiger toekomst tegemoet. Wij herinneren onze lezers aan staatshoofden zoals president J.H. Brand, wiens standbeeld prijkt voor het gebouw van de Provinciale Administratie, een staatshoofd die van 1864-1888 zijn land regeerde, opgevolgd door de bekende staatsman-dichter F.W. Reitz, die op zijn beurt in 1895 werd opgevolgd door Marthinus T. Steyn, wiens standbeeld in Nederland in de aloude IJsselstad Deventer staat.
En dan weer een schakel tussen de Oranje-Vrijstaat en Nederland, standbeelden ter nagedachtenis aan generaal Christiaan Rudolph de Wet op de Hoge Veluwe en te Bloemfontein. Van deze Vrijstaatse generaal, die zich een wereldnaam verwierf, werd in ‘Neerlandia’ van maart 1922 door W. van Everdingen getuigd: ‘In de Geschiedboeken van den Dietschen Stam zal de naam van Christiaan de Wet met gulden letteren gegrift worden. Hij ruste in den vrede, dien hij bij zijn leven nimmer gezocht heeft...’
Bloemfontein in 1854
Op 5 december 1964 werd staatspresident C.R. Swart vereerd met het ereburgerschap van Bloemfontein, een indrukwekkende ceremonie die begon bij een ander monument binnen de landspalen van de Vrijstaatse hoofdstad, bij het Vrouwenmonument.
Bloemfontein, hoofdstad van de Oranje-Vrijstaat, een stad met monumenten herinnerende aan het verleden, niet alleen van de toenmalige Republiek tussen de Oranjerivier en de Vaalrivier, maar ook aan hetgeen na dat tijdperk volgde!
Dr. Jan Ploeger.