Nederlandse afstammelingen op Ceylon
In het onlangs verschenen jaarboek van het ministerie van Buitenlandse Zaken wordt - aldus de Volkskrant - de aandacht gevestigd op de heer A.R.S.W. Bourlier, die zitting heeft in het parlement van Ceylon. De heer Bourlier is n.l. een Ceylonees van Nederlandse afkomst en werd door de regering van Ceylon tot parlementslid benoemd om het woord te voeren namens de vele duizenden Ceylonezen, die Nederlandse voorouders hebben en op Ceylon ‘Burghers’ worden genoemd.
Met de landing van Joris van Spilbergen in 1602 op Ceylon begon de invloed van Nederland op dit ten zuiden van India gelegen eiland.
De Portugezen werden verdreven van het eiland, dat 500 bij 200 kilometer groot is. De Verenigde Oost-Indische Compagnie vestigde er zich en haalde er thee. In 1795 maakten de Engelsen van de Napoleontische bezetting gebruik om Holland uit Ceylon te verdrijven.
‘In Colombo zijn nog Nederlandse straatnamen bewaard zoals Maliebaan. Lijnbaan en Korte Boom’, meldt het jaarboek van Buitenlandse Zaken. De meeste ‘Burghers’ wonen in Colombo. Sinds 1899 hebben zij een ‘Hollandsch Gezelschap van Ceylon’, dat in 1908 werd omgevormd tot de ‘Dutch Burger Union’, die de spreuk ‘Eendracht maakt macht’ voert en een clubgebouw met een Hollandse gevel heeft. Het Sint-Nicolaasfeest wordt er goed op zijn Hollands gevierd.
Maar de Burghers zijn echte Ceylonezen. De plaats van de Burghers op Ceylon onderscheidt zich nauwelijks van de positie van Amerikanen, wier voorouders honderden jaren geleden uit Nederland in de Verenigde Staten kwamen. Zij voelen zich volledig Ceylonees. Zij spreken geen Nederlands meer. Sommigen hebben een Europees uiterlijk en enkelen kennen door de studie van oude boeken een zeventiende-eeuws soort Nederlands, maar zij willen volledig opgaan in de Ceylonese gemeenschap. Ten opzichte van Nederland koesteren zij ‘warme gevoelens van genegenheid’.
Geschat wordt, dat wel dertig- of veertigduizend Ceylonezen Nederlands bloed in de aderen hebben. De groep echte Burghers - dat wil zeggen mensen, die Nederlandse namen dragen en hun afkomst kunnen aantonen - omvat slechts drieduizend personen. De ‘Hollandsche Burghervereniging van Ceylon’ (de tweede naam van de ‘Dutch Burgher Union’) heeft 500 leden. Het is niet veel op een bevolking van zevenmiljoen - niet voldoende om op een normale manier aan een van de 150 zetels in het Ceylonese parlement te komen.
De regering van Ceylon heeft echter zes zetels beschikbaar, waarvoor zij zelf de afgevaardigden kan aanwijzen. De bedoeling is, dat minderheden - zoals de Engelse, Nederlandse en Maleise - aan bod kunnen komen, ondanks hun geringe omvang. Zij, dus ook de heer Bourlier, mogen meedoen aan de debatten en deelnemen aan de stemming. De regering stelt het op prijs dat de aangewezen parlementsleden in tijden van politieke moeilijkheden zó stemmen, dat zij de regering overeind houden.