Twee fraaie foto-albums, beide uitgegeven door de N.V. Uitgeverij W. van Hoeve te 's-Gravenhage.
1. De Veluwe. Foto's van W.K. Steffen. Tekst van J.v.d. Woude.
2. Amsterdam. Foto's van Ed van Wijk. Tekst van Simon Carmiggelt.
Beide albums munten uit door de uitstekende keuze der foto's, vervaardigd door kundige, maar ook kunstlievende waarnemers der twee wel zeer uit elkaar liggende onderwerpen.
Bij dergelijke foto's goede teksten te schrijven is veel moeilijker dan men zou denken. Zowel Van der Woude als Carmiggelt zijn er in geslaagd zich van deze niet gemakkelijke opdracht op bijzondere wijze te kwijten.
Voor hen die, noch de Veluwe, noch Amsterdam kennen, zijn deze boekjes onmisbare gidsen. Voor hen, die daar geweest zijn, zal zo'n album een boek blijven, waarin men nog menigmaal gaat bladeren. Voor onze landgenoten overzee in het bijzonder een prachtig geschenk.
De prijs per album, in keurige smakelijke uitvoering, is f 7,50.
De tuin der lusten, door F.M. Huebner. Uitgegeven door de Zuid-Hollandsche Uitgevers Mij te Den Haag. Vertaling van Puck Doyer. Met een inleidend woord van Ben van Eysselsteijn. Prijs ingen. f 3, -, gebonden f 4,50.
Voor dit bijzondere boekske moeten we terug naar Jeroen (Hieronymus) Bosch, de Bossche schilder (1460-1516), bekend door zijn visioenen van de hel, maar ook schilder van ‘de Tuin der lusten’, een der merkwaardigste triptieken, die de Europese schilderkunst kent. Wie het bewonderen wil, dient naar Madrid te reizen, waar het in het Prado-museum hangt en duizenden kijkers trok, die zich allen de vraag hebben gesteld: ‘Wat heeft dit schilderij ons te zeggen, wat heeft de schilder bedoeld?’
Friedrich Markus Huebner, Duits letterkundige en kunsthistoricus, kenner van de Nederlandse schilderkunst, heeft in verschillende van zijn studies zijn kijk op Jeroen Bosch gegeven. Hij ziet hem als een tot een geheim genootschap behorende kunstenaar, die zijn fantastische taferelen schilderde voor ingewijden, die zijn esotherische bedoelingen begrepen zullen hebben.
In dit boek tracht Huebner ook zijn visie te geven op de scheppingsdrang en het scheppingsproces van de grote schilder en hij doet het op knappe wijze, uitgaand van een boeiend gegeven, nl. de opdracht, de minnares van zijn heer te schilderen, welke tot velerlei verwikkelingen in Jeroen's leven leidt.