stin zich naar de nieuwe eetzaal voor het gebruiken van het noenmaal.
Daarna volgde een bezoek aan de Tweede Kamer waar de voorzitter, mr. Van Thiel, haar begroette. Ook hier een korte toespraak en daarna een rondwandeling door de gebouwen, in het bijzonder het nieuwe gedeelt. Hare Majesteit ontving en tekende een oorkonde met de handtekeningen van alle aanwezige Kamerleden.
Het hoogtepunt van de herdenking vormde de plechtige bijeenkomst in de Ridderzaal, waar ook H.K.H. Prinses Beatrix aanwezig was, evenals afgevaardigden van het Belgische en Luxemburgse parlement, van de Raadgevende Interparlementaire Beneluxraad en andere hoogwaardigheidsbekleders.
Mr. Jonkman, het lid van de Eerste Kamer H. Algra en mr. Van Thiel, hebben de betekenis van de Staten-Generaal gedurende de voorbije 5 eeuwen, ieder op hun wijze, belicht. Mevrouw mr. Stoffels-Van Haaften, tweede ondervoorzitter van de Tweede Kamer bood H.M. de Koningin en H.K.H. Prinses Beatrix het gedenkboek 500 jaren Staten-Generaal aan. In dit boek, dat 9 hoofdstukken telt (uitgegeven bij Van Gorcum in Assen) schrijft o.a. dr. Van de Kieft over het Bourgondisch-Oostenrijks tijdvak (1464-1555); prof. Smitskamp, prof. Ivo Schöffer, drs. N.H. Japikse, mr. H. Hardenberg en prof. Prins over de tijdvakken 1555-1593; 1593-1717; 18e eeuw; 1795-1813 en 1814-1848; mr. S.J. Fockema vervolgt met de periode 1848-1879; Van Rogier en dr. E. van Raalte (de schrijver van het pocketboek over het Ned. parlement) sluiten het gedenkboek af met resp. de perioden 1879-1918 en de jongste tijd.
Dat de belangstelling in België voor deze herdenking ook zeer groot was en de pers er grote aandacht aan heeft geschonken is te begrijpen.
Immers in 1464 riep Philips de Goede de afgevaardigden op van de Staten van het hertogdom Brabant, de graafschappen Vlaanderen, Artois, Henegouwen en Namen en afgevaardigden uit de steden Mechelen, Rijsel, Dowaai en Orchies.
In het voorjaar zal ook in Zuid-Nederland een herdenking plaatsvinden.