Neerlandia. Jaargang 55
(1951)– [tijdschrift] Neerlandia– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdOns taalhoekjeDe taal in de automobiel-wereldHoudt Uw taal zuiver, ze is het waard. Hier volgen nog enkele voorbeelden van geheel onnodig gebruik van vreemde woorden. Uit een circulaire (rondschrijven of zendbrief vinden ook wij niet mooi) betr. de achtste verkeersdag van de K.N.A.C.: ‘Bovendien geeft de contrôle tot een overvloed van moeilijkheden en bisbilles aanleiding en is verre van effectief.’ Wat dunkt U van gekibbel voor bisbilles? Het is wel gek, maar de letters ibbel hebben beide woorden gemeen en het vreemde woord telt nog een letter meer.Ga naar voetnoot1 En doeltreffend beantwoordt beter aan ons doel dan effectief.
Uit ‘De auto’ van 20 Oct. 1959:
Nu we ‘De Vries en Te Winkel’ niet meer nodig hebben voor de enkele of dubbele e en o, moeten we zo langzamerhand onze woordenboeken voor vreemde talen meer bij de hand houden. De K.N.A.C. bestelle eens het boekje ‘Taalzuivering’, verkrijgbaar ten kantore van het Alg. Ned. Verbond tegen betaling van 50 cent. R. | |||||||||||
Home-serviceWat dat nu weer is? De firma Velu, die U ‘het betere genre voor populaire prijs’ wil leveren, zal het U vertellen. In een overigens aardig gestelde door haar (de firma) ondertekende circulaire zegt ‘schrijver dezes’, dat hij met zijn verkopers een home-service wil inrichten, waarmee hij bedoelt, dat die verkopers op verzoek van de klanten bij hen ‘op huisbezoek komen’ om een ‘uitgebreide collectie’ herenmode-artikelen te tonen. | |||||||||||
RichtigWanneer is een woord te beschouwen als in de Nederlandse taal opgenomen? Wie is bevoegd dat uit te maken? Het Groot Nederlands Woordenboek? Wij zouden zeggen ‘Bij twijfel, onthoudt U’, althans als er één of meer goed-Nederlandse woorden te Uwer beschikking staan, die Uw bedoeling even goed of misschien zelfs beter weergeven. Dat het woord richtig, waarop men onze aandacht vestigde door valen dadelijk gevoeld wordt als een germanisme staat vast. We lezen het in een artikel in Het Schoolblad, orgaan van de Nederl. Onderwijzersvereniging, van 18 Nov. 1959 (blz. 657, eerste kolom): ‘van grote betekenis voor de richtige behandeling van de daar aan de orde zijnde zaken.’ | |||||||||||
Aanstellerij en verismeOm twee redenen wil ik ditmaal iets overnemen uit ‘Oost en West’, het orgaan van de vereniging, waarmee het A.N.V. reeds jarenlang zulke aangename betrekkingen onderhoudt. Nr 20 van 9 Dec. 1950 bevat een lezenswaardig opstel van Ir B.D. Swanenburg over de indertijd in geheel Ned.-Indië als ‘Iwan de verschrikkelijke’ bekend staande archaeoloog en praehistoricus Dr P.V. van Stein Callenfels. Daarin vond ik het volgende: ‘Maar ook in dit geval moet de schijn weinig oprecht geweest zijn, want ditzelfde jongmens bezat een stemvolume, dat hem, volgens de meest betrouwbare getuigen, zeven kamers ver hoorbaar maakte, toen hij zijn chef vertelde ‘dat hij voor de donder aan die aanstellerij niet meedeed’. Dat was dan naar aanleiding van het feit, dat Stein op het matje was geroepen, omdat hij in ambtelijke stukken hardnekkig ‘mitsgaders’ vertaalde door ‘en’, ‘dezelve’ door ‘deze’ en ‘buiten bezwaat van den lande’ door ‘op eigen kosten’.
Gaarne maak ik in deze rubriek gebruik van de gelegenheid om nu ook eens mijn voldoening uit te spreken over dit streven om die ouderwets-deftige, zij het dan ook Nederlandse, uitdrukkingen te vervangen door minder aanstellerige en dus meer met de Nederlandse aard strokende. Ziedaar dan de eerste reden, waarom ik het blad ‘aanhaal’. Maar helaas, er is, zoals ik reeds opmerkte, nog een tweede Aan dit streven tot taalkundig verisme’, zo vervolgt de schrijver van het opstel, ‘zette hij klem bij, door de juist vermelde chef op diens eigen bureau met diens eigen liniaal een pak voor diens eigen broek te geven. Waarop, mildelijk, overplaatsing volgde’. Over dat eigenaardige bijwoord ‘mildelijk’ zal ik het nu maar niet hebben, maar .... wat is verisme? Ik zocht het vergeefs in een Nederlands woordenboek. Bij de eerste oogopslag doet het me denken aan ‘waarheids liefde’ of de beoefening daarvan, doch als tegenstelling tot aanstellerij (want van leugenachtigheid was immers geen sprake in bovenstaand citaat) is het woord dan toch misplaatst Zouden we niet liever eenvoudig blijven, door in plaats van dit vreemde woord, het Nederlandse ‘eenvoud’ te gebruiken, dat toch vermoedelijk de bedoeling beter weergeeft? Eenvoud is wel liet kenmerk van ‘het ware’, maar niet altijd van ‘de waarheid’. R. | |||||||||||
Dual-meetHoe gek het ook zijn moge, als het maar geen gewoon Nederlands is, schijnen sommige sportverslaggevers te denken. Het plan heeft blijkbaar bestaan, dat leerlingen van 4 kweekscholen zich met elkaar zouden meten in te 's-Gravenhage te houden sportwedstrijden. Die uit Amsterdam en Groningen konden echter niet komen, zodat alleen Tilburg en Den Haag overbleven. zodat, zo zegt de Nieuwe Courant van 22 Nov. 1950, ‘het instede van een klein tournooi, wat wel zo aardig zou zijn geweest, een dual-meet werd.’ Of dit woord tot het gebruikelijke sporttaaltje behoort, is ons niet bekend. Is het Engels? Wij weten het niet. Inderdaad schijnt meet wel eens als zelfst. naamw. te worden gebruikt, hoewel wij nooit anders hoorden of lazen, dan meeting, doch dat zal wel aan ons liggen. Een dubbele samenkomst was het ook niet, maar tweeledige samenkomst zou te verdedigen zijn. Dat kan tenminste iedere Nederlandse lezer begrijpen. | |||||||||||
Een tweeslachtig werkwoord?Ja, ik weet het wel, alleen bij zelfstandige naamwoorden spreekt men van geslacht. Dit laatste woord is een zelfst. naamut lezer (en wel onzijdig); ik zeg dit erbij, om te voorkomen, dat wellicht iemand het voor het verleden deelwoord van het werkwoord slachten zou aanzien. Men kan nooit weten, want op taalgebied maakt men rare dingen mee. Hoe moet men een werkwoord noemen, dat sterk en zwak tegelijk is? Ik noem het maar tweeslachtig. Maar zulke werkwoorden bestaan toch niet, zult ge zeggen; we kennen er slechts enkele, die òf sterk òf zwak vervoegd worden, maar sterk en zwak tegelijk? Ziehier dan een voorbeeld, dat ik aantrof in de Nieuwe Courant van 6 December 1950: ‘De dame verdachtte V. van de diefstal.’ Zouden we de schrijver er van moeten verdenken, dat hij meent, dat de onbepaalde wijs verdachten is? R. |
|