Wisseling van administrateur
· De heer P. de Kat Angelino gaat heen
Het doet het Verbondsbestuur bijzonder leed, dat onze administrateur, de heer P. de Kat Angelino, wegens gezondheidsredenen zich genoodzaakt heeft gezien zijn taak als zodanig over te dragen. Hem kennende, weten wij, dat hij zelf het zeker niet minder betreurt uit onze kring te moeten heengaan. Hij leefde voor het Verbond en hem valt het zeker nog zwaarder dan ons, afscheid te moeten nemen. Met grote toewijding, energie, bekwaamheid en nauwgezetheid heeft hij zich gedurende 9 jaar aan het werk voor ons Verbond gegeven. Wie enigszins bekend is met de vele en uiteenlopende zaken die op het bureau aan de Surinamestraat te 's-Gravenhage moeten worden verricht, beseft welk een liefde voor de Verbondsidealen nodig is, om ook het geringste, ook het ‘vuile’, werk opgewekt en met volharding te blijven doen. Voor onze De Kat Angelino sprak dit vanzelf, hij liet er zich op voorstaan en hield zich bescheiden op de achtergrond. Maar de secretaris en de overige bestuursleden evenals het overige personeel van ons kleine doch veelomvattende bureau, waren getuigen van de vele arbeid die hij heeft verzet. Hij droeg er wel het meeste toe bij, dat de zaken liepen; was er iets na te speuren in archief of tijdschrift, dan konden de voorzitter of de secretaris steeds een beroep op hem doen, hoeveel tijd en inspanning het hem ook kostte het gezochte op te diepen. Zijn opgewektheid en humor verlieten hem zelden en droegen veel bij tot de goede geest in ons Verbondshuis.
De laatste maanden, toen hij noodgedwongen niet dagelijks meer op kantoor kon komen, was de leegte dan ook voelbaar. Het typeert hem, dat hij ondanks zijn 75 jaar, toch wilde doorgaan en zoveel mogelijk zijn werk thuis voortzette, hetgeen zijn lichamelijke toestand hem gelukkig veroorloofde. In het bijzonder bleef hij zich wijden aan de redactie van Neerlandia, iets dat hem zeer goed lag en waarvoor hij buitengewoon geschikt was. Voor een blad als ons Verbondsorgaan is verzamelen van kopij, veel briefwisseling, rondzending van artikelen, getelefoneer, contact met de drukker, uitzoeken van foto's en correctie nodig. Wanneer er niet één man is, die hier de leiding heeft, komt een nummer niet op tijd gereed. De heer De Kat Angelino heeft bewezen, ook dit voortreffelijk te doen. Het tijdschrift is in de jaren dat hij er zich aan gaf, qua vorm en variatie van inhoud dan ook heel wat beter geworden. Het verheugt het dagelijks bestuur en de redactie dan ook bijzonder, dat hij voor zover mogelijk, zijn krachten nog aan deze taak wil blijven wijden.
Op het Verbondskantoor zal hij echter weinig meer kunnen komen; zijn taak is overgenomen door zijn opvolger, de heer H.M. Schilling. Het blijft voor ons en de bezoekers die hij op kantoor ontving, een groot gemis, dat wij hem daar niet meer zullen aantreffen.
Wij zijn ervan overtuigd, uit naam van al onze leden die al of niet persoonlijk of per brief met hem in aanraking kwamen, te spreken, als wij hem hartelijk dank zeggen voor het vele dat hij in dienst van het Verbond en ter bevordering van onze idealen heeft gedaan. Alleen doordat hijzelf met liefde voor die idealen was en is bezield, was de toewijding, waarmee hij arbeidde, begrijpelijk en mogelijk.
Met grote voldoening zal hij op zijn periode bij het A.N.V. terugzien. Eerst was hij bestuursambtenaar in Indonesië, naderhand arbeidsinspecteur en hoofdambtenaar bij de Dienst van Reiswezen. Teruggekeerd in Nederland was hij nog een aantal jaren werkzaam in Den Haag bij enige gouvernementsinstanties en de Vereniging Voor Vreemdelingenverkeer, om tenslotte op 1 juli 1954 bij het A.N.V. in dienst te treden. Wij wensen hem nog goede jaren toe en herstel van zijn gezondheid. Voorlopig hopen wij nog van zijn medewerking aan ‘Neerlandia’ te kunnen profiteren.
Het Dagelijks Bestuur van het A.N.V.