Eind 1954 telde het Verbond de volgende Afdelingen:
Amsterdam |
Leuven |
Dordrecht |
Oost-Vlaanderen |
's-Gravenhage, |
West-Vlaanderen |
Groningen |
Belgisch Congo- |
Haarlem |
Ruanda-Urundi |
Nijmegen Stud. afd. |
Bloemfontein |
Rotterdam |
Kaapstad |
Utrecht |
Pretoria |
Zuid-Limburg |
Aruba |
Zwolle |
Bonaire |
Antwerpen |
Curaçao |
Brussel |
|
De eerste stappen zijn gedaan ter uitvoering der bepalingen van het testament Visser. Dit testament schrijft voor, dat de opbrengst van het toegewezen kapitaal voor vier zeer bepaalde en in het testament aangegeven doeleinden mag worden aangewend. Deze zijn kort omschreven:
a. | Zedelijke en materiële steunverlening, vooral aan Nederlanders, uit hoofde van hun bijzondere karaktereigenschappen. Hierbij wordt in de eerste plaats gedacht aan het instellen van schoolprijzen ter aanmoediging van goed karakter; |
b. | Steunverlening aan werkzaamheden ten dienste van culturele ontdekkingen in Nederlandse laboratoria; |
c. | Medewerking ter voorkoming van alles wat samenhangt met paniek, gevaarlijke massasuggestie en derg., in het bijzonder in Nederland; |
d. | Uitloving van prijzen voor een Nederlands toneelspel of een Nederlands muzikaal werk. |
In de loop van het verslagjaar is sprake geweest van een ‘overkoepeling’ van alle verenigingen, die te maken hebben of zouden kunnen hebben met Nederlanders in het buitenland, dus alle verenigingen op commerciëel-, industriëel-, emigratieen cultureel gebied. De stoot daartoe kwam voornamelijk van de zijde van handel en industrie.
Het lag echter ook voor de hand, dat bij een zodanige ‘overkoepeling’ rekening moest worden gehouden met het feit, dat, wanneer die plannen tot uitvoering zouden geraken, de werkzaamheden van het A.N.V. dat zich, in tegenstelling met alle andere hierboven bedoelde verenigingen, vrijwel uitsluitend op cultureel gebied beweegt, aanmerkelijk zouden worden besnoeid.
Bovendien was het niet denkbeeldig, dat de zestig-jarige ervaring die het A.N.V. heeft verworven, zou worden gebruikt om doeleinden na te streven, welke niet de onze zijn, zodat ons Verbond door de overkoepeling zijn kracht en zijn zelfstandigheid zou verliezen.
Uit de aard der zaak kunnen wij wel met verenigingen samenwerken, die een doel nastreven gelijk aan het onze, zij het ook gedeeltelijk, doch deze samenwerking mag onder geen beding afbreuk doen aan onze zelfstandigheid of onze zelfstandige ontplooiing.
Wij hebben daarom gemeend, daaraan niet te moeten meewerken.
De afdelingen buiten Europa verheugen zich in een grote bloei. Het ledental wordt daar steeds groter. Wij schrijven dat in de eerste plaats toe aan het feit, dat de samenwerking van bestuur en leden daar zeer innig is en het bestuur daardoor de leden datgene weet te bieden wat zij wensen, waardoor het doel van het Verbond wordt bereikt.
Ook dit jaar brachten, met onze medewerking, verscheidene Nederlandse kinderen, woonachtig in West-Duitsland, een gedeelte van hun zomervacantie in Nederland door, waar zij de vruchten konden plukken van hun verblijf in een echt Nederlandse sfeer.
Na terugkeer in Duitsland maakten zij over hun ervaringen opstellen, waarvan de beste met door ons Verbond ter beschikking gestelde waardevolle boekenprijzen werden bekroond.
In Vlaanderen, dat deel uitmaakt van het twee-talig België, dient ons Verbond, nog meer dan in Nederland, alle aandacht te schenken aan het behoud en de eerbiediging van de Nederlandse taal. Mede dank zij het streven van de Ver. voor Beschaafd Nederlands wordt thans in België het Nederlands officiëel als voertaal erkend. Een zeer belangrijk hulpmiddel daarbij wordt de in 1955 in te voeren woordenlijst van de Nederlandse taal, het resultaat van de arbeid der commissie, reeds in 1947 ingesteld door de Ministeries van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen in Nederland en van Openbaar Onderwijs in België.
Het is een verblijdend teken, dat bij uitspraak van de Rechtbank van Elizabethstad in Belg. Congo het verzoek om vonnissen in het Nederlands uit te spreken, werd ingewilligd.
Van 16 tot 19 Februari vond te Leuven het Tweede naoorlogse Groot-Nederlandse Studentencongres plaats, waaraan niet minder dan 700 studenten uit België en Nederland deelnamen.
De afdelingen in de Unie van Zuid-Afrika hebben in 1954 een buitengewone opleving getoond. De afdeling Kaapstad boekte daarbij haar 500ste lid. Het Afrikaanse element wordt hier steeds sterker, waardoor de Afrikaanse taal, zo nauw verwant met het Nederlands, meer en meer veld wint. Nadat twee jaar geleden de afdeling Pretoria is gesticht, die door haar activiteit steeds in belangrijkheid toeneemt, staat de oprichting van afdelingen in Johannesburg en Oost-Londen op het programma.
De Boekerij van het A.N.V. te Kaapstad heeft geldelijke moeilijkheden. Als gevolg van de Kaapse Provinsiale Bibliotheek Ordonnansie zou deze boekerij bij de Gemeentelijke Kaapse Bibliotheek worden ingelijfd. De afd. Kaapstad heeft dat weten te voorkomen, doch dit sloot in, dat de boeken kosteloos moesten worden uitgeleend en geen ledenbijdragen meer mochten worden ontvangen. Uit de aard der zaak derfde men daardoor vele inkomsten; wij hopen, dat de Nederlandse Regering het voortbestaan van deze voor de Nederlanders en de Nederlandse emigranten zo belangrijke Boekerij door financiële steun zal waarborgen. De Boekerij beschikt over 10.200 boeken en het aantal uitleningen in 1954 bedroeg ongeveer 9.500.
De afdeling Kaapstad stelde voor de vierde maal boekprijzen ter beschikking en wel 33 voor verdienstelijke leerlingen van de Hogere Scholen in de Kaap-Provincie.
Mej. Rousseau ontving aan de Universiteit van Stellenbosch de door de Stichting Reina Prinsen-Geerligs Fonds ter beschikking gestelde jeugdprijs voor letterkunde met oorkonde. Het bestuur van de afd. Kaapstad reikte deze namens genoemd Fonds uit. Het was de eerste maal, dat een Zuidafrikaanse dame voor een Afrikaans werk deze prijs verwierf.
In Pretoria herdacht men op 24 April de geboortedag van Willem de Zwijger, waarbij Dr F.J. du Toit de herdenkingsrede hield.
Met grote belangstelling volgden wij de besprekingen welke geleid hebben tot de bevestiging van de nieuwe rechtsorde voor Suriname en de Nederlandse Antillen, zoals deze is vervat in het Statuut van het Koninkrijk der Nederlanden, waarin de nieuwe staatkundige verhoudingen zijn vastgelegd en Suriname en de Nederlandse Antillen met Nederland gelijkgerechtigde delen van het Koninkrijk werden.
De afdelingen Aruba, Curaçao en Bonaire verheugen zich in een krachtige bloei van het A.N.V.-verenigingsleven aldaar. Aan deze opleving en de grote activiteit zullen wij onze volle aandacht wijden.
In New-York doet de General Netherlands Association Inc. (het A.N.V.) goed werk en zorgt voor de verbinding met de in deze wereldstad wonende Nederlanders.
Met grote vreugde kunnen wij melding maken van het feit, dat dit jaar als onderafdeling is opgericht de ‘New Netherlands Junioren’, met het doel - zeer juist gezien - de Nederlandse jongeren nu reeds gelegenheid te geven toe te treden, teneinde het voortbestaan der vereniging te verzekeren. De Nederlandse Consul-Generaal, Mr J.A. Baron de Vos van Steenwijk, die het A.N.V. een zeer warm hart toedraagt, was de eerste, die reeds vroeger de aandacht op deze jongeren vestigde en die met grote belangstelling van de oprichting kennis nam.
Met de Nederlandse Vereniging te Sao Paulo in Brazilië bestaan als van ouds de hechtste banden. Deze vereniging telt over de 500 leden en is een voor de Nederlandse cultuur zeer belangrijk steunpunt in het Zuidelijke Amerika.
Het verspreiden van boeken en tijdschriften vormt een belangrijk onderdeel van ons werk.
De vraag in het buitenland naar Nederlandse boeken en tijdschriften blijft overal sterk stijgende. Wij brengen in herinnering, dat men een jaar of twee geleden nog zelfs in officiële kringen de mening was toegedaan, dat emigranten en hun gezinnen geen ‘nazorg’ behoefden. Het is wel opvallend, dat wij, in tegenstelling met dit standpunt, de laatste tijd zelfs van vreemde regeringspersonen het verzoek ontvingen Nederlandse lectuur naar hun ambtsgebied te zenden, daar het voor de mensen op leeftijd niet gemakkelijk is zich volkomen in de nieuwe taal in te werken. Van andere buitenlandse zijde ontvingen wij zelfs het verzoek Nederlandse kinderboeken ter beschiking te stellen waaraan uit de aard der zaak gaarne gevolg werd gegeven.
Uit deze feiten blijkt ook wel, dat de mening, dat de emigranten spoedig door het nieuwe land worden opgeslokt, volkomen uit de lucht gegrepen is. Dit moge met de kinderen en latere afstammelingen gedeeltelijk het geval zijn, voor de vertrekkende generatie gaat dat zeer zeker