van het zuidelijk deel van het omstreden Moerdijkkanaal uit het advies Van Cauwelaert-Steenberghe, waarbij dan verder de oude vaarweg langs het Zijpe kan worden aangehouden ofwel ter verkorting hiervan een voortzetting via Eendracht en heropend Slaak tussen de Brabantse wal en Tholen en Sint Philipsland kan worden tot stand gebracht. Ook in dit laatste geval - feitelijk een verwezenlijking van het oude plan-Van Konijnenburg uit de Nationale Unie van prof. C. Gerretson - wordt doorsnijden van west-Brabant vermeden en blijft de vaarweg door de historische Tussenwateren lopen.
De zeehaven voor west-Brabant met toegang via de Belgische zeesluis naar de Westerschelde houdt op zichzelf geen verband met de Schelde-Rijn-verbinding, maar deze conceptie van Nederlandse kant tekent de verandering, welke het klimaat der Nederlands-Belgische betrekkingen door Benelux dan toch langzamerhand onderging en die overigens reeds op het eind der dertiger jaren merkbaar werd, de omslag van achterdochtig wantrouwen in wederzijds vertrouwen. Het periodiek contact, dat de Nederlands-Belgische grensprovincies thans op Beneluxdagen onderhouden met het oog op een geïntegreerde ontwikkeling van het kerngebied van Benelux is een andere uiting hiervan.
In 1959 konden de Nederlands-Belgische onderhandelingen worden hervat door de commissie de Gruben-Van Starkenborgh-Stachouwer. Alle hoop is gevestigd op het welslagen der onderhandelaars.
Er is reden om in uiteindelijk welslagen te geloven, al mag dan hun reeds verwachte rapport zijn uitgebleven, nu - ander symptoom van de verbetering in het Nederlands-Belgisch klimaat - de grootste antagonisten in de Schelde-Rijn-controverse, de Kamers van Koophandel van Rotterdam en Antwerpen samen aan de tafel gingen zitten en een ‘convenu’ wisten te bereiken voor de oplossing er van.
In dit convenu wordt een oplossing gevraagd op korte termijn om een gemeenschappelijke Nederlands-Belgische vervoerspolitiek in het kader van de Europese integratie te kunnen tot stand brengen. Als voornaamste grondslagen voor die oplossing worden er in aangewezen heropening van de oude vaarweg door het Kreekrak, geschikt maken van de weg voor de moderne scheepvaarttechnieken en een verbintenis van België, dat het de Rijnvaartpremies e.d. niet zal wijzigen, tenzij in overleg met Nederland, en ze geleidelijk zal afschaffen.
Dit convenu moge te vaag zijn en nog te veel weg hebben van een minimum-oplossing, het geeft de bereidheid te kennen ook van Rotterdam om aan de wensen van Antwerpen tegemoet te komen en is daardoor een duw in de rug voor de officiële onderhandelaars. Temeer, omdat Rotterdam hier op het punt van de Rijnvaartpremies, wel de grootste hindernis op de weg naar een oplossing, niet ongenegen blijkt water in de wijn te doen en met een geleidelijke afschaffing genoegen wil nemen.
Terwijl enerzijds voor Antwerpen de noodzaak aanwezig
is van een spoedige oplossing voor de Schelde-Rijnkwestie, omdat het anders op de oude vaarweg langs het kanaal Hansweert-Wemeldinge niet mee kan met de moderne duwvaarttechniek, en anderzijds in Nederland het ernstigst verzet tegen een nieuwe Schelde-Rijn-verbinding overging in tegemoetkoming, moeten er nu toch spijkers met koppen kunnen worden geslagen.
Zij het, dat men voorshands niet verder gaat dan hetgeen in het zuidelijk deel van het ontwerp in het advies-Van Cauwelaert-Steenberghe is geschetst, men mag het huidige gunstige moment voor een oplossing van het al te langdurige probleem niet ongebruikt voorbij laten gaan. De gedeeltelijke oplossing kan later dan toch nog wel vervolmaking vinden.
Van de zijde van het A.N.V. zou als een wachtwoord mogen gelden dat, zoals schepen mr. Leo Delwaide reeds bij herhaling uitriep, Antwerpen de ‘tweede’ Nederlandse haven is, nademaal in Antwerpen méér schepen onder Nederlandse vlag thuis horen dan... te Amsterdam. In ieder geval behoort Antwerpen met de Westerschelde tot het geheel van de Nederlandse Delta; de morele rechten hieraan verbonden moeten worden erkend, zij het, natuurlijk, met vermijding van het risico, dat de Noord-Nederlandse havens weer eens de dupe zouden worden van Belgisch vervoersprotectionisme.