De eenheid van Diksmuide
Er hebben in Vlaanderen, sinds het verschijnen van het aatste nummer van Neerlandia, twee gebeurtenissen plaats gevonden, waarvan de gevolgen nog niet zijn te overzien. Zij zijn uiteraard niet aan de aandacht van het Verbondsbestuur ontgaan, hoe jammerlijk ook de Nederlandse pers bij het verslaan ervan in gebreke is gebleven.
Op de 32ste Ijzerbedevaart te Snaeskerke hebben andermaal meer dan honderdduizend Vlamingen van alle gezindten samen gestaan om een waardige hulde te brengen aan hun doden uit de twee wereldoorlogen. Zij zijn daar, bij monde hunner voorgangers, opgekomen voor de edelste rechten van hun yolk en hebben daarbij klare en duidelijke taal gesproken. De hardheid hunner, woorden kon niet miskend worden en werd voelbaar geboren uit een hoog gestegen nood.
Wanneer een bezadigd en wijs man als Prof. Fransen de tijd zo dringend acht en de nood zo nijpend, dat hij een werkelijke noodtoestand durft te erkennen, dan menen wii, dat er voor ons, die toch in de eerste plaats beciaan zijn met de culturele noden van de gehele Dietse gemeenschap, reden is ons bij zijn wekroep tot waakzaamheid en zelfverdediging aan te sluiten.
Dat alle culturele verenigingen van Vlaanderen op zo'n treffend waardige wijze en met zo'n overtuigend groot aantal leden, daarna te Antwerpen aan zijn oproep hebben gevolg gegeven is voor ons des te verheugender, nu wij er ook getuigen van hebben mogen zijn, dat vooral de jeugd daaraan zo'n groot en zo'n geestdriftig aandeel heeft gehad.
Dit is bemoedigend voor de toekomst van de gemeenschap der Nederlanden.
Moge het groeiend bewustzijn van de Vlaamse jeugd ook die van Nederland bezielen, want in EENHEID LIGT ONZE KRACHT.
In verband met het bovenstaande vestigt de redactie van Neerlandia de aandacht van ooze lezers op het elders in dit nummer voorkomend e artikel ‘Vlamingen in, Wallonië’. Het ligt in de bedoeling van de redactie ook in de komende nummers grotere bekendheid te geven aan de hedendaagse Vlaamse vraagstukken.