een comité opgericht om het plan te doen slapen, waarvan de heer B.G. Verslewel de Witt Hamer voorzitter en de heer C. Plokhooy secretaris werd. Behalve de heren Robbé Groskamp en Kakebeeke in Nederland hebben in Zuid-Afrika zich beijverd om gelden in te zamelen de heren J.P.L. Lombard, Verselewel de Witt Hamer, E.J. Beunk, W. Klooster, W. van Gennep, C. Plokhooy, F.N. Hahn. W.F. Mondriaan. A.J. van der Wall en B. Veenemans.
In Nederland werd bijeengebracht £ 268.6.3, in Zuid-Afrika £ 230, tezamen £ 498.6.3.
Aan de architect Gerard Moerdijk werd het werk opgedragen, dat uitgevoerd werd door de werkmeesters Barker en Nel van Volksrust. De onthulling had op 19 December 1926 plaats door de voorzitter van de Volksraad E.G. Jansen (de tegenwoordige gouverneurgeneraal). Het gedenkteken is van ruw gehouwen steen vervaardigd, waarvoor de klippen gebruikt zijn van de verschansing, opgestapeld door de verdedigers tijdens de slag. De steen is van diep-blauwe kleur. Op de ingemetselde gepolijste plaat aan de zuidzijde is de opdracht aangebracht:
Ter herinnering aan
de op 21 October 1899 gevallen Nederlanders
Uw strijdmakkers
Het voetstuk van het ongeveer 18 voet hoge, vierkante gedenkteken heeft een achttal treden. De onthulling had plaats in tegenwoordigheid van de oudcommandant Lombaard. De Nederlandse Consul-generaal Dr H.A. Lorentz legde ah eerste een krans, door vele andere gevolgd. Telegrammen van medeleven waren binnengekomen van de N.Z.A.V., van Mr Kakebeeke en van de afdeling Kaapstad van het Algemeen Nederlands Verbond.
Het tweede Nederlandse gedenkteken in Z A. is de gedenksteen, aangebracht in de Ned. Hervormde Kerk te Pretoria en de Ned. Ger. Kerk te Bloemfontein, ter herinnering aan de Nederlanders en oud-Nederlanders, gevallen voor de Republieken in de oorlog 1899-1902.
Onder de 77 namen staat:
Zij rusten in vrede
De steen is naar het ontwerp van de heer A. le Comte, hoofdleraar aan de Rotterdamse Tekenacademie, vervaardigd in de Rotterdamse Steenhouwerij. De binnenplaat is van geel getint marmer, gevat in een strenge en eenvoudige omlijsting van wit geaderd rood marmer en draagt als enige versiering de Nederlandse Leeuw op het ongeflankeerde schild en aan de voet een gouden ster. De onthulling in Pretoria geschiedde door de consul-generaal F.W. Knobel op 27 Maart 1909 en later te Bloemfontein.
Hef hoofdbestuur van de N.Z.A.V., dat in ondracht der algemene vergadering van Mei 1906 deze blijvende herinnering heeft gesticht schreef daarover: ‘En dit is nu de hulde, die hier hef Nederlandse volk brengt aan bijna tachtig van zijne flinkste zonen, die voor de rechtvaardige zaak van een goed en stamverwant volk zijn gevallen. Eenvoudiger, bescheidener kon hef niet, doch ook - naar het hoofdbestuur heeft gemeend - niet beter. Dat de doden dan hun eigen taal spreken tot hem, die deze steen aanschouwt’.
Het derde Nederlandse gedenkteken, dat de Unie rijk is, staat te Waterval-Boven in Transvaal, aan de spoorlijn van Pretoria naar Delagoabaai, opgericht 27 Augustus en onthuld op de volgende dag. Het is een ruw rotsblok, een der vele, die bij de aanbouw van de Oosterlijn uit de weg geruimd werden. Het is geplaatst bij het perron van hef station. Het opschrift luidt:
N.Z.A.S.M. Gewijd aan de gedachtenis van het personeel, die hun leven lieten langs de Oosterlijn
Dit wordt in het Engels herhaald.
Bij afwezigheid wegens ziekte van de Nederlandse gezant onthulde de gezantschaps-secretaris, de heer H. van Wickevoort Crommelin. dit gedenkteken in tegenwoordigheid van een 10-tal Z.A.S.M.-ambtenaren op 28 Augustus 1934, De minister van Spoorwegen in de Unie heeft het gedenkteken doen oprichten. De spoorwegcommissaris, de heer A. Kuit, oud-ZASM-ambtenaar, las een boodschap van generaal Hertzog voor, waarin hij hulde bracht aan de nagedachtenis van de gevallenen de ‘baanbrekers van het verkeer’.
Bij de plechtigheid waren vertegenwoordigd: Nederland. Italië Frankriik, Duitsland en Portugal, die alle een krans hadden doen neerleggen.
Tenslotte is het vierde Nederlandse gedenkteken, ter nagedachtenis aan de Nederlanders uit Zuid-Afrika, die gedurende de tweede wereldoorlog hun leven aan de bevrijding van hun vaderland hebben gegeven, op 4 Mei 1953 onthuld in de tuin van de Nederlandse ambassade ‘Oraniehof’ in de Prinslostraat te Pretoria.
Een commissie werd 9 Augustus 1951 opgericht, waarvan de ambassadeur der Nederlanden ere-voorzitter werd. Voorzitter was de heer Siem de Waal van Pietermaritzburg, ondervoorzitter J.C. van Balen van Johannesburg, secretaris J. van der Kraan, penningmeester C. Plokhooy (die de ‘vader’ van het monument werd genoemd) beiden te Pretoria.
De inzameling van gelden bracht £794 op.
Het ontwerp van Mej. D. Paymas werd goedgekeurd, uit 12 inzendingen van 10 personen.
Op het voetstuk staat:
1940 - Gewijd aan de Nederlanders uit
Zuid-Afrika die hun leven gaven voor het
vaderland - 1945
en op het gedenkteken zelf:
Den Vaderland getrouwe
De onthulling geschiedde door de kinderen van de gesneuvelde Nederlanders Rouwers en De Kruijff, nadat twee jonge trompetters van de Christian Brothers signalen hadden geblazen.
H M. de Koningin en Prins Bernhard hadden een telegram gezonden en namens hen en de Ned. Regering legde de ambassadeur Jan van den Berg een krans.
Ook voor de afdeling Kaapstad van het A.N.V. en voor de vertegenwoordiger van het verbondsbestuur in Z.A., de heer Fred. Oudschans Dentz, werden kransen neergelegd.
De voorzitter van het comité, de heer S. de Waal, hield de inwijdingsrede, welke de ambassadeur beantwoordde, nadat het gedenkteken aan de Nederlandse Regering was overgedragen en aanvaard.
Wij maken geen afzonderlijke vermelding van het standbeeld van de volksplanter Jan van Riebeeck, op 18 Mei 1899 onthuld, omdat dit geen Nederlands gedenkteken is, maar een gift van Cecil John Rhodes.
O.D.