In Nederland Nederlands, ook op verkeersborden
De Nieuwe Limburger van 26 november 1958 wees in zijn rubriek ‘kroniek’ op de plannen van de A.N.W.B. in Maastricht richtingsaanwijzers te plaatsen, welke zouden worden voorzien van de aanduidingen ‘Aix la Chapelle’ en ‘Liège’, in plaats van Aken en Luik. Vreemdelingen zouden moeilijkheden hebben met de Nederlandse namen en daarom zouden, bij wijze van uitzondering, in de Limburgse hoofdstad de namen dier beide steden in een internationaler aanduiding op de richtingaanwijzers worden geschilderd.
De afdeling Zuid-Limburg van het Verbond bracht deze aangelegenheid onmiddellijk onder de aandacht van het Verbondsbestuur en wees er o.a. op, dat in het Nederlandssprekende gedeelte van België de richtingaanwijzers zijn voorzien van èèntalige Nederlandse opschriften.
Voorts wees deze afdeling er op, dat in de Nederlandse spoorweggidsen voor de Jijnen Maastricht - Aken en Maastricht - Luik, een gids die, naar zij meende, praktisch alleen door Nederlandssprekenden gebruikt wordt, die lijnen worden aangeduid met ‘Maastricht - Aachen’ en ‘Maastricht - Liége’.
Het Verbondsbestuur heeft zich, naar aanleiding van het bovenstaande, dadelijk gewend tot de Koninkllijke Nederlandse Toeristenbond te 's-Gravenhage en tot de Nederlandse Spoorwegen in Utracht.
De Dienst voor het Vervoer van de Nederlandse Spoorwegen heeft vervolgens het Verbondsbestuur medegedeeld, dat het Nederlandse spoorboekje in nagenoeg alle landen van Europa door reisbureaux en spoorweginstanties wordt gebruikt. Voor het samenstellen van de internationale gidsen worden ook deze Nederlandse spoorboekjes geraadpleegd.
Zouden bij gebruik van plaatsnamen de eigen talen worden gebezigd dan zouden internationale reizigers voor de volgende puzzles komen te staan: München, Münich, Monaco, of Milano, Mailand, Milaan of Genova, Gênes, Genua.
Dit zou een bron van misverstand opleveren. Voor de standaardaanduidingen tendeze heeft de ‘Union internationale des chemins de fer’ de nationale schrijfwijze gekozen, hetgeen vanzelfsprekend lijkt, omdat dit de schrijfwijze is die de reiziger bij aankomst ook op het station en overal elders zal ontmoeten.
Ieder land heeft dan ook afstand gedaan van eventuele eigen naamgeving van buitenlandse plaatsnamen. In het buitenland worden dus ook bij vermelding van Nederlandse bestemmingen de Nederlandse schrijfwijzen gebruikt.
Luik ligt in een Franstalig gebied van België en dus moet de aanduiding Liège worden gebruikt. Brussel ligt in het tweetalig gebied; daarvoor is de Nederlandse schrijfwijze gekozen.
Tot zover de Nederlandse Spoorwegen.
De Koninklijke Nederlandse Toeristenbond deelde het Verbondsbestuur, in antwoord op zijn brief mede, dat het geenszins in zijn bedoeling lag de plaatsaanduidingen op de Maastrichtse richtingaanwijzers uitsluitend in de Franse taal op te nemen. Integendeel, de verwijzingen Luik en Aken zullen in een groot letter-type in de Nederlandse taal worden opgenomen en daaronder tussen haakjes en in een veel kleiner lettertype: Liège en Aix la Chapelle, een en ander overeenkomstig de door het Verbondsbestuur ook ter overweging gegeven denkbeelden.
De afdeling Maastricht kan dus, ten aanzien van de richtingborden, gerust zijn.
Algemeen zal worden erkend de noodzakelijkheid om de verspreiding van de Nederlandse stam, al hebben ze duidelijk het merk hunner historie, saam te binden; eendracht zij voortaan onze macht.
Kiewiet de Jonge