Bespiegelingen bij 'n plechtigheid
Ik heb nog niet een bijeenkomst bijgewoond, die mij zó aan het hart heeft gegrepen als die van vanmiddag.
Zo sprak oud-minister Verbist zaterdag 2 februari in de Rolzaal van het Haagse Binnenhof, nadat hij voor de vereniging, die de jongenstehuizen Ivo Cornelis te Mechelen, Antwerpen, Weelde, Bonheide en Hoeilaart onder haar zorgen heeft, een der Visser-Neerlandiaprijzen had ontvangen.
En hiermede vertolkte hij wel zeer goed de gedachten, meer nog de emoties, welke ons allen vervulden, die getuigen waren van hetgeen zich op deze historische plaats afspeelde. Want aan elk der vele harten, die daar die middag klopten, raakte dit. Dat was voelbaar, meer nog in de stille reacties dan in het telkens opklinkende applaus; het was merkbaar in de pauze, het werd duidelijk bij de ontvangst na afloop.
Wanneer men enkele malen deze feestelijke uitreiking, waarbij ons toch zoveel leed bewust wordt in zo verschillende vormen en uit zo verscheiden kringen, heeft mee-beleefd in een stijl die voortreffelijk meewerkt om het geheel tot een waarlijk unieke gebeurtenis te doen stijgen, beseft men steeds dieper welke belangrijke dingen hier plaats grijpen.
In de kring van een Verbond, dat zich richt op de bewustwording van de onderlinge verbondenheid van velen die bijeenhoren, worden daden van wilskracht, volharding, opoffering, zelfverloochening en blijken van bijzondere studierichting en studiezin, geëerd. En dit in mensen uit gans verschillende kring. van onderscheiden geloof, uiteenlopende
Foto J. Thuring
Mej. M.A.P. Saeys te 's-Gravenhage, neemt uit handen van de voorzitter de oorkonde in ontvangst. Achter de bestuurstafel van links naar rechts mr. W.L. Bicker Caarten, secretaris, F. Koote, voorzitter en C. van Leeuwen, penningmeester.
richting en uit allerlei milieu. Zij komen hier als een sterk gevarieerd gezelschap bijeen, kennen elkander doorgaans niet of mogelijk alleen bij naam. Maar dan voltrekt zich het wonder, dat zij bij deze gelegenheid worden gevormd tot een merkwaardige gemeenschap: prijsontvangers, familieleden, vrienden en onze eigen Verbondsleden, voor wie het een eer is, als gastheren en gastvrouwen te mogen optreden.
Het is niet zozeer het grote bedrag dat wordt uitgedeeld - al gaat dit naar vele personen en verenigingen die het heel goed kunnen gebruiken en er veel goeds mee zullen doen - maar de erkenning zelf van hun werken en streven dat deze bijeenkomsten haar bijzondere glans geeft. Een waardering in het openbaar van doorgaans in het verborgen en zonder ophef verrichte daden en diensten.
Ons Verbond kan dankbaar zijn, dat het de uitvoerder is van het testament van mr. H.L.A. Visser.
Want hetgeen op bijeenkomsten, die zó aan het hart grijpen, gebeurt is de prijs waard van het zeer omvangrijke werk, dat de leden der verschillende commissies, de juryleden, het verbondssecretariaat en het bestuur - in het bijzonder de voorzitter - verrichten. Er wordt hier iets openbaar, op een geheel andere wijze dan ons ‘gewone’ werk te zien geeft, van de grote idealen die ons Verbond zich heeft gesteld, in het bijzonder doordat een hartelijke verbondenheid merkbaar wordt van de velen die in taal, stijl en gerichtheid op elkander, tonen bijeen te horen.
Zo betekent de uitreiking van de Visser-Neerlandiaprijzen een verrijking van ons verbond, een verruiming en verdieping van zijn betekenis voor ons volk; zij legt verbindingen tussen Nederlanders, Vlamingen en Zuidafrikaners, die elkander tevoren niet kenden, noch wisten van elkanders arbeid en kwaliteiten, waarin de beste karaktertrekken van ons volk uitkomen.
P.K.